Ok l e a n a , se v Or e ix an a t o l u c v i is
C A P . XXXIII.
ORLEAN A , SIVE ORELLANA FOL-
L I C U L I S L A P P A C E I S .
Herm. Cat. Hort. Lugd. Bat.
U R U C U B R A S I L I ENS I B U S .
A Nno nonagefimo primo fupra mille-
X X & fexentefimum prognata no-
bis Temine, ex America ad nos tranfmif-
fo, arbufcula iflhxc , è cujus radice non
admodum crafsà, fibris numerofis capillatà,
caudex cortice ex grjfeo fufco amìctus,
triennii fpario in fesquipedalemprocerita-
tem excrevit.
Folia alternatim pofita , cordiformia ,
qnatnor quinqueve uncias longa, tres au-
tem'Iata , hilariore virore perfufa , mucronata
, pediculis biuncialibus & lon-
gioribus infident, quorum medium in longitudine
nervo fulcatur , ex quo venula;
complutes diffiinduntur.
Flores, quipentapetali, albi, incarnato
diluti , nondum produxit, quos , fi
comparuerint , fequuntur folliculi lappa-
cei, hifpidi, pediculis uncialibus racema-
timdiTpofiti, tumidi, acuminati, ad barin
lati, per maturitatem rufefcentes, qui
in duas partes dehifcentes, plurima conti-
nentfemina, colore miniato, per exficca-
tionem oblcurè rubro, forma conica.
Quamvis perpetui viroris fit hæc arbufcula
, brumam tamen rigidiulculam patienter
perferre imposeft, cuftodienda id-
circo in hypocauftis vitreis.
Extractum è feminibus aquà fimplici
confectum , haud exigui ufus , ad buty-
rum & pannos linteos tingendos.
B R A S I L I A A N S C H E
O R L E A A N .
IN V ffaar i 6ç i. hebben wy dit Boom-
je uyt 'Americaans zaad opgekregen,
uyt wiens wortel, die niet feer dik en met
veele zazelingen bejet was , een flamme-
ken voortrgekomen is, V welk bmnen drie
jaren de hoogte van anderhalve voet be-
quam.
De bladerenftaan eenfaam boven den anderen,
en zijn herts-wijs, viero f v y f duym
lang, drie breet, bly-groen vanverwe, ge-
punt, rußende voetjens die twe duym lang,
ook wel langer zijn , welker s midden van
een geveurde zenue doorlopen word, uyt de
welke veele kleene aderkens voortkomen.
Tot nu toe en heeft dit gewasgeen bloe-
men voort-gebracht, die anders vijf-blade-
rig en wit zijn , met licht incarnaat ver-
mengd, wanneer defelve verfchijnen , en
na heen komen te vergaan , fo werden Jy
gevolgd van klitzige, rouwe , opgefivolle,
puntige, breet-grondigebeurskens ,ofzaad-
huyskens, dewelke trots-wys by een ftaan,
op voetjens, die een duym lang zijn ; defe
rijp en bruyn van couleur geworden zijnde,
gaan in twe'ên open , waar in haar veele
pijn-appels-wyje zaden onthouden, dewelke
voor .bare droginge meny-couleurig, enna-
heen bruyn-rood worden.
Hoewel dit Boomtje altoos groen ftaat,
f i en kanhet evenwel geenguur weêr ver-
dragen, weshalven het in glafekaffen be-
waard moet werden.
Het extrait uyt de zaden met fichoon
water toebereyd zijnde, is van geengering
gebruyk, outrent het verwen van bot er en
linne doeken.
O B S E R V A T I O N E S . AANTEKENINGEN.
AmcricxDkffiis” ” l p gis, tain in continenti quam inPfu$lis”, ctiam fIshejde ¿ewefiemn ^va“nU ^AWmeArilckam, 'en *dat fo wWcla-a«n* d«evafle
I» lu