A v * / .
^4?n//^' e..j. / ^ '
h*-
m
4 T/ . A / ^ - / * - « 5 *
A^f<-/yY^i£ h '7>y-<^A^\ t/cX^c-^-c-^ ,
/ .
^ r-2 . X 'A y ' / ,6 ^ 1 ' ^ Al— s >%»a -
? 3B
Ï03. Zoutgras. Het bloemdek G-deelig, met de drié
binnehste slippen bloembladvormig. De meeldraden zijri*'
zeer kort. Drié tot zes toebuigende vruchtbeginsels. Gcene
stijltjes. Drie tot . zes regtstandige ï^zadige toebuigende
zaaddoozen. DC.
. 45'o. moeras Zout gr as , ,met de zaaddoozen 3-hokkig
glad, lijnvormig , aan den voet versmald. P.
P/. Bij watërkantén op den Haak en het Nieuwe land
achter ’ sGraVesande; aan de duinen van Heemstede;
in de weilanden bij Haarlem, Zandhorst; gCmqen in de
provincie Groningen. Gl In lage natte landen in ménigtm.
in Yrieslahd. iVL In Zeeland. K. In vochtige Weilanden
zeer algemeen in de provincie Holland.rPt. K. ,vH. 451. zee Zoutgras, met de zaaddoozen G-hokkig gesleufd
eirond, (aan den voet breeder.) DC.
» .
P l, Op vele plaatsen aan den zeekant en in brakke vocli*-
tige gronden. A
ig4. TunEcoos: De bloemkroon is buisvormig lan g ,^ .
Uit den bol uitgroeijend, met eenen klokvormigen 6-dee-
ligen boord. De meeldraden op den top der buis ingeplant; ,
de heJmknopjes langwerpig en wankelbaar. Eén vruchtbeginsel.
Drie zeer lange stijltjes, met even zoo vele
kromme stempels. De zaaddoos 3-lobbig, de lobben opgeblazen
regtstandig, aan den voet zamengegroeid, veel-
zadig. DC.
"'452. ndjaars Tijdeloos, met bijna veeljijoemigén bol,
de bloemen veel vroeger uitkomende dan de bladen,
die vlak breed-lantetvormig zijn. DC;
Pl. Op de uiterW'aarden, langs de Maas,, tusschen Megen
en Dieden. B! In Overijssel in overvloed tusschen Olst
en Deventer, staring. (Mss,)
3. V eel st i j l ig eri .
ig.5. W A ' ï 'e r -W e e g b r e e . Het bloemdek is 6-deelig, de
drie buitenste blijvende slipper! zijn kelkachtig, de drie
binnenste gekleurd en bloembladvormig. Zes tota5 vruchtbeginsels.
De zaaddoozen gescheiden, dikwijls i-zadig,
afvallende , niet openberstende. DC.
De bloemen zijn wit, in eenen scherm of eene pluim
bijeen geplaatst.