
; / " fe " / ’I
'M / ! (
; ; i f / : /
den en de uyterfte ftilte, uyt het leger
naar eene plaats , omtrent een uur
( i ) vandaar, alwaar het hem gelukte
drie bruggen over dien ftroom
te flaan. Door dit middel (2 ) Otto
met zyne uyt den ftryd herroepe volken
den overkant bereykt hebbende,
viel aanftonds van alle kanten de Barbaaren
o p ’t ly f, imeet de eene benden
voetgasten naa de anderen overhoop
, en behaalde aldus, onder’t
maaken van eene overgroote flag-
ting, eene volkome zeege.
Stoinef ( 3) van eene hoogte ziende
aWus de zynen alom verflaagen,
poogde wel met zyne ruyterbenden
het doodflaande zwaard des pverwln-
naars te ontrennen, maar door eenen
Hozed achterhaald, wierdt hem het
hoofd afgehouwen , en dat nevens
zyne uytgeichudde wapenrustig den
Koning aangebooden;die, den bren-
ger ryklyk uyt erkentenis hebbende
befchonken, het zelve in zyn Je-
ger, nevens nog zeyentig anderen der
gevangen bekome Barbaaren, op ipee-
ren deedt ftellen, weiken hy ten ftraf
van den hiervoor gepleegden moord,
anderen ten afichrik, hadt katen onthoofden.
’s Graaven van Hollands Vader en
Oom (4 ) ondertuslchen, mids zy
zieh, naa deeze ondergaane nederiaag,
by die woeste volken niet meer
zeker waanden , waagden het dan
dwers door ’s Konings land , naar
Hugo Graaf van Parys, en des eer-
ftens Schoonvader , Arnoud Graaf
van Vlaandre, te ontvlugten.
Ruym twee jaaren hieldt zieh
ledert de aldus gelukkiglyk ontvlugte
Wigman in Vrankryk en in rust
op , ftaande welke tyd ’s Konings
oudfte Zoon Ludolf op den ( j )
zesden van Herfstmaand des jaars
(6 ) negenhpnderdzevenenvyftig in pjj
Italie overleedt en te Ments be -
graaven wierdt, dan in het daaraan- „jg,
volgende jaar verftaande hoedemees- — 1
te krygsbenden, op bevel van Koning
Otto, uyt Saxenland elders heen
getrokken waaren, begaf die zieh ,
nevens zynen Broeder Egbert in ’t
geheym ( 7 ) by zyne Gemaalinne
Liutgard derwaart, om in dien oord,
ftaande het afzyn des Konings, eenige
nieuwe beweegingen te maaken.
Dan hun Oom Heriman hadt niet
zoodra beyder aankomst in hunne
ftaaten verftaan , o f die rukte zoo
veele benden, als hem maar eenigs-
zins doenlyk was, byeen, en met de
zel-
B23
C j ) Gnnmlenf. Annales f o l 420. A t G e ro cum
Eaucis miliare ferme unum a Castris d iscend ens ,
oste ign o ran te , tres pontes celeriter c on flru x it,
a c misib ,.nuncio ad Imperacorem , tocum exercjcum
revoca vit.
( a ) Witicb. Annal. Lib. H I . fo l. 658. Q u o vifo
Barbari & ipfi obviare legionibus contendunc. Pedi-
tes Barbarorum dum longiorem v iam cu rrunt, &
certamen ineunc, fadgatione disfoluti militibus ci-
tlus c ed unt ; n e c mora dum fugæ præfidium quæ-
ru n t , obcruncantur.
(3 ) Ibidem. S to in e f autem coile eminentiori cum
equitibus e ventum rei cxfpettabac : fo cio s inire fm
gam cernens,, fugic & ip fe , lucoque quodam cum
duobus fatellicibus repertus a viro militari, cùjus yo-
pabulum erac P lo fe d , cercamine fatigatus armisque
nud atu s , capite cæfus esc. Satelíicum alíu§ viyus
captus, Imperatorique cum capite & fpoliís feguli
áb eodem milite præfcntatus est. E x h o c Hofed
clarus^ r i infignis habitus: mcrces tañí famqfî 'gesti
doúativurhVimperiale cijm reditu viginci manfuum. Eo
die castra hostium invafa r i multi mortales in terferii
y e l 'cap tiy^cædesque in mukarnnoriemprotrahebatur.
Postera die caput fubreguli in campo pofitum cir-
caque illud feptuaginta captivorum capite coe f i,
ejusque confiliarius oculis erutis lingua esc p r iva tu s,
in cnedioque cadaverum inuciiis relirius^
(4 ) Ibidem. Wicmannus v ero r i Ecbertus fc e le rum
c o o fc ii in Galliam p r o fe r i i, ad Hugonem Du-
cera fuga elapfi funt.
(5 ) Necrolog. Fuldenf. in coiua. Leibnitz, tom. I IT .
/oZ. 764. D C C C C L V I I . L iu tu lf r e x filius regis
V i l i . Id. Septerabr.
C5) A n n a l Saxo ad ann. 9^7. Liudolfus filius r e g is ,
cum fidem vulc fervare amicis patria c e s fit, Italiam-
qu e cum eis adiit quo agens annum fe re to cum ,
diem extremum o b iic , coco Francorum Imperio re-
linquens morte fua vulnus durum, fiinus aucem ejus
a milicibus debito honore ciiratum , & ab Italia M o -
gontiam translatum in bafilica Albani martyris fepultum
esc cum lucbu & planriu omnium F ranco rum.
( 7 ) Witkh. An n al Lib. I I I . f o l 679. Eodem
tempore Wicmannus fciens Saxoniam bellatoribus
v a cu am , a Gallia profeftus Saxoniam o ccu lte in-
crayit domum conjugemque revific.
zelven zoo vaardig tegen zyne onrustige
Neeven ( i ) te veld, dat Zy,
geene kans ziende oni hun oproerig
voorneemen aldaar werkftellig te maaken
, zieh ten tweedemaale by de
Sclaven (2) vervoegden, om dan
ten minfte, met hulpe dier Barbaariche
volken, het voorheen Zoo gelukkig
uytgebluste oorlogsvuur in
dien oord op nieuws te ontfteeken.
Om dit echter te voorkomen , als
door’t welke aan des Konings andere
hooge voorneemens geene kleyne
vertraaging ftondt te worden toegebragt,
ipande des zelfs jongfte Broeder
Bruno Aartsbisfehop van Keulen,
alle zyne krachten in. En zekerlyk
zyne daartoe aangewende poogingen
waaren geenszins vrugtloos, mids
Egbert (3) zieh van zynen Broeder
Wigman aficheydende, op de aange-
boode beraiddeling van dien afgerechten
Kerkvoogd, den Koning onderwierp
en van den zelven de verzogte
vergiffenis van alle het voorgaande
verwierf, ’t gene dus een
eynde van zynen opftand njaakte.
-Wigman aldus van zyns Broeders
hulpe eensdeels ontzet, andersdeels
door den voorgemelden Graaf Gero,
die zieh door’t flaan der drie bruggen,
ftaande de oorlog der Sclaven, zoo
zeer beroemd gemaakt hadt, onop-
houdelyk wordende aangemaand, ora
zieh mede den Koning te onderwerpen
en dat zelf onder plegtige (4 )
borgblyving van voor hem eene gelyke
vergiffenis by den Koning te
Zullen verwerven, volgde eyndelyk
ook het voorbeeld van zynen Broeder
Egbert, en ftelde zieh des onder
de befcherming zoo van den Gemelden
Gero als van zynen eygen Zoon
Dirk Graaf van Holland, welken dan
ook by den Keyzer moesten te weeg
brengen en dat hy zieh by zyne
Gemaalin , en der zelver Vlaam-
iche Staaten zoude moogen ophouden.
En zekerlyk naa Wigman,
hoewel des onverzogt, vooraf onder
de allerfchriklykfte eedzweeringe belo
ofd hadt, van nooit iets tegen den
Koning o f des zelfs ryk met raad o f
daat te zullen onderneemen, is hy in
vreede verzonden en door den K e y zer
zelf, met de hoope eener volkome
vergeevinge en veelvuldige andere
beloften, voor eerst niet weynig
geftreeid geworden.
Niet lang nogthans gehoot Liutgard
het byzyn van haaren Gemaal
Wigman, mids die hooggeboore
Vrou, het zy door ziekte, het zy het
voorgaande wangedrag haars mans
haar het hart doorgriefd hadt, den ne-
genentwintigften ( j ) van Herfstmaand
desjaars negenhonderdeenen- 961.
zestig uyt dit leeven gerukt en haar “
lyk in de kapelle van de Maagd Maria
der by Gent gelege Abtdye van
Sint Peter begraaven wierdt.
Dit overlyden van Liutgard irnert-
te niet min haaren vader Arnold
Graaf van Vlaandre, dan haaren Gemaal
Wigman Graaf van het nieuw
geftichte flot over Gent; zulks de
laatfte,
■’ «,1¡
’ U v »
d ;■) ■
mM.1
■;C0 Witicb'. A n n a l Lib. I l l f o l 679. Du ftus
exercitus contra. Wigmannum tercia v ic e .
( 2 ) Ibidem. Inde fe iterum alienigenis immerfit.
Q ) Ibidem. E cb e rtus v ero interventu magni pontificis
Brunonis in gratiam recipitur.
Injusfus facramentum terribile d ed ic , fe contra Im-
pe fa to rem , Iraperacorisque regnum nunquam aliquid
inique confilio aut áriu fariurum. Ita iìdé data in
pa c e esc dimisfus, r i bonis promisfionibus ab Imperatore
(4 ) Ibidem. Wigmannum tertia v i c e , v ix òbtì-
nu ic, ut in fide Geronis filiique fui fu sc ip cre tu r , ip-
fique apud Imperatorem o b tin e r cn t, quo patria con-
jugisque patrimonio cum gratia Imperiali frueretur.
èrériUs.
C j ) A n n a l. Fland. ad ann. 961. Eodem antio
tertio Calendas Óriobris fa to concesfit Lutgardìs
Soror Balduini, uxo r Wigmanni Comitis novi C a s tri
Ganda v cn fis, fepulca Blaridinii in fa ce llo b e a t*
virginis.
C c c 2
f
!'■
Ili
y- ■'