iiií
I •il ,/!'
; iíli': r »:
"ti
Mi" , f
r'! Ili 1 'i!:
•I';, '
f
N A T U U R KUNDE.
willen, gezetineenSchip, hollé metalekogcls
zwemtnen op hec water, by aldien gene te gelyk
met het Schip, deze tegelykmetdedaarin
bevatte kiclit lichter zyn dan eene gclykchoop
water. Een koper dekfel word Fig II. onderfchoort
van het benedenfte wa t e r , en de zy rond
'^"gwerplge gedaantens , tetwyl de bovenfc
CUiudcr, rond langwerpige gedaante , derzelven
anders zullende nederdnikken, doorkonft
word weggefchooven : welk eigenfte Fig, IV.
de konftige wegfchiiyving van de bovenlle QíindEr
ook vcrricht. Zie meer over deze zaak
het 2 3. blad van Sturms CeUrg. Exper. Maar
alhier, in het wonderwerk van Ehia , is niers
zodanig. Inderdaad het hout in het water geworpen
heeft niet meer i . . . .
ten bygebragt om de byle van de grönt op to
beuten, of derzelver dry v i n g , ais de mantel
van Elias ter verdeiling van de Jordane ; ais
de ftaf, door middel van welke Gehazi eenen
dooden moeft opwekken : ais het zout , waar
door lihfa de bittere wateren heeft zoet gemaakt:
ais het mecí, waar door deze zelve de
fcherpigheid en onaangenarae fmaak van de Kolokwmt
of wilde VVyngaard heeft benomen:
o f d a t f l y k , waarmede K.RISTUS dienblinden
de oogen heeft geopend. Deze zelve wonderdaden
Uytvoerders hebben, door hetgebray.
ken van zod-anígeonverntogende middelen, getoond
, dar het wondcrwerken zyn geweelt,
dewelke zy verricht hebbep.
P R I N T ß L A D CCCCLXXXVUI.
A^s zy nu tot hem afkwamcn , bad Eüfa tot den HEERE; mde zeide; Siaat
äog dit Volk met verbCwdheden: ende hy floegze met verblmdheden, ma het woord
van Elija.
Ende het gefcbiedde, als zy te Samar'mgehmen waren, datEUfa zeide-, HEERE,
opend dezer oogen, dat zy zien: ende de H E E R E opende bare oogen , datze
%agen, ende ziet, zy waren in het midden van Samaria. 2. Kon: VI. vers 18. zo,
0 Vorfl van Syrien', hat af G ODS Held tepüagen.
Gykit ELI Z A te vergeefs veel'ßinkze langen.
Zendvry wji; heirkracht heen om Hm tegrypen: maar
De Alheerfcher, die Hem helpt in 't bannen -van •tgevaar,
Z d , op de be zyn 's knechts, diengrooten heiherkonder,
Uw' Legerbenden , door een ganfch verbaazend wander ^
Met blindheid treffen, en uwpooging tegenflaan,
En naar Samaria hen doen on'-j:eetendgaan.
Daarheft GÜ D S knecbt zyn band ten Hemel 1 GODS vernioogen
Bmeemt henflraks 'tgebr-jnk, 0 '•jvonder! i-an hiinne oogen,
En doet hen brengen in de hoofdfiad van het Ryk,
Zelfs door E L 1 Z A, die zy zockten; tot een blyk,
Dat GOT) zyn' knechten, hoe de d'SJinglandy moog' n-oeden,
Door duizend wegen, kan befchermen en behoederi.
Pas zyn zy in de flad, en in hun 's vyands magt,
P f G O D S Propheet, (doch eer G O O S onweerfiaanb're kracht)
Ontßnyt hunne oogen, en zy zien rji'eer als te vooren:
Doch^hartnekkieen, volhard in uwen tomn
En heUloos wangdoov': Maar haaß erlangtge U'w firaf,
Wenu GODS ßaandehand, doorziekte, klinkt in't graf.
den tot den man dien gy zoecket. Hy leid hen,
tot hec gezellchap der uyrgezondenen zynde
roegeUten, binnen Samarie , de Hofhoudingsftad
zelve van Ifraels Koning. Maar te vooren
ßaat de HEERE hen metverblindheid, basfanuerim.
Deze was gene blindhcid eigentlyk
ZOO g ena amd, ontftaande uyt eene Sinking cf
Verdonkcring, maar eengeheel byzonder toeval,
door Uet welk G Ü O zodanig de oogen
der afgezondenen had verblind , en bedroog,
dat alle de voorwerpcn reo eenemaal in eene
andere gedaanre gcfcheenen hebben, dan z y wel
K k k k k k k k wa-
Hier is wederom tegenwoordig een Tweecal
van wonderwerken van Eli£i, veel eer
van G O D door den Profeet gewrochc. Elifa
moeft, op bevel van den Koning van Syrie,
gevangen worden, door eene l>endeuytgezonden
krygsknechtcn : deze berennen de ftad
Dothan, binnen welke de Profeet was : de ftad
zullende ingaan komd hen de Profeet tegen,
welken zy zochtefi, hy zelf, bied zieh ten getrouwen
wegwyzcr aan, en wel met deze aanfpraak
vers 19. Dit enis de-vaegniet, endediten
is deßad niet; Folget my na, ende ik zal« leil
i : ^ ' ;
' Ü Iii