S CO P U L A MARGARIT ALIS , W. V. A.J.W. Liïh
rand. — De franjes zijn metaalkleurig grijs, lichter dan die van de bovenvleugels.
Het onderscheid der kunne bestaat uitwendig alleen in het dikker achterlijf
der wijijes. De vlinders verschillen onderling weinig in kleurschakering en
teekening op de vleugels.
Volgens Treitschke wordt deze vlindersoort aangetroffen in de tlkraine,
in Lijfland, Hongarije, Oostenrijk, Beijeren en in de meeste streken van
Duitschland, volgens Duponchel en Guenée in Frankrijk en volgens Wood
in Engeland.
« VER-HUELL.
Dr. H. Nördlinger geeft in zijn bekend werk, Die kleinen Feinde
der landwirthschaft, van deze Pyralide op, dat zij in schier geheel Duitsch-
land een gevaarlijk kwaad is voor koolzaad en andere olieplanten. Dr. J.
Wttewaall te Voorst meent haar aldaar in groote hoeveelheid in de huttentut
aangetroffen te hebben. Daar zijne waarnemingen herhaald zullen
worden, hopen wij later op dit onderwerp terug te komen.
S, v, V,
VERKLARING VAN PLAAT 25.
Pig. 1* De rups, rustend.
2. De raps, kruipend.
3. Het geopende spinsel.
4 . De pop.
5. Het staarteinde der pop, vergroot.
6. De (mannelijke) vlinder, rastend.
7. De (vrouwelijke) vlinder, vliegende.