1. De zaaddoos kortgestéeld, in den moskelk bevat
— X X X V I I Spleethitikje.
2. De zaaddoos Iahger-gesteeld, buiten den mos-
kelk uitkomende — X X X V I I I Kaalmond.
B. De binnenmond eenvoudig.
aa. De binnenmond met gave tanden.
«. De tanden aan den top vrij.
1. De tanden 4 in getal —• X X X V Viertand.
2. ------------ in 8 paren bijeengeplaatst — *
; X X X V I Kruikmos.
3. —i—i- 1 6 even ver van elkander verwijderd
.
* Het buikje mijtervormig of gehalveerd,
f De zaaddoos kortgesteeld, nagenoeg in
den moskelk bevat—X X X I I I Grim-
mia.
jH; De zaaddoos lang-gesteeld—X X X I I
' J W eissia. ■
** Het huikje klokvormig, grooter dan de
zaaddoos — X X X I V Dompermos.
4> De tanden in 16 paren bijeengeplaatst —
X X I X TweelIngtand.
De tanden aan den top met een dwarsvlies ver-
éenigd.
* Het huikje digthehaard metnederwaarts aangedrukte
haren — X X I V Vrouwenhaar.
**’ Het huikje eenigzins behaard, mét weinige
bovenwaarts gerigte haren — X X I I I Cas
TRARINEA.
bb. De binnenmond met verdeelde tanden.
«. De tanden tot aan den voet toe verdeeld.
1. De vruchtsteel eindelingsch — X X V I I
Haarmond.
2. ----—— -------- zijdelingsch — X X X I
Blanktand.
De tanden , tot op het middeijt Vieregeld,, ;,.;
ii . De Vruchtsteel jeindelifigscb^ ~ X-& V I I I
, toi GaffELTAND. • Ktötfiiniófil
>2. — —— 7-----—■ zijdelingsch ;-^- ,X^.XY%r
I DERMOS... , - . . . V;
cc. De binnenmond met rondgediwudé .Wimpers
X X V I Kronkelt and.
G. De binnenmond dubbeld. , . ,,
'v