Z. e n b ro n s g r. 2 0 . Guioth 1 8 4 8 , p . 9 9 n°. 5 7 .
De gedrukte verklaring van dezen penning luidt als volgt:
Twee harten door den band der Godsdienst nauw verbonden,
Op ’t Bijbelw oord geplaatst, dat ligt op ’t Dank Altaar,
Drie Eeuwen reeds geleen, dat L u t h e r ons verkonde
Met C a l v in u s het woord der waarheid, middagklaar;
Den Hoeksteen des geloofs draagd Outaar, Boelc en Harten,
Twee Z uilen, welk vernieuwen, twee Mannen, groot en waard!
De Zwaan van Luth er praald vol moed bevrijd van smarte:
Däar ’t Zilver blank gemoed op Ca l v ijn s ’ harte staart;
Met Goddelijk licht bestraald dit alles van hier boven,
De Schiehina in glans daalde op hun beide neer,
Kom Stervelingen kom! Wie zou den God niet looven:
Wijl de H ervorm ing vierd haar derde Jubel weer!
LITTERATUUR.
I. A. L oosjes P zn. , Hulde aan Luther, bij gelegenheid van het
derde eeuwfeest der Hervorining toegebragt. Haarlem 1817. 8°.
II. G. de W a l , Zangen bij het derde eeuwfeest der Kerkhervor-
ming. Leeuwarden 1817 8°.
III. W. H. W arnsinck B z., De Kerkhervorming. In Vad. Lett.
1817, H, blz. 589-603.
IV. A . Ypey , Beknopte Geschiedenis van de Hervorming der
Ghristelijke Kerk in de Zestiende Eeuw. Een Leesboek voor belangstellenden
in de viering van het derde Eeuwfeest der Kerkhervorming.
Gron. 1817. 171 blz. (Vad. Lett. 1817, blz. 629—635).
L E E R R ED EN EN , enz.
1. Het derde eeuwgetijde der Kerkhervorming, gevierd in de
Evangelisch Luthersche Gemeente te Utrecht. Uitgegeven ten voor-
deele van het Kerkenfonds. XVI, 110 blz. 8°. Utrecht 1818.