Î ÎV X BeÉU C e Y EANICA, SILIQVA T K I A N G y iA , S E M 3 N lB V S AEAÏB m
C A P . CXIÏ.
NUX BEEN C E Y L A N I G A , SILI- Q R j N G 0 V A N
QUA TRIANGULA , SEMIN [BUS
A L ATIS. Tar. Bat. Prod. <V i COS TA.
M O R I N G O Äcoflä.
Adicem nancifcitur ex albo flave-
fcentem.
Caudex in tripedalem procerita'tem ex-
erevit in Horto Medico Arnftel., craflitie
minorem digitum adsequans, librò dilute
virefcente amictus.
Frondes inordinatè è ramülisprodeunt,
pediculis tenuibus prseditae ; harum fufira-
ginum coftx bicompofttae foliolis ornantur
inconditis, mollioribus, oblongis, extremo
rotundis, non raro quoque mucrona-
tis, imo cordatis , laetiore viriditate per-
fufisr Flores pediculis adhaerent recurvis ,
candidi, mel redolentes, decapetali, quotum
pétala quina exteriora in prima expan-
íione ftellam repraefentantia, tandem ex-
trorfum incurvantur, interiora autem minora
Ramina ex luteo-viridia, ut & ftylum
erectum ambiunt.
Sub noftro duriore climate, floribus ex-
cuffis, adfrugem nunquam perducta eft in
Horto Medico ; omni quantnmvis diligentia
adhibità, fuperftes tarnen fuit per quinquennium,
floruitque A. M D C txxxvui
&M DC lxxxxx. Meni. Auguft.
Siliqua: portionem, ad me tranfmiflatn,
feminibufquc onuftam , è quibus prodiit
haec arbufcula, adjunxi, ingratiam Bota-
nologorum.
Frigoris eft impatientiffima haec pianta,
quxmodicam quoque exigit aquam.
plante heeft een osortel van coit-
1 j leur uit den •witte geel.
De flamme is in den <Amflerdamfchen
Medicijn-hof opgefehoteti tot deboogte van
drie voeten , éen pink dik, omvangen met
een groene fch&rfle.
Het lo f komt fonder ordre uyt de tak-
jens voort, Veffien van dünne Jleeltjens :
de ribbens van deß fijn gepaart , en
Verfien van jagte , langwerpige , voor
ronde, ookvtelpuntige, enfomtijds harts-
•wijfe bladerkens, devoelke blygroen van
couleur zijn.
De bloemén flaan aan hromme Jleeltjens,
defelve.fijn voit , riekende nahonig, tien-
bladerig, -welkers v ijf uytvoendige bloem-
bladeren in’t eerftevan hären opgang een
ftenetjeverbeelden, maar werden daar na
buyienvjaartsovergebogen ; de binnenfle en
kleenfle v ijf hloem-bladeren fitten rontom
de geel-groene bloem-draden , als mede
rontom de regtopflaande bloem-ftijl.
Na dat de bloemen vergaan ßjn, foo en
fljnder in onfen Medicijndiofgeen vrugten
na gevolgt ; hoeviel alle vlijt en neerfligheid
äangewend is ; fy heeft gebloeit in’t Ja a r
1 688 en 168p in de JMaand van vdugufli,
en is vijfjaren ouä geworden.
1k hebbe hier een ftuk van de hauvie met
des felfs zaden > feo als het my overgeftuurt
is , bygevoegt, ten dienfte der Liefhebbers
van degeviajfen..
Dit gevoas en kan gants tegen geen kou-
de, envereyftook mutigevervogtinge.
Ooo o o OB