
l' M
il «v>
['‘ IP'Iif
’ • i b '
íiiíi'P’ S
èlli
I :i|
■ 4 ’ü i " '
316 G E R A R D V A N L O O N S
de Bisfchop van Uytrecht geene
mindere bekommering, wegens Robberts
huuwelyk met de Weduwe
van Holland, als zynde buyten ’s Keyzers
bewilliging aangegaan , thans
opvatteden , even gelyk te voore dat
zyns Broeders met de Graavinne Richild,
ook buy ten weeten des Keyzers
voltrokken , den voet tot den (i)
laatstgemelden Vlaamfchen oorlog
gegeeven hadt.
En zekerlyk de Graaf van Vlaandre
zag zieh, 200 door dit een als
ander voltrokke echtverbond zy ner
Zoonen, zeer merklyk in vermoogen
toegenomen , mids hun
gezamelyk gebied zieh nu van de
Zuyderzee tot boven Atrecht en
Berge, iangs de Noordzee ,uytftrekte.
En des, daar hy te voore reeds den
Keyzer zoo naadeeligen vreede (2)
vo or’t ryk hadt weeten af te wringen
, daardoor te meer thans in ftaat
geoordeeld wierdt , om niet alleen
den overzeefchen koophandel, tot
handhaavinge van welken de voorige
oorlog van de Merwe wel voornaamlyk
gevoerd was, geheel af te ihy-
den, maar zelf, zoodraa’t den zelven
maar in den zin (choot, met die vereende
magten, zieh van geheel Nederlotteringe
te können meester maaken:
temeer, midshy over (3) drie jaaren
daarenboven nog Voogd van den
minderjaarigen Koning van Vrankryk,
zynen Neef, geworden zynde,
zieh met de magt van dat geduchte
ryk geftyfd zag.
Des was de opgevatte bekorame-
ring niet zonder rede , en ftrekteti
alle de raadflagen en poogingen der
Geestlyke en Werreldlyke Bewindvoerders
des ryks, om , zoo zy Robbert
al het in weerwii behuuwelykte'
gewest niet konden doen ontruymen
, ten minfte zyn aldaar aange-
matigd ftaatsgezag, zoo veel maar in
hun vermoogen was, t’ hunner ge-
rustheyd te verkleynen.
En dewyl over eenenveertig jaaren
ten tyde van des laatstgefneuvel-
den Graaven Vader, ten overftaan
van Keyzer Henrik den 11, te Zulpik
gebleeken was, dat het Graaflyk
Huys van Holland geene aanlpraak
op Waterland, midsgaders (4 ) het
Westfriefche o f Westflingilche
Graaflchap hadt, maar die beyden
de kerk van Uytrecht geheel toe-
behoorden, zoo wierdt het laatfte
ter verkleyninge van Robberts magt,
volgens den inhoud van den volgenden
Keyzerlyken (5) giftbrief, om
van den zelven in tyd en wylen gebruyk
te können maaken, aan den
tegenwoordigen Uytrechtichen Bisfchop
Willem toegeweezen.
In den naam der Heylige en onverdeelbaare
Drieeenigheyd, Henrik
door Gods gunftigzynde barmhartigheyd
Koning. Alzoo viy naavolgende de
voorbeelden van onze rechtgeloovige
Koor-
( i ) Zifi hier voore I I Deel fo l. 305.
(2 I Z ie bier voore I I Deel fo l. 307.
(3 ) Geneal. Comit. Fland. cap. 3. Mo rtu o aucem
Henrico prædirii regis Franciæ Roberti filio , filium
ejus Philippum præfatus Comes Balduinus usque ad
æcacera ejus regno habilem nucriendum fuscepic, &
regnura virilicer gubernavic, juraca fibi fidelicace ab
omnibus regni p rin c ip ib u s , falva tamen fidelicace
Philippi pueri u v iv e re t, fm autem ucpoce justo
hæredi regni per uxorcm.
(4 ) I n Diplom. Adelb. Epifc . apud Hedam fo l. 111.
Exccpcis dictarum terrarum decirois , & t f . r r a
Wa t e R L Â N D IÆ KT W e S T F R 1 SIÆ, QUÆ TOT
A I .IT E R P E R T IN E T AD E p iS C O P U M E T ECCLESIAM
T r a j e c t e n s e m .
C j) Hedct H i f i . fo l . 128. In nomine fanflæ 5c
individuæ T rin ic a tis , Henricus divina favence Clemencia
Rex. Patrura nostrorum orchodoxorumexem-
pla fecuci, qui rebus fuis Ecclefias Dei ædificave-
ru n t, ædificacas non minus rebus ad Regium fiscum
p e rtin e n tib u s , quam propriis hæreditatibus hono-
rav eru n c, penfante quoque benignum remuneraco-
rem Deum preciofaque commercia dura pro tcm-
poralibus raereamur æ te rn a , terrenis cælestia, ca-
ducis in æternum manfura , æquum & honestum
duximus, primicias adolescencia: nostræ hujuscemodi
íludiis
A L O U D E H O L L A N D S C H E H IS T O R I .
Kooroudcrs., die Gods Kerken met het
Inmne geflicht, en de gefticht en niet alleen
met de Koninglyke rentmeesterlyke
goederen,. maar met hunne eyge byzondere
ervenisfen vereerd bebben: ook
overiveegendc boe God een goedcrtiere
vergelder, midsgaders hoe voordeelige
verwiifeling het is , als wy voor het lyd-
lykc het eeuwige, voor het aardfche het
Hemelfche, ’t gene blyft, en voor de
vergangelyke de eeuwigduurende goederen
bekamen, hebben wy redelyk en eer-
lyk geoordeeld de bcginfelen onzer jonge
jaaren met zulke begeerten te ont ginnen,
op dat het tydlyk leeven ons langer zy,
en wy onze dagen in de rust des vreedes
gelukkiglyk moogen volbrengen. Dierhalve
willen wy dat alle Christenen onze
getrouwe lieden zoo toekomende als
tegenwoordige, kennelyk zy, hoe wy tot
hulpmiddel onzer ziele, ter Godvrugti-
ger gedachtenisfe van onzen Kader Henrik
den doorluchtigen Keyzer, als ook op
de tusfchenkomfte en den raad van onze
getrouwen, te weeten: Anno den Aartsbisfchop
van Kolen, Everhard Aartsbisfchop
van 'Frier, Adelbert Aartsbisfchop
van Hamburg, Burchard Bisfchop van
Halberftad, Frederik Bisfchop van Mi-
migarford(datis Mtmfer), vandeHer-
togen Godefrid, Frederik en Gerard, als-
mede omdcn getrouwen dienst van fK il-
lem, Bisfchop van Uytrecht , aan de zelve
Gods heylige kerk van Uytrecht ineygen-
31?
dom overgeeven, en , om eeuwiglyk Zonder
iemands tegenfpreeken te bezitten,
vergund hebben het geheele Graaffchap
van fKestflmge, omtrent den oever
des Ryns gelegen; ’t gene Graaf Dirk
gehad heeft, met alles wat den Koninglyken
ban aangaat , en alles wat tot
het zelve Graaffchap behoort, dat is
de Abtdy te Egmond en de flaaven, zoo
mannen als vrouwen, gronden, gebouwen
, akkers, beemden , wegen, bebouwde
en onbebouwde landen, luateren
en watei-loozingen, visfcheryen, uyt-en
inkomften, wegen en onwegen, en wat ’er
van komt o f komen zal, markten, munten,
tollen, cn bosfchen. En op dat
deeze onze gift ten alien tyde vast en
onverbreekelyk blyve, hebben wy deezen
gunstbrief doen hefchryven, cn den zelven,
met onze eyge hand bevestigende,
bevokn, dat hy mct het indrukfel van ons
zegel verheerlykt worde.
Het teken van den Heer Koning,
Henrik den vierden.
Ik Sigehard Kanfellier, in de plaats
van Sigefrid den Aartskanfellier, heb
het overzien. Gegeeven den 29 van
Grasmaand in ’t jaar sSan de mcnsch-
ivordinge des Heeren 1064 ’ tweede
indiäie, in ’t negende jaar der ver-
heffinge van den Heer Koning Henrik
den I k . en het achtfte van zyn ryk.
Gedaan te HKerde in Gods naam gelukkiglyk:
Amen.
Dit
E Ô B S Ï i l l
Rudiis iniciare, ut vita longævior fit in tempore ,
& tempora jucundiora in tranquilla pace. Unde
notum esfe volumus omnibus Christi nostrisque fidel
ib u s , tam fucuris, quam præfencibus, qualiter nos
ob remedium animæ n o s træ , & piæ memoriæ patris
nostri Henrici Imperatoris Augusti, interventu quoque
& confilio nostrorum fidelium, fcilicec Anno-
nis Colonienfis Archiepiscopi, Everhardi Trevirenfis
Archiepiscopi , Adelberti liamraaburgenCs Archiepiscopi
, Burchardi Flalverftadenfis E p isc o p i,
Frederici Miraigarfordenfis, id est Monasterienfis
Ep isco p i, G o c c frid i,'F re d e ric i, Gerhardi Ducum ,
n e c non ob fidele fervitium Wilhelmi Trajerienfis
E p isc o p i, Comitatum omnem in W e s tflin g e ,&
circa ovas R h en i, quem Theodoricus Cornes h abuit,
cum omnibus ad bannum Regium p e rtin e n tib u s ,
univerfisque ad eundem Comitatum refpicientibus, hoc
esc, Abbacia in E gm o n d e , ucriusque fexus manci-
//. Ded.
p u s , a reis, ædificiis, a g ris , p ra tis , p a fcu is, te rr is ,
cultis & in c u ltis , aq u is, aquarumque decurfibus,
pifca cionibus, exitibus 6c reditibus , viis 6c in v iis ,
quæficis 6c inquirendis, m erc atis, m o n e tis , celoneis,’
fo re s tis , eidem Sanriæ Dei Ecclefiæ Trajerienfis in
proprium tradidimus, & in æcernum, omni concradiriione
rem o ta , posfidendum concesfimus. Ec uc
hæc nostra traditio ilabilis 6c inconvulfa omni p ermaneac
æ v o , hanc cartam inde confcribi, eamque
manu propria co rro b o ra n te s ,Sigilli nostri impresfione
jusfimus infigniri.
Signum Domini Henrici quarti regis.
Sigehardus Canceliarius vice Sigefridi Archican-
ccllarii recognovi , data I I . Kalendas Maji, anno
Dominicæ incarnacionis c i o L x i v . Indiilione fecu
n d a , anno autem ordinationis Henrici quarti Regis
IX . Regni vero V IH . Arium Wc rde in De
nomine feliciter Amen.
flit''