
 
        
         
		25a  slippig  Lilmos,  het  loof  bladachtig vliezig  eenigzins  
 doorschijnend,  netvormig-gerimpeld  ,  blaauwachtig,  met  
 kleine  eeDigzins  overeenliggende.,  ingesneden-slippige  en  
 fijngetand-randl^arige  lebben  ;  de  schildjes  verspreid ,  eenigzins  
 holrond  ,  rood ,  met bleeken  rand.  Acharius. 
 PI.  Inlandsch  volgens  Boerhaave.  Op  vochtige heidevelden  
 van  de  Veluwe.  v.G.  Te  Delft.  J.  van  Spijk V ermeulen  
 !  Bij  Bloemendaal.  F.  L.  Splitgerber  !  Op  de  duinen  
 te  Overveen  bij Haarlem.  v.H. 
 253  èènbladiy  Lilmos,  het  loof  bladachtig  vliezig,  genoegzaam  
 uit  e'e'n rondachtig stuk  bestaande  ,  nedergedrukt  ,  
 straalvormig-geplooid ,  met  afgeronde  lobben  ,  zwart-groen  
 van  kleur;  de  schildjes  in  het midden  digt bijeengeplaatst  ,  
 ten  laatste bolrond,  rosbruin ,  met gaven  yand.  Acharius. 
 PI.  Op den bast van ijpenboomen te Hijtzum in Friesland. M.  
 Aan  verscheidene  boomen,  vooral  ijpen,  bij  Harderwijk  
 en Elburg.  v.G. 
 s  XI.  Schildmos.  De  schildjes  schijfvormig,  cirkelrond  ,  
 met  de  schijf horizontaal  aan het  loof vastgehecht,  met  loof-  
 achtigen  gelijkkleurigen  rand.  De  schijf  in  den beginne toe-  
 buigend-gesloten.  —   Het  loof  uit  het  midden  horizontaal  
 uitgroeijende  ,  bladachtig  of  ook  korstachtig  aan  den  omtrek  
 als  met  schubjes  uitgewerkt. 
 *  Het  loof  bladachtig  ,  overeenliggend  of  straalvormig. 
 t   blaauwachtig of aschgraauw  van  kleur. 
 254  gepareld  Schildmos,  het  loof  bladachtig-overeen-  
 liggend ,  vliezig  ,  effen  ,  groen-blaauwachtig ,  van  onderen  
 bruin-zwart  met  sporen  van  vezeltjes  ,  de  lobben  afgerond  ,  
 naakt,  de  schildjes  met  rooden  schijf  en  dunnen  rand.  
 Acharius  en  F ries. 
 De  kleur  van  het  loof  is  veeleer  aschgraauw,  zoo  als  
 V aillant  zegt,  van  onderen  bruin-zwart,  met sporen  van  
 vezeltjes.  De  randen  van  het  loof  zijn  dikwijls  opgekruld  
 en  met  poeder  bedekt,  daar  vruchtdragende  exemplaren bij  
 ons, zeldzaam  schijnen.  —   Oude  lang  gedroogd  bewaarde  
 planten  zijn  doorgaans  iets meer bruinachtig. 
 PI.