
 
        
         
		kergroene massa  ,  gelijk men  eene  diergelijke  bij de  Conferven  
 waarneemt,  welke  Vaucher  voor  een ziekelijk  product hield ,  
 doch  met  meer  regt  als  natuurlijk  en  als  de  toestand  eener  
 verdere  ontwikkeling  kan  beschouwd worden.  Hangt aan het  
 papier.  Bevruchte^ exemplaren heb ik  niet gezien. 
 PI.  In  eene  sloot  bij  Ootmarsum  in Overijssel,  Haren,  bij  
 Groningen,  Amsterdam,  in den Amstel.  Mq. 
 XXXII.  Brosdraad.  Kenmerken  van de twee  voorgaande  
 geslachten,  maar de draden niet onderling vereenigd. 
 4o3.  vlas  Brondraad.  Draden  eenvoudig  draadvormig,  
 stijf,  kroes,  ligt in  elkander  gevlochten,  door  de  draaijing  
 geschakeerd ,  geledingen  iets langer  dan breed ,  eenigzins gezwollen  
 , gestippeld.  Ae. 
 Vormt  groote  losse  zoden  ,  welke  op  het  water  drijven.  
 Draden  heen en weder gebogen,  tweemaal dikker dan  een  varkensborstel. 
   Gewrichten  doorschijnend  of  somtijds  ondoorschijnend. 
   Kleur  groen, geel-groen.  Hangt niet aan het papier. 
 p i .  In  zee  alom,  b.  v.  langs  de  Hollandsche  en  Vriesche  
 kusten, dikwijls tusschen de Zeeuwsche mossels en oesters. 
 4o4-  stijve Brondraad.  Draden  eenvoudig, dikker dan een  
 varkensborstel,  stijf,  regt opstaande,  vastgehecht,  geledingen  
 korter dan lang.  Ag. 
 Met  een  klein  groen wortelschild  voorzien,  waaruit onderscheidene  
 draden  van  de  lengte eener hand  tot voetslengte  ,  en  
 tweemaal  dikker dan  een varkensborstel,  te voorschijn komen.  
 De  geledingen  zijn  naar  boven veel langer,  en den doormeter  
 ver overtreffend.  Hangt  niet of naauwelijks aan  het papier. 
 PI.  Aan de kust der Provincie Groningen,  b.  v.  bij Warffum  ,  
 tusschen  aan het strand liggende grootere Wieren.  Mq. 
 4o5 .  roestkleurige Brondraad.  Draden eenvoudig ,  eenig-  
 sins stijf,  in  eene digte zode,  van gelijke hoogte,  regt, roestkleurig  
 ,  geledingen tweemaal langer dan breed. 
 Gr 00-