grond kleur der rups, bij Tig. 1 en 2 afgebeeld, is licht olijfgroen; over den
rug loopt eene breede aardkleurige streep, naar het groene trekkende, met
donkere zoomen. Midden over den rug loopt eene dubbele, eenigzins donkere,
smalle streep. Boven de buikpooten is eene breede vuilgele streep
zigtbaar. De buik heeft de kleur van de breede ruggestreep. Op iedere geleding
staan, naast de smalle ruggestreep, aan wederzijde twee zwarte stippen
en een dergelijk boven de zwarte luchtgaten. Op iedere geleding loopt
schuins naar beneden een donker streepje.
De kop is bruin en draagt aan wederzijde een witachtig vlekje. De voorpooten zijn bruin, met geel geringeld.
Gedurende den dag liggen de rupsen, als bij Fig. 2 voorgesteld is, onder
de bladen verscholen ; des avonds komen zij te voorschijn, om zich te voeden.
In het begin van April Spinnen zij zich in onder verdorde bladeren, zoo als bij Fig. 3 is afgebeeld.
De pop (verg. Fig. 4) is geelachtig bruin en heeft den vorm der meeste
Nbctaa-poppen; om die reden heb ik het. onderscheidingsteeken, het staart-
einde, bij Fig. 5, vergroot afgebeeld. Het heeft twee over elkander geslagen
spitsen met haakjes, omringd door vier dergelijke, zeer fijne van ongelijke
grootte.
Den 29 Mei verscheen de eerste vlinder, welke in eene rustende houding
bij Fig. 6 voorgesteld is, met de vleugels over elkander geslagen. De
borst is paarsachtig bruin; de halskraag met eenen lichten zoom. Degrond-
kleur der bovenvleugels is levendig bruin, met eenen paarschen gloed, bij
anderen lichter, zoo als bij Fig. 7.
Nabij den vleugelwortel ziet men eenen flaauwen band ; verder, bijna in
het midden, een bruin puntig streepje, naar binnen eindigende in een lichtgeel
puntje; dan volgt eene donkere golvende lijn, verder een paarsche band,
naar buiten donker bezoomd; tegen de franje, die paarsachtig bruin is, staat
eene rij zwarte slippen.
De niervlek is geel met eenen bruinen kern, alsmede de ronde vlek. Het
zwart tusschen deze twee vlekken en het naar den vleugelwortel gerigte
pijlvormige zwarte streepje, bij Fig. 6 zigtbaar, is bij andere vlinders roodachtig
(verg. Fig. 7). — De ondervleugels zijn geelachtig grijs met eene
licht roode franje.
Deze vlindersoort wisselt van licht tot donker in kleurschakering aanmerkelijk
af, zoo als uit de beide figuren genoegzaam blijkt.
Arnhem, 1S56. ^ VER HUELL.
VERKLARING VAN PLAAT 40.
Pig. 1 . De rups op wilde zuring. • 2. De houding van de dag. rups, gedurende den
1 3. Het spinsel. * 4. De pop.. 1
» 5 . Het staarteinde van de pop, vergroot,
« 6. Een rustende mannelijke Vlinder.
» 7. Een vliegende vrouwelijke vlinder.