• *'i)8 groene kleuv is minder witachtig, dan in tfc-
Verscheidenheid' ei. Dé tróssen groóter en wijder.
Pl. Algeftfeen lw mesflioópen enz,, in de nabijheid van
bewoonde plaatsen. '*
V&irs&h. $•: met de bladen alle gaafrandig en lancelvormig.
PI. Bij Delft. werm. ! Bij Rraneker. b e r g sm a . Bij Amsterdam.
vil.
53o. basterd Ganzevoet, niet, eironde gespitste bijna
hartvormige hoekig - getande bladen, de trossen
* pluim vormend, naakt, eindelirigsch of in de oksels
der bladen ..geplaatSjt. 1\S. f(v ,
De Bladen zijn openstaande, groot, lichtgroen,
, „, aan weerszijde met drie hoeken. De- zaden grof-»
gestippeld. RS.
Pl. Bij mestboopen omtrent Zwol, enz. G. Veel in
koorn-.en andere bouwlanden in Yriesland. M. Bij Nijmegen.
B. Bij Amsterdam. K. vH.
? 331. zaehtharige GarpzeQoet, met langwerpige gegolfde
bladen, de trossen naakt veelspletig, de bovenste
schutblaadjes gaafrandig lancetvormig. RS.
'C.: De bladen zijn diép-gegolfd, stomp , een weinig*
vlokkig. De trossen kléin ,; in de oksels der bladen,
,, alle te zameu eenen gröoten bloemtros uilmakende;
PI: In bootnkweekérrjen én sommige moeslanden, tusSehen
de1 booirien. en veldvruchten buiten Leeuwarden. M. 532. zeegroene GdnZevdét, met de bladen alle langwerpig,
gegolfd, van onderen blaauwgröén, de
bloeinaren gedrongen naakt eenvoudig, in de oksels
o'f fei'ndelingsch geplaatst; RS.
De bladen stompachtig, onbehaard. De zaden
die'p-gestippéld.
Pl. Yeel langs-de wegen- en bij mesthoopen- om Amsterdam,
Z(wo*l, enz. G-. In Yriesland. M. Te Deventer;'
bij Utrecht; op Muiderbèrg. K. Bij. ’sGravenhage. Z l
Öp velé plaatsen bij Amsterdam. vH'. 533. stinkende Ganzevoet, met gaafrandige rüitvorinig-
. eironde bladen, dé trossen gedrongen, inde oksels
der bladen. RS.
Pl. Overal, in moeshoven en aan de wegen, in Yriesland, 3VL Bij Lejdcn. m o e d e r . Kr Bij Nijmegen. B.
P 3 334 i i>eet~