lioen , P. H underfanger , K. de Vos, J. L idau , en A. B ogaerd. „Ook
„de heer H ct.wemaw voornoemd (zegt K onijnenburg blz. 214) deelde
„ aan het gezegde moedig Elftal(?) het soortgelijk Eermetaal tot be-
„wijs van Nationaal erkentenis hunner Verdiensten mede als hier
„vöör den dappere Brielenaren te beurte viel.“ Vergelijk de berichten
van J. van der B aan (van "Wolfaartsdijk) in de Navorscher,
XIV blz. 100—102.
Over de belangrijkheid van de bemeestering van de batterij op de
Buitensluis, de verrassing van den Briel en de stoute overrompe-
ling van het fort op Ooltgensplaat, zie Chad. t. a. p ., blz. 93 en 150.
-f* 14. 1813. Decbr.
P e n n i n g met oog aa n een r o o d -w it li nt (kleu ren
der stad Breda) wa a rd o o r een smalle wit te
str ee p loopt gedragen.
Voorzijde: Het wapen van Breda (van keel met drie zilveren
St. Andrieskruizen (2—1) omgeven door olijf- eneiktakken.
Omschrift: VOOR BURGER TROUW EN MOED.
DECa. MDCCCXIII.
In zes regels op de:
Keerzijde: DE | SOUVEREINE VORST | VAN NEDERLAND | AAN
DE OFFICIEREN | DER SCHUTTERIJ | VAN BREDA.
Afgebeeld bij K onijnenburg t. a. p. blz. 590 Z. Gr. 20. Jhr. M.
A. S noeck, Bijdragen tot de Penningkunde van Noord-Brabant,
(Jan. 1883) n°. 237. G uioth n°. 192. Zeldzaam.
14®. Dezelfde kleiner, G uioth n°. 191.
Volgens Jhr. M. A. S noeck, t. a. p. zijn slechts 20 stuks uitge-
reikt. De Schutterij van Breda had vijf maanden lang militairen
dienst met de grootste bereidvaardigheid en orde verrigt.
In Februarij 1814 reikte de Kommissaris van het Arrondisse