de Ulvinae met de Confervinae verbindt. Het onderste gedeelte
der plant is buiten twijfel gelijk aan den dunnen haar-
aebtigen vorm onzer plant , terwijl de buitenste takken , vooral
hunne uiteinden , duidelijk geleed zijn ; anderen daarentegen
zijn dit niet en vertoonen den vorm eener Solenia. De zodevormige
en ingewikkelde houding is geheel naar den aard der
Confervae, zoodat men , indien men de verschillende overgan-
gen niet zag, ligtelijk omtrent dit plantje zoude dwalen. De
takjes van handpalms lengte , blijgroen, somtijds getakt, kroes
gebogen. Somtijds hebben zij de dikte der grootere Conferven ,
dan weder de fijnheid der Zygnema's.
PI. Bij Amsterdam. v.H. Aan het Reitdiep bij de roode Haan,
in de prov. Groningen, v. H. Aan het strand bij Warffum.
Mq. Dockumer Pfieuwzijlen. Br.
F"erscheidenheid /■ van lier/oloni dg. ? loof boven vlak
langwerpig-lancetvormig of langwerpig dun , aan den rand gegolfd
t van onderen in eene eenvoudige lange buis uitloopend.
Een sierlijk plantje , van onderen eene jonge gewone Darmbuis
voorstellende , buisvormig, van de lengte eener hand, in
eene dunne vliezige kroes-gegolfde blijgroene bladvlakte verbreed.
Ik vond haar gedroogd tusschen de zamengedrukte
Darmbuis in de plantverzameling van den Heer Bruinsma ,
verzameld aan de Friesehe kusten. Hoewel in het Syst. Alg.
van Agasdh de Middellandsehe zee als de eenige* woonplaats
vermeld wordt, heb ik toeh ook exemplaren van den Heer
Binder uit Hamburg , bij Helgoland verzameld , gezien en met
onze plant vergeleken. Met Agardh kan ik echter deze plant
niet als eene« soort vermelden.
PI. Aan de Friesehe kust. Br. ! In het IJ. Mq.
3^3. platte Darmbuis. Loof bijeenstaande, plat lancetvormig
of lancetvormig-zwaardvormig, gaafrandig, aan weerszijden
versmald , gegolfd , bijna kroes.
Heeft een klein wortelschild. Weefsel fijn ; breedte | duim ,
lengte van ^ i voet; somtijds is het plantje draadvormm.
Hangt aan het papier vast.
PI. Aan de zeestranden van Friesland. G. Scheveningen Z.
In het IJ. Mq. ö
27 Aan