
 
        
         
		^  V'. 3$o  , 
 9 
 t . 
 3 ? J t . 
 t 
 & n * ^ .  & £ £ ',/ * * * ■   
 s  s  C iA ^ S  -  - ^ /* 
 d  ^5?  ) 
 ten  Groningen.  G.  In  Vriesland  zoo  op  de  klei  als  irt  
 de  wouden.  M.  Bij  Schorel  in, Noord-Holland;  bij  Zut-  
 phen.  R.  Langs  de  zandakkers  van  Heemskerk  en  dé  
 Breesaap  en  in. de  duinen  bij  Katwijk.  K.  Bij  Nijmegen  
 B.  Bij  Arnhem;  wijk  te  Duurstede;  bij  Amsterdam  in  
 menigte  op  den  ringdijk  en  op meer  andere plaatsen.  vH.  
 Versch.  j3-  akker  P  astinqke,  met  z-achtharige  gevinde  
 bladen,  de  blaadjes  eirond,  een  weinig  gelobd,  net  
 uiterste  3-lobbig,  P. 
 Pl.  Bij  Leijden,  Endegeest,  Oestgeest  en elders,  m u l d e r .   
 Bijr’ s GraveSande.  Z . ' 7   38o.  dille Pastindke,  met  éehe  eenvoudige  rolronde  
 steng ,  de  bladen  tweewerf-verdeeld  onbehaard  en  ...  
 b la auw g ro en ,  de  blaadjes  lijn-draadvormig  gaaf-  
 ;  randig,  spr. 
 Pl.  Bq  ^utphen.  G.  bij  \Cr. 
 i6ö.  Avon Li ca.  De vruchten den weinig zamehgedrukt,  
 met drie scherpe  en  gevléügelderibjes!;  de vlakjes gesleuid,  
 met  vliezigen  rand.  Geen  omwindsel.  s p r . 38i .  bosch  A/igelica,  met  de  steng  v an   b o v en   grijs  en  
 r s p a c j i tb a r ig d e   b lad en   d u b b e ld -g e v in d ,  de  b la ad je s   
 '  eirond  spits  g e z a a g d ,  aan  den  vo e t  bij na .^ - lo b b ig ,  
 de  b lo emen   w h a eh tig .  s p r . 
 P l.  Öp  schaduwrijke  gronden  op  vele  plaatSdn.' 
 ,38?. karweiblqdige Angëltca, met eene geSleüfde  sclierb-  
 kantige  ste'iig f  de  bladéii  dtièvöüdig  en  tWeeWerf-5-^.  
 vérdeelid,  d e '  blaadjes  '.driespletig -virid éé lig,  lang-  
 werpig  -  lancetVörfnig,‘  niét  eèü  Witachtig  "puntje  ,  
 inet,,de  stampertjes van devrucht teruggebogen,  spii. 
 Het omwindsel  bestaat uit  één  blaadje,  Zelllen  uit  
 meer en is  somwijlen  geheel  afwezig ;  de  omwindsel  
 tjes  bestaan  uit 5- io   smalle  blaadjes.  *—  REPZfus  
 vermoedt,  dat  er  onder  dezen  najarn  drie  onderscheiden, 
 soorten  schuilen. 
 Pl.  In  weilanden ^té  Rlt&svUk boven  Arnhem.  Vil. 
 3.  B r  £ e s t  ij t  i g e tl. 
 /êff.  fsN'EEüWIÏAL.  De  kelk  is  klein,  5-splctig.  Dé  
 bloemkroon  klok-vorhiig ,  5-lpbbig.r  5  Meeldfddén,  met  
 de  slippen  der  bloemkfóon  hfwisselènd.  Eöiiè  ï-zadiga  
 bes.  DC< 
 R  38 3<  gM*