Onderafdeeling II. MET BEDEKTE
VRUCHTEN.
X XI. K nopstrihk. De schildjes eindelingsch, kogelrond,
met een loofachtig, gesloten , daarna gescheurd-openberstend
omvatsel. De kern kogelrond, van binnen vlokkigTkraak-
beenig, naar den omtrek toe zich met naakte donkerzwarte
zaadkiemen openende. — Het loof opgerigt, struikvor-
mend, van buiten korst-kraakbeenachtig , van binnen vast
en als werk gevormd. De schildjes na het loof ontstaande.
F ries.
Dit geslacht is , onder de Korstmossen met bedekte vruchten
, te vergelijken met het Baardmos en het Korrelloof onder
die met onbedekte vruchten.
323 koraalachtige Knopslruik , het loef struikachtig,
verspreid-takkig, met rolronde , los-uifeenwijkende vezelige
takken; de schildjes kogelrond, met ingebogen rand.
Fries.
P I . Op steenachtigen zandgrond te Beekhuizen bij Arnhem.
v.H.
XXII. PoRiëtfMos. De schildjes wratvormig , bedekt door
eene schors-laag van het loof, en naakte was-geleiaebtige gekleurde
kernen bevattende. — Het loof korstachtig , dikwijls
in zoogenaamde soorten van Isidium uitwasseude. F ries.
De schildjes zijn wratvormig, zelden alleenstaande en
dikwijls, hetwelk meermalen dan de schildjes zelve gezien
wordt, in derzelver plaats , cirkelronde , witte, als uit meel
bestaande stofhoopjes vertoonende. 3^4 gewoon Poriënmos, de korst kraakbeenachtig,
blaauwachtig-wit, de schildjes half-kogelrond , bijkans gesloten
, met nedergedrukte gescheidene openingen , welke
bij hare volkomenheid , zwart-getepeld zijn. F ries.
De korst is blaauwachtig , soms meer blank, dan eeus
glad met onvolkomene spieetvormig zich openende schildjes ,
gelijk die op de gladde schorsen der boomen voorkomt, dan
weder meer dik met spleten in ruitjes verdeeld en wratachtig
, welke laatste vorm door mij op de muren van Utrecht
tusschen mosplanten groeijende gevonden is. •