R E R U M N A T U R A L I U M . 53
fece, rufis marglnibus & maculis, ante quas o6lo eut ta; mVroe collonf-n fTm^ • -n l -
& plerique proecedentes Americani funt ^ collocata: funt , variantur. Et h i c
a n
n i g r i s
TABULA QUADRAGESIMA ET QUARTA.
Hi 1 HI an
- p™. r™, . d , ™ .1.™ a „ i c _ .iji. .
. e Si « " i r j a s / ^ g . - r t x - i y s r
h a s d u oe finales, rubra Imeaque macula fuccinfe. Ima fades n i i a lut^. m ^ 1 ®
^ ru p e r i n c u m b e n t e te'&s. èhinenfis eft "
i N u m . lo. 0: ir. Fhaloena medio alba, oris grifeis.
f a f c i am alia cernicur quoque lata, fed coeruiea turn nncmainTlL ? ^ /
c o l a fufca. AI. a n u L ^ r o n a fade, e f f u L ' ^ b e T i ^ SX
n a n t u r . - poftica; hei c et,am in medio ex fufco rubent ; dein fascia f u c d n S m .r n, T
c o n f i e n t oblong., pallida flav., ,nter fe c o n t i g u . q u a r u m ^ S X r a ' f ^ ? o™^^
g e r u n c
rosfche kanten en vlakjes, en liier boven acht zwarte vlak-
Wèftln^cüën'''
N 27 28. Mogelyk is dit aardig diertje , 't geen tot de
Uag-Kapellen met fch^nt te behooren, deszelfs geboorte verfchuidigd
aan een Water-Nimf. Het lyf is zwart, gelyk mede
de randen der vleugeltjes, die in 'c midden geel zyn.
VIER-EN-VEERTIGSTE TAFEREEL.
N. I. 2. -TAezer bovenzyde is vuil licht-gecl, met zwar-
. te punten en kanten aan de voorvleugels ,
byna m t midden zym hier nog twee ronde zwarte vlakjes,
en wat meer naar 't einde eenige flaauw-bruine vlakjes.
D q achtervlerken hebben rondom eenige zwarte ftipdezelfde
grondkleur, docli heeft
i i i r onn SeiWercl. De oogvlalcjes hebben
en de achtervleugels eenige zwarte
Iti^es. Ueze en dc volgende zjm uit Weil-Indiën.
hniftpif n ^^ doornachtige
borl els. De voorvlerkjes van dit Nacht-Kapelletje zyn licht
achtervlerkjci z y j hÖogï
^ L Z de vlakjes in
g e i r r S i i t r ™ ^^^
m S ' ü L j : . ^ ' ' ^ondkleur dezer Kapel is donker - bruin ,
met tlaauw-geele vlaklcen en fyne witte flippen. Boven aan
, zyn S e e ronde zwarte
w^vken, dic een blaauw half maantje hebben. Wat laam
J '^'^Sen een donker-rood en ge 1
f c w V " " grondkleur, liet
geele v laden, doch op de groote zwarte grondkleurige vlak
op de achtervleugels, ziet men ook fchoon roode en b W
N. 8. 9. Dezer grondkleur is zwart met lichte vlakken v
die iets geelkleurig zyn. Aan den binnenkant, ma? onderen
laan op de achtervleugels twee roode vlaklcen Van ^
^ voorvleugels flechts door een licht"bruit
grondkleur. De achtervleugels zj^n hier ilaauw- en erauuws
e c l , en 7vvnr(-g e e l , en zwart og-ePvuilnaWkt . O0 °p den bu oven v ^ o,r i ^«n-iit ^gnu'uwuwe e
ben cTm: 1-Ifn.aanI^ cb!
' f " -^J^i^en der bote
zien is.
U W c w c u l U U U C V i i
venzyde, waar boven een blaauw halfmaanti
Deze is uif China. ^
gry^ê 'kanten. " "bidden wit met
N. 12. 13. De voorvleugels, gelyk mede dc in 't midden
naai- binnen fchietende hoek en buiten - rand de ?chtcrv|
Dugals,_zyn zwart. De voorvleugels hebben elk eene
: y Icleine witte vlak es ; de achtervleugels zyn verficrd
penen breeden geelen band, op dezen l a n z v a r l f , docMn
langwerpige oogvlakjes, die clfw^t
middelftipje hebben; vervolgens komt hier boven eerft w S
een brecde blaauwe band, verder een fmal paarfch bandje ei
z™ bmin aan de o X yde
z>n bmm roodachtig, met wit-graauwe en blaauwe vlakken
De achtervleuge s zyn hier mede in het midden bruhfrood:
achtig, dprom loopt een band, die uit flaauw.geele lancwer
pige vlakken beflaat; in 't midden van elk dezer v k S L
een langwerpige oogvlak, die beflaat uit een wit middelftip!
j e , opeen hcht-blaauwen grond, en hierom loopt een zwar
t c , en vervolgens een hoog-geele ring. Xie kant dezer achtervlcrkea
f v i L