Az£EA A^ya iVniK Auio Maximo f Kvcfv Maximo.Svlcato
c A P. XlX.
A LC EA A M E R I C A N A ANNUA, É É N j A R Í G ^MÉRICAAÑS
F L O R E A L B O , MAXIMO* 5 IG N <A É R T S -K R U ID , met eett
F R U C T U M A X IM O W IT T E GROOTE BLQEM, en
P Y R A M I D A L I , ' SE ER GROOTE TYRAM IDS-
S U L C A T O . W YSE, en GEVÉURDE
T R U G T .
ANho M D C Lxxxvr. enatá hobis, T l ¡ ¡ ja a r 1 686. hebben v)y dit gewds
ex femme e Surinama allato , hac lopgekregen, uit Surinaams zaadptwelk
'W m m m m w m e .cu^ s rädi« om W m k «ame van Okkoro i overee-
álba, fibrofa , ñipes protruditur bípeda- ftunrt. Dewortelwit en zazelrijk ziinde,
lis, diámetro unciah, libró faturaté viri- brengteentiueevoethoogeftenge voort, de-
P us‘ tpeWe een duym dik is in de d im eter, en orhe
J - i - *• i- r * , vangenvaneendonker-groeneíchorffe.
Folia. longis petiolis fuflñlta, Vltis aut De bladeren, die op lange fteeltjens ! L
Ricim haud diffimilia , ternis , quiñis, ten, fijn die van de Wijngaari , ofWon-
fems, feptemfve mucronatos, & circa mar- derborn niet qüalijh gelijhende, en in drie,
gmes crenatis lobisprofundé diflefta, fa- v i j f , f e s , o f feven , aún de kant l
nenr M Ce dec,duis ve, '8ia rema- fihaarde, enfmákelofe verdeeldheden
M B H unde caulis quafi no- fneden- Tiefe afvaílende , laten fiodani-
§§ * pB uytpuylende voetftappen en tekenen na 3
iIßt de fteng fchijnt ais kmbbelig te weci
i ; J enr
,■ ores 'nod° rl I pentapetali, ad alas De bloemen fijn reukloos, vyfbladerh '
foliorum Ungulares prodeunt, pediculis fittende op dikleéfleeltiens, £ e Z d e o t -
cra íonbus mxi ; horum pétala albican- len der bladeren voortkomen, endat een-
medium8« ga" ent, PurPurafcentibus, faam ; defe bare bloem-bladeren fein w it, wbbbbh ““ «** mM n i B a s # P natä' - verwig fijn ; m V midden der Bloemen vertöont
fig mede een geete columtne , aan ’t
eynde verßen van een purpur-verwig
t i -t ' topjen. i &
Ñ a ’t v e r g a a n ■ M M
denafvp ? acummata, m quinas,, veurde, en puntige Zaädhuyfen op 1 dedenafve
Carinas per maturitatem dehif- fe apenen haar in v y f ; o o fw e fin tien
to ’ T in quibus * more ^elw tjfe verdeelmgen,
fa I S i"1'"3 ,contlnentur numero- van couleur, tvaar fg op de wijfe van
coJ ° " S i griP|0:nigri- hare mede fernen , W M ■ i g f
ac fatüa 4 medulla alba , färmacea agtige graawe zaden onthouden werden
i welkers inwendig merg w it, meeltg,
' ' en fmakeloos is.
Eodem, quo flörüit, anno , fmtredi- tn T fe lv e Ja a r alshetgeblm theeft, is
T ne