ACHTSTE DEEL N°. 26
LEUCANIA LITHARGYRIA ESP.
Vergelijk voor deze Vlindersoort.
Treitschke, Schmett. von Europa, V. 2. bl. 183.
Hübner, Samml. Eur. Schmett. Noct. Tab. 46. fig. 225.
Hübner, Larv. Lep., IV. Noct. II. Genuin. R. a. fig. 1. a. b.
Esper, Eur. Schmett. Th. IY. bl* 341. PI. 124. Noct. 45. fig. 6.
Güenee, Spécies Gén. des Lepid. T. V. P. 75.
De rups van dezen vlinder is mij welwillend toegezonden door den Heer
Mr. H. W. de Graaf; zij was door Zijn Ed. in April in de omstreken van
Noordmjk onder laag groeijende gewassen tusschen dorre bladeren gevonden,
waaronder zij den winter doorbrengt. Volgens T r e it s c h k e geneert zij
zich met allerhande laag groeijende planten, voornamenlijk Alsme media
en Plantago. Mijne rups voedde ik met gras, tot dat zij, tegen het einde
van Mei volwassen zijnde, zich ter verpopping schikte, even onder de op-
26