1 3 3 VERVOLG o p b e N ATUURL YKF,
T a s . beftaan; waar onder het laatfte, in de derde afdeeling, hier even zö fpits,
X V en ais by het wyfjen, töeloopt. V o ö r ’t overige z ynz y allen an et vier kor-
te buitenwaards (laande hairbosfchen bezet,' waardoor de voelhoornen van
’t Mannetjen niet alleen een grooter vertoon boven die van het Wyfjen
hebben, maar ook eene veel prächtiger gedaante verkrygen. Hierby komt
nog, dat z e , niet alleen door deeze menigte van hairbosfchen , maar öok
door het ongelyk grootere getal van Leden, (waar van ruim 30 by die
van ’t Mannetjen, en by. die van ’t Wyfjen maar 14 te teilen z yn, ) cjn-
derfcheiden worden. De Heeren S w am m e r d am *, en L e d e rm u l -
l e r f , hebben derhalven in dit (luk gedwaald; daar z y , aan de voel-
,hoornen van de Manlyke Mug, niet zo veele leden toefchryven, als men
’er wezenlyk aan gewaar wordn
.§• 19-
Onder aan den kop voorwaards ftaat de lange en met eene -bruine
D. fchede bedekte Angel, QLett. D . ) en recht over denzelven ftaan de- ne-
vens hem aan den kop ingewrichte. bruine. baardfpitfen van deeze. Manie
«. HH netjensmug, door de Letters H H. aangeweezeri.
-D e zuigangel, o-f liever deszelfs fchede, is , van voorcn breeder dan
van achteren , over längs gefpleeten; met zeer veele fchubachtige vederen
en körte häiren bezet; dezelve heeft ook voorwaards een, pylswyze ge-
Lett. E. deelte, ( Leit. E . ) by welks begin de fpleet der fchede doorgebroken
fchynt te weezen. Aan deeze fpleet moet men het toefchryven., dat de
. fchede, (fchoon zy nergens eenige afdeeling vertoone,) by het (lecken
van de Mug achter zig te zamen gevouwen wordt; ’t welk niet zoukun-
nen gefchieden, indien zy als eene degenfchede onbuigzaam en nergens
opengefpleeten wäre. Qndertusfchen zou evenwej de Angel gsvkar loo-
peri, van niet weder in zyne fchede te kunnen kontert, wanneer dezelve
niet zo ingericht wäre, da: z y , op de aangetoonde wyze, ter plaatze daar
ze pylvormig is , zig over den Angel vereenige’n en zamenflüiten Icon; en ge-
volglyk, wanneer z y , als' tweevoudig te'zamen gefchooven. wierd, met dat
pylswyze gedeelte toch altoos aan ' den Zuigangel zou moeten blyven
hangen. De Mug kan nu den Angel onder z i g ' houden, wanneer de
fchede. over denzelven naar beneden affchiet; aangezien zy van vöoren
zwaarer en breeder dan van achteren is; en wanneer de Mtxg den Angel
nu Hechts een paärmaal heen en weder draait, dan flnit zig" de'fpleet
weder zo nnauw te zamen, als die voor het gebruik geweest is.
- ' - ■ - .. ’ § . 3 0 ,
* Zte Bybel der Natuar. Bladz. I46. “en 148.
I Z i e deszelfs Micrescopifche Hart • en Oog - verhistiging. Blädz. 167.
H I S T O R I E . b e r , I N S E C T E N, 1 2 3
H 20.
Het buitenile gedeelte van deezen Angel, dat z ig , by het fteeken van T a . .
de Müs het eerst- buiten de fchede vertoont, en waarmede zy bloed XVL
H i |iet men by Leu. F. Het .is, by .zyne hardheid, evenwel I M
zaam? zeer doorziditig, enfAchter aan den kop dikker dan voorwaards
Wanneer men dien Angel , door een goed vergrootglas befchouwt, zo ziet
H ü aan het fpitfe einde, eene tamelyk langachtige openmg, waar door
de"” Mus het bloed naar zig haalt; en waar uit zy,_ (,zq men haar het zui-
sen belet,) waarfchynelyk den tweeden veel lpitlef en fyner Angel,
welken ik by haar ontdekt heb, en die op de Plaat met G getekend is, ie(t.G.
hervoord doet körnen; waar uit zy. dan teffens een fchadelytvocht feinet
dat eene'pynlyke jeuking en groote bullen kan yeroorzaaken. Zo dat
men, met recht, den eenen den Zm g - , en den anderen den Kwctzenden
Angel zou mögen npemen,.
21.
Het is ■ menigmaalen, fchoon niet zonder groote moeite, gelukt, de
brmn sevederde fchede, over den-gladden zuigangel, voorwaards te- trek-
kenr en dien onder een goed vergrootglas te befchouwen.. Ik za£. ü B
altoos den kwetzenden Angel wel in liggen, maar ik heb er nooit foort-
eelvke andere deelen, o f Angelen -in gezien,||s de Heeren S w a m m e r d
am B a k e r , en de R e a u m u r , (welken leder andere, m gedaante
verfchillende, afbeeldingen ’er van mededeelen,) voorggeven daarm
-ontdekt te hebben. Mogelyk zullen die byzonderheden zomwylen, door
nos eenise der daar in , 'zynde_ verfchiüende vochten, o f het daaropval-
lende licht, gevoegd by de verlichting door de ontilaane fpeehngen van
het Microscoop, mytie zorgvuldige waarneemingen ontflipt- zyn. Edoch
daar de Heer Sw a m m e r d a m met zegt, dat hy deeze- zogenaamde
Anvelen, binnen den zuigangel, heeft waargenfgmen; maar wel fchrylt,
datöhv dien eerst in tween heeft moeten drukken, -als hy dezelven wilde
waarneemen; en' daar de Heer d e R e a u m u r voorgeeft nog meer
derselyke deelen, gezien te hebben, (zie. zyne afbeeldingen,) zo werd
I aansefpöord, cm het zelfde te doen; en drukte, met behulp van een be-
lcwaan? vergrootglas, i M B H die ongelyk veel tederer dan een
hair is open. Toen dit gefchied was, befchouwde ik , waarlyk,_ niet alleen
den befchadigenden Angel , maar . oölc rondsom denzelven eemge andere
foortgelyke deelen, als de Heeren S w a m m e r d a m ■* en B a k e r t
* Zie zyn Bybel der gfatuur, Tab XXXII. Fig. 3.
t Het Microscoop gemabkelyk gemaakt, o f befchryving v.an de bes,te en nienwfte Micros