
i l l i l .
..
I ijiiiiiifr
; /ÌEIliiÉii
i ¡ l i l l i i i
'Í; fer ii
/Fill .
jiliqJlie'll
1 0 0
men in dien tyd, met de daaraanvolgende
Paafche, he: jaar 870 begon te
teilen.
Het gemelde bosch Wasda meen
ikdat in deThielerwaart,omtrent het
thans genaamde Dordrecht, heeft gelegen,
en van welk B o s c h en de
veelvuldige ( r ) m e e r e n , naamaals
een groot gedeelte des eylands
M E R E W A S D A , o f M E R E W E D A
en by verkortinge de M e r w e genaamd
is. Temeer, dewyl wy in
vervolg zullen zien, hoe om de visiery
dier M E E R E N en de jagt van dit (2 )
B o s c h W a s d a , door devolgen-
de Graaven, mids die zieh uyt krachte
van deezen giftbrief v a n ’t zelve,
naa’t affterven van Egbert Aartsbisichop
van Trier, volgens erfrecht
den ( 3 ) eygendom toefchreeven,
in ’t vervolg zeer zwaare oorlogen
tegen de Bisfchoppen van Uytrecht
en 1 'rier (4) gevoerd zyn, en welke
laatften, waarfchynlyk uyt krachte
eener gifte door den voorgemelden
Aartsbisfehop Egbert ten behoeve van
des zelfs kerke gedaan, deeze hunne
aanlpraak op de jagt van dat bosch
zullen gevestigd hebben.
Dierhalve heeft dit bosch geenszins
in Zeeland o f het eyland (5) Walchere
, ’t gene al lang ( 6 ) te voore
onder dien naam bekend was, veel
min in het land van W a a s gelegen,
gelyk (7 ) eenigen verkeerd-
lyk gewild hebben: dewyl ieder uyt
de voorverhaalde ryksverdeelingen
genoegzaam kan afmeeten, dat de
gemelde Koning Lodewyk met de
daad nooit het eyland Walchere o f
het land van Waas onder zyne heer-
ichappye gehad heeft. Daarenboven
zoo getuygt dees giftbrief, dat ‘
het in Dirks (8 ) Graaffchap la g,
welke immers in dien tyd geen Graaf
dier gewesten, maar van Teysterband
was, onder ’t welke de Merwe en
andere daaromtrent gelegene landen
behoorden; en waarom op laateren
tyd zyn Zoonszoon (9 ) Walger,
midsgaders des zelfs Zoon ( i o ) Radboud
dat gewest, te weeten de eerfte
geheel , de tweede voor een ge-
dee te , als Graaven beftuurd hebben
.K
oning Lodewyk, door den toevloed
van deeze en andere hooge
Lotteringfche vazalen, zieh nu nog
meer dan ooitte voore in ftaat ziende
om door de wapenen naar de bezitting
van dat opengevalleryk te ftaan,
liet zynen (11) Broeder Karel aanzeg
( i ) Cbron. Camer. Lib. I I I . cap. 19. Erat etiam
locus quidam S i l v i s ac p a l u d i b u s inhabicabi-
lis_, qui ab incolis M e r e w e d a nomen a c c e p it ,
ubi v idelicet M o s a & W a l fluvius de R heoo ef-
fluens pariter corrivantur.
(2 } K . Kdyn VS 70J.
©an Dc J a c h t cil V i s s e r y e n
Saamen in / ato cpgc/ mitgDpcn •
j^ct HOLT M e r e w e d a tc male.
(3G Ibidem vs 710.
D i t w a s T i d e r i c x g r o n t . -
( 4 ) Cbron. Cam. Lib. I I I . cap. 19. Eratque Episcoporum
T r k V IR E N S luM v id elic e t ac Colonien-
iium , fed & aliquot Abbacum in p i s c a t i o n e &
VENAT i o N E communls posfesfio.
( 5 ) Cbron. J . a Leidis Lib. F I . cap. 5. D e bulla
donationis de Forrestio iu W a ls d a , q u æ Z e l
a n d i a .
E g g. Beninga Hifl. van Oos tv . in Anal. A . Matth.
tom. V I I . pag. 45. ® i t lantODa.oDa i^cft in Do*
ngc tpDcn Dcic naijmcii gcfjaDt. 30 oom genac'
nut toiuDcu W a l CHE REN.
(0 ) Annal. Fuld. ad ann. 837. Nordmanni tributum
exattantes in W a l c h r a m i n s u l a m .
( 7 ) Hedæ H ifl. fol. 17 1 . Quæ vocatur W a s i a
five W a s d a .
(8 ) In diplom. Lud. Germ, citai. Forestum W a s da
in eodem Comitatu.
K. Kolyn vs 368.
/ a l c e r e i s al30c gcjiotocn
<i»nDc T E Y s T E R n a N D E îicDojûcn I
D a t ì h a d d e a l s G r e v e v e r c r e g e n .
/ i o ) In diplom. Otîon. I . apud Hedam /o/. 83. Quod
W a l g e r u s , r i postea f i l i u s e j u s R a d b o d
u s , e x nostra parte in beneficium habueruiit.
( 1 1 ) Aimon de gest. Franc, cap. 24. Præter ipein
a n a tre fuo Lu d ov ico Germaniæ Rege libi nuntian-
tes legatos a c c e p it, uc fi quam ocysfime Aquisgrani
nou egrederecur & regnum quondam Lotharii
penitus non d efe rere t, idemque regnum, ficuc L o tharii
HOMINES t e m p o r e OBITUS EJUS HA-
BEBANT EIS T ENERE PACIFICE NON CONc
e d e r e t , fine ulla retrattacione ilium bello ap-
peterec.
zeggen, dal byaldien, by niet aanflonds
en de boofdflad Aken, ja het geheele
Lotteringfche ryk ontraymde, en des
zelfs daarin zynde vazalen het vrce-
dig bezit hunner voorige aldaar gehad
hebbende waardigheden liet bebou-
den; hy hem dan ylings met de benden
, die hy thans aan de hand
hadt, den oorlog zoude aandoen. ' '
Karel over zoo ' ftoute aankondl-
ging verzet, en meer tot. het achtervolgen
van den vreede, dan het aanvangen
van eenen onwisfcn oorlog
genegen zynde, betuygde dierhalve
het in gefchil zynde ryk , onaangezien
hy reeds tot Koning van’t zelve
gekroond en ook het grootfte
gedeelte van des zelfs landen onder
zyne magt gebragt was , met zynen
ouderen Broeder te willen , ( i ) deelen.
Invoege dc Afgezanten dier twee
Koningen, te weeten drie Bisfchoppen
en v y f Graaven , by voorraad
den zesden van (2) Lentemaand te
Aken een verdrag flooten; b y ’t welke
zy beloofden in eene nadere zamenkomst
de ingewiiligde verdeeling
dan indiervoege te zullen doen, als
die met de belangen der wederzydfche
ryken het best zoude overeen-
komen. :
En zekerlyk, ingevolge van deeze
te Aken beraamde voorwaarde, verlO
I
fcheen Karel (3) Koning van Vrankryk
te Herftalle , en zyn Broeder
Lodewyk, Koning van Duytschland
, te Marfc in ’t begin van Oogst-
maand, ieder in gezelichap van vier
Bisfchoppen; tien raadslieden, en dertig
(4 ) hunner voornaamfte vazalen,
op de Maas; alwaar door die wederzydfche
Gezanten het beloofde verbond
der verdeelinge van het Lotteringfche
ryk naa veel handelens eyndelyk
wierdt getroffen, en den (5)
achtften van Oogtsmaand ondertekend.
B y ’t welke, behalven veele
andere landen, aan Koning Karel de
fteden Tongre (6) Kameryk, Mau-
beuge, Maastricht, Mechelen , Lier,
Konde , Meerbeke , ’t Graaffchap
Kempenland , en een ( 7 ) derde
deel van Vriesland , te weeten het
thans genaamde Zeeland van de Schelde
tot de Maas to e ; en aan zynen
Broeder Lodewyk, onder zyne andere
wederhelfte , onder anderen ,
de fteden Kolen, Trier, Uytrecht,
Berg , Epternach , ’ t Graafichap
Teysterband, de Betuwe (8) en de
twee overige derde deelen van Vriesland
zoo van de Maas tot den Ryn ,
als vandaar tot de Weezer toe te
beurt viel, invoege het tegenwoordig
genaamde Holland en Vriesland
onder Lodewyks aandeel lag.
Ver-
( 1 ) Annal. Bertin. ad ann. 870. Carolus misfos
fu o s , Odoncra fcilicec Belgivagorum E piscopum, r i
Odonem acque Harduinum Comités ad fratrem fuum
Ludoicum ad Franconofurc dirjgcns, petiic ut ad
regnum Lotharii dividendum fimul convenirent.
(2 ) Paaio Aquisgran. apud Miræum in. Codice don.
piar. fol. 27. Anno incavnationis Domini nostri Jefu
Christi D C C C L X X indittione I I I , pridie nonas
Marcii.
(3 ) Annal. Bertin. ad ann. 870. Ipfeque (Carolu
s ) Poncigonem p e ten s , ibi Misfos iratris fui a c c
e p i t , mmcfances illi uc ad Heriscallium p e rg ere c,
r i fratcr fuus Ludoicus ad Marsnam vencurus forec.
_ (4 ) Ibidem. Ec in medicullio eorumdcm locorum
Kalendas Augusti colloquerentur & unusquisque e o rum
quatuor Episcopo s & decem Confiiiario s, r i inter
pijnisteriales r i vasfallos X X X . tanturamodo
ad idem colloquium ducercnc.
I I . Deel.
( y ) Charta divifion. apud Miræum in Cod. don. piar,
fol. 28. Anno incarnaciopis Dominicæ D C C C L X X
regni Caroli X X X I I I , indittione I I I . V I idus
Augusti.
(6 ) Ibidem fol. 30. Hæ c est po rc io , quam Caro lus
de eodem regno fibi accepit . . . Tungris . . .
Camcracura . . . Melbarium . . . S. Servacii . . .
M a lin a s , L e d i , . . . Coil'datum, Merrebecchi . . .
Comitatum Taxandrum . . . de Frifia t e r t i a m
PAR T EM .
( 7 ) Aimon. de gest. Franc. Lib. F . cap. 25. Hæc
esc p o r t io , quam Carolus de eodem regno fibi acc
ep it . . . de Frifia terciam parcem.
- (8 ) Charta divifion. apud Miræum in cod. donat. piar,
fol. 28. Hæc esc po rcio , quam fibi Hludovicus acc
ep it , Coloniam T r e v e r o s , U t r e c h t . . . .
B e r c h ....................Epcernacum, Comitatum Tes tre -
b a n c , Batua . . . . d e .F r i s i a d u a s p a r t e «.
C c
t''
iff
f r f f ' „ ;
V 41'