iîip;':
•Iii
i - •Ml
F ,
1 1 -
1
.•1l '.ii.i|i„, . _
-.¡ííií'í
. f ;
!lt!||!|f: !•
" i f"i
iiuiir"
1 • •
it '
t:>-
. .m,
•• !' i
f "
,'li I , ::f
•ir?
nii
G E E S T E L Y K E
75°
lenbyvergrooting gefprokentoefchynd, voornamentlyk
by aldien de fchacting jaarlyks
was, hec welk de Kaldeeuwfche en Arabiiche
Vercalingen willen. Alwaarom de ßeroemde
Ludolf Comment, ad Hiß: Mthiop. 3. kap bl.
84. wi l , dat deze fchatting maar cens in 't leven
van elken Koning der Moabiten isberaald
geweeft , by de intrecde van hec Koninkryk,
als een leenverheifing. Aiwaar aan te merken
ñaac, dat de fchattmgen en de boeiens oudstyds
zyn beraald geweeft nier mec gelc, maar vee,
en van hec zelve door een zcker gecal. Welke
gewoonte noch hedendaags by den Kuílen en
'Jarearen plaats hcefc. Hier vau daan wierd
/•ffffw/Ä g c l d , Tin pL'Core ^ klein vee genaamd.
Ook 'uordcn uu vogindeSchaitivgtafekn'^o.kwx
genaamd alle dingen, iraar uyt bet volk inko.
mm heejt, om dat dat langen tyd alleen de toi
•tvasge'^'eeß. Ook wierd de boete niet anders
dan len koße van jcbape» en oßen aangezegd.
'Plintus XVIII Boek, 13.kap. Hiervandaan
betckcnd A//^nf/jbyden Hebreeuwen eenekudd
c , enalderlundegoederen, als dewelke oudstyds
uyt kiidden klein vee beftonden. En in
onze plakkaten, en verbonden van koop en verkoop
berekcnd het woordO/^/ allerley fchatting,
hec zy dezelve met geld, ofmec koorn, kaas,
vis bctaald word.
P R I N T B L A D CCCCLXXIX.
iV« dan brengd my eenen Speelman : ende het gejcbiedde , ah de Speelman op de
Jnaaren[peelde, dat de band des HEEREN op hem kwam. z. Kon; Iii. veirs i j.
irelk 'wonder! GODS Tropbeet, door 't goddehos heßaan
Van J O 1< A M, / i / in toorn ontßeeken,
ffaar door GODS Geeß fcheen "weggeweeken^
¡Vord, door het ßtaarenfpel^ op 't krachtigße aangedaany
En vnn siya gramlchap fluks onibevm:
Zyn geefl word door GODS geefl gedreeven,
En propbeteerty al 'juat den ziyand moe(i geßhien}
Hoe Hy voor Iß-ael zou vlien,
En zieh zien jaagen uit zyn" Wallen, Bnrchttn^ Steden.
'Dus Waake» 's Hemels oogenleden
VooT 't heil des mans, die fleeds op zyn beßbeming bouwt ^
£» GOD ältoos voor oogen houdt.
ZTe daar Elifa o p Speelkundig Maatgezang
profecerende ! dac hier van verre ftaan gedachten
van eene natuurelyke macht van cenen
merifch, welke als in iÎaap gevàllcn de Mufyk
weder zoude opgewekt hebben. Verre zy hier
hec Nacimr-vermogen, hctwelkaandeNatuur
deze gave der Profecye toefchryfd , dewelke
enkelykaan G ü D moec roegekend worden:
ten alderhoogften verfcheiden' van dat anderen
rechtzinnig N a tuur -vermogen, aan veelen,doch
zonder reden, verdacht, waar door d e natuurelyke
oorzaken worden opgcgraven, tot zoo verre
toe j als zy wel können uitgegraven worden,
altyd aan G O D, de opperfte oorzaak en eeniglyk
werkende , onderfchikc en onderwor
p e n , de bepalingen worden getoond, en in de
leere over de wonderwcrken woiden de wetten
der beweeging door de Goddelyke krachtovert
r o f f e n , of opgefchorc, bepaald. Waarzeggingen
moeten onderfcheiden worden van waarzeggingen,
voorzcggingen van voorzeggingen ^
daar zyn'er, de w e l ke op hec verband der natuurelyke
oorzaken en gewrochten gegrood
worden: aldus maken de Geneeskundigenhare
voorbefluiten , voorzeggen de Sterrekundigen •
d e Zon- of Maan-befwymingen, en den ftant I
van alle de Dwaalfterren tot eenen toekomen.
den gegeven tyd ; de Natuurkundigen de onweders
van de lucht uit hec vallen van d e Kwik
in het Weerglas. Maar daar zyn gebeurlyke
toekomende zaken , dewelke, ccrwyl zy met
den aard der dingen gene verbincenis hebben,
van de wcnk van G O D alleen en deszelfs
goeddiinken afhangen. Toc deze overftygerende
kennis van toekomende zaken behoord
ook het tegenwoordig geval. De Zangkunde
leetc geen verband mcc due geen, hetwelk EIlla
heeft voorzegc, welke wel bevoegc is om
lemand aandachtig te makcn cn verftandig,
geenszins eenen Frofcec. Die doornachtige
Schryver van het (^odgeleerdStaatkundifrrak'
taat, onder den naam van Spinoza bekend,
gelyk hy G O D neenid voor de wereld, zoo
de nacuurelyke voorzeggingen ook voor goddel
y k e , de gave der voorzcgging voor inbeelding.
In dezer voegen iprcekc hy kap. 11. ro: voorftand
van zyn gevoelen die zelve voorbeeldvan
Eliia bybrengende: De openbaring veranderde
m tegehken l'rofeet naar de gepldheid van de
geflekenis des lighaams ende der inbeelding.
IVant by aldien de 'Profeet blygeejtigwas, zoo
wterden hcra geopeubaard 'overzainnwge»,
vree-
TAi. c c c r i x x i x
ai R EG. CAP. III. V A»,
ïiifa'ii.s ad itiitlcajii VHfc
G. 1). J{,-u"l-iri .'iu/f.'.
- ä
î i l ,