. P e n n in g , b in n en h e t in s ta a t van beleg
v e rk la a rd e N ijm egen g e d ra g e n ,d o o r de ste d e lijk e
am b te n a re n in g ev al v an alarm .
Voorzijde: Stadswapen, gedekt met den keizerlijken kroon en
inet twee leeuwen als tenants.
Keerzijde: Glad. Köper.
A ld u s v e rm e ld bij S nouckaert, Gat. b lz. 38 n°. 629.
Ook bij Guioth , Revue 1848, p. 121 n°. 177 op dit jaar.
396.
Koperen passagepenning voor de grensbewoners in 1830.
Kon. Kab. Aanw. 1877 , blz. 18.
397. 1830. / Jb-mun*/
Eerepenning, aan G. W. B etman te Amsterdam geschonken
wegens het waarnemen gedurende vier jaren van het seeretariaat
van het letterlievend genootschap 0. G. L. aldaar.
398. 1831.
Voorzijde: In fraaien rand tusschen olijfbladen:
IE KOMP. WASCHVROUW.
Keerzijde: Als boven 9E AFDÈELING 3E BATTN.
Geel koper. Draagp. gr. 29, gegraveerd met oog.
399. 1831.
T er eere van E. baron van der Linden d’Hooghvorst.
Voorzijde : Links gewend borstbeeld in uniform.