N A T U ü R K ü N D.E.
Eene laft van het Ryk al te zwaar, dan dat
icmand dar Merktetan, van het Ryks-bewwd
in het Rabba der kinderen Ammons op 1 hiladelphia,
op zyn hoofd zoude hebben gedragcn,
gdyk hedendaags de Koningen , die gekroond
worden , gewoon zyn. Zoo dat het
derhälven zoude zyn geonrlofd te giflen , dät
dezelveveel liever aan zeker Werktuyg is opgehangen
geweeft, en op des Konings Hoofd
nedergelaren : of met Le Clercq, dat het woord
mifchkaUh te verftaan zy nietzoozeervan het
gewicht jdan wel van de waarde der kroone, hoedanigaanGoudisvanijizo.
Dukaten. Jofifas
in zyne Hiftorie het VII. Boek , het 7. Kap.
heef t eene Kmne w egende eenegoude Talent.
De Text geeft te kennen, dat deze Kroon
vercierd was met edel gefteentens, gelyk de
Kroonen der hedendaaglche Koningen gemeenlyk
zyn, Edoch noch het getal der Juwelen,
noch de hocdanigheid, noch de waardy Word
uytgedrukt. Daar zyil onder de Uytleggers, dewelke
door eben jekarah vele edele Gerteentens
verftaan. Maar aan Jofeftn behaagd de Sardomx
Waar van d alleen. aan hem zulks mogte zyn
gebleeken, s onbekend. Dit Ipeurd Bochare
HS
na Hierozoic. II. Deel, V. Boek 7. kap. uyt de
öchnfren der Joden. dewellce miflchien in den
Texc voor Alalcam , ¿¿es Koftings derzelver ,
gelezeii hebben mikom^ van den Moloch. En
hy vind, dat de J'^ri/tJwyxinhet Üollen is ge«
naamd geweeft tnoloch , molochas. Ep 'tpbanx
in het Hoofdil; de Sardio: eßt de hjältos SardonuT
, hos kaleitai Moluchas. By Kimhi
zulc gy van deze fteen een ander verdichtzel
leezen, dat die een Magneet-fteen is gewceft,
en desfelfs waardy een Talent , welke fteen geduurig
zoude getrokken, en de kroon in de open
luchc hangende hebben gehouden. lets diergelyks
zuU gy leezen in Sanheäriti kap: II. van
Jeroboams Kalf^ dat het door een Magneecfteen
is opgehangen geweeft, en tuflchen Hemel
en Aarde gewogen. En van "Ditiocrates
een befaamd Alexandrynfch Bouwmeefter »
dathy de Tempel van Arßnoe met een Magneecfteene
Verwulft heefc gedekt ^ 2oo dat haar
ilandbeeld als in de vrye Luchc fcheen opgehangen.
Welk Verdightzeltje de Muhammedanen
al lang van de Kift van den valfchen Pro.
feet geloofd hebben.
P R I N T B L A D CCCCVII.
— DQS ßonden alle %omn des Konmgs op, ende reeden een tegelyk op zynen muH,
ende vlodeu. II. Sam: XIII. vers
A a vlucht nietj Trhifetti blyft: u zal geen teed genaaken.
De wraak van Abjolonti is door zyn Broeders dood
Door Ammons btoed g^paait, dtc, door begeerte aan V blaaken ,
Vit wellufl, met gewtld misbruikte Thamars Jchoot:
Maar gy volhard, daar u de vrees bezielt, in 't vluchten:
Als woede'i hart regeert, moet ieder V ergjie duchten.
EEn Muil-ezel, van eenen Ezel en eene Merrie
geteeld, is geenfins een gewrogt van
de Natuur , maar zekere overfpeelige uytvinding,
en dievery van de menfchelyke kwaadfmeeding
en verraetelheid , gelyk dus 'Democritus
denzelvenbefchryfdby z^Lianus in het
XVIII. 9. I Kron:XIL40.2. Kren: IX. 24;
en in den tegenwoordigen Texc; waar uyt biykc,
dat des Konings zoonen op muylen hebben gereeden,
X n . Boek, het 16. kap. Peredhy den Hebreeu.
wen, hy àtnGnt]s.tnheymÌDnosy omeya. Dit
zoort van Dieren is voornamentlyk in gebruyk
geweeft ten tyden van David en Salomon, het
welk blykt uyt i Kon: I. 3J. X. 2. Sam.
gelyk zy nu op Paarden zitten £•
behalven deze Muylen, dewelke ter Paard-ryding
diendden , zyn 'er noch andere geweeft
die laften droegen, i Krön: XII. 40. andere
die voor de wagen liepen , van dewelke eiders.
Eochart Hierozoic: iDeel, II. Boek j
19. Kap.
B b b b b b b PRINT-»