B. 27 Junij 1831. Besluit, houdende instelling van een onderschei-
dingsteeken voor het bijwoonen der oorlogsgebeurtenissen in Indië.
Art. 1. Het bedoelde onderscheidingsteeken zal bestaan voor
allen, zonder onderscheid van rang, in eene bronze achtkantige
médaillé, waarop aan de voorzijde zal gesteld worden ons borstbeeld
met het opschrift: „WILLEM I KONING DER NEDERLANDEN“,
en aan de keerzijde in eén krans van enkel- (lees : eikenloof) en
palm de woorden: „OORLOG OP JAVA 1825—1830“ zullen
worden gegraveerd.
Die médaillé zal gedragen worden aan een Oranjelint, ter
breedte van drie Nederlandsche duimen, hetwelk als een teeken
nooit zonder de médaillé mag gedragen worden.
Art. 2. De médaillé zal aan geene andere inlanders van Java worden
geschonken, dan aan die, welke den rang van Offleier bekleeden.
Art. 3. Zij zal aan ieder belanghebbende worden uitgereikt
met een gedrukt certificaat overeenkomstig het model aan dit
besluit gehecht en houdende de verklaring, dat hij tot het dragen
daarvan gerechtigd is, met verdere vermelding van het korps,
waarbij hij gestaan en den rang, in welken hij gediend heeft
gedurende den bewusten oorlog op Java.
Art. 5. De vervaardiging dezer médaillés zal ingevolge de
bestaande regiementen geschieden aan ’sRijks Munt te Utrecht.
Art. 6. De kosten voor dit onderwerp zullen worden gedragen
door onze 0 .1. Bezittingen en de vereischte voorschotten daarvoor
(geraamd op f 7000) inmiddels door de Schatkist worden gedaan.
G. 10 December 1832. Besluit bepalende, dat bij gevallen
vonnissen de médaillés van den Oorlog op Java en hetMetalen
Kruis aan de begiftigden zullen moeten worden ontnomen.
Tengevolge van een onteerend vonnis, door eenen bevoegden
regter tegen den begiftigde uitgesproken.
I. “ 17