T a b .
XXII.
Fig. i.
De blaauwachtig groene en met'een geel hals - boordfel vertier
de Rups ybenevens haare veranderingih een Kapel,
■tot de tuieede Clasfe der Nachtvlinders hehoorende,
en ver derd zynde met een doodshoofd. T a b . XXII.
'S- 13- ,
Fig. i . vertoönt ons deeze Ru ps, en welke afbeelding ik te danken heb,
aan de goedhartige mededeeling, van mynen reeds zo dikmaals geroemden
begunstiger, den Heere Dr. G l a d b a c h , te Frankfort:- die waardige Ge-
leerde, welke, buiten zyne hoofdbezigheid, naamlyk de uitoefening der Ge-
neeskunde, een roemwaardig navorfcher der Natuurlyke hiftorie ' toonf te
weezen, heeft de goedheid gehad my gemelde af beelding, door hem zelven
v.ervaardigd, en die ik myne günstige Leezers by deezen aanbiede, te laaten
tpekomen»
f t | | 14-
In gevolge bet bygevoegde bericht van gemelden Begunstiger, werd deeze
■Rups, in de rnaand November des jaars 17 6 a , op de tuinfalade gèvonden,
reeds volwasfen zynde*,: haare lengte was, volgends deeze tekening, niet
boven de twee duimen, en haare kleur was doorgaands fchoon blaauwach-
tig groen: haare eerfte geleding, o f eigenlyk gefproken, haar hals, heeft
een ongemeen fchoone hoog- geele boord : de negen luchtgaten deezer Rupf
e , zyn voornaamlyk kenbaar door dezelfde fchoone hoog,geele kleur : zy
heeft een gelyk getal van pooten, als alle de andere Rupfen van deeze Clasfe
; en diè pooten zyri allen, zo wel de zes voorfte ipitfe, als de agt
Rompe, en de twee nafchuifpooten, van eenerléien kleur, naamlyk blaauwrf
achtig groen,.
? §■ »3-
O p den 23 November des bovengenoemden jaars, trachtte zy onder de
aarde tot haare Verandering te komen ; want toen de Heer Dr. GffA d-
b a c h , haar,in haar verblyf, zynde eene doos,van aardevoorzienhad, groef
z y zig onder dezelve, en zo wel de bodem als de eene rand der doos, fcheen
haar voornaamlyk dienstig, ter vervaardiging van een rdirn onderaardsch verb
ly f, en legerftede voor haar popjen : zy overtrok dezelven met-een wie
fpinfel, en maakte het hol zo vast en duurzaam,, dat de over haar heen ligg
e n -
* ’t Is derhalven niet te bepaalen, o f zy van haare geboofte a f, door alle verhuidio.-
gen heen, zo gekleurd is . als waarmede zy ons hier v.eitoond wordc.