V lB V K N V A t A m JERICLOTVM: n u n c a T o m s , L ìAM II _ fc , OU OHE, EEOXIBV S INUSTIATIS
»J
C A P. LXXVIIJ.
VIBURNUM AMERICANUM, UR- ¡AMERICAANSCHE VIORNE , MET
TIC.d£ FQLIIS , LAMII ODO- BRANDENDE NETELEN BLAK
E , FLORIBUS MINIATIS. DEREN, DOOFE N E T E L E N
. REUK, EN JMENI-VERWIGE
CAMARA T IN G A .Tifenis. B LO EMEN .
PAtriam agnofcit Americani celebrem,
cujus femina, è Curaçao tranfmiffa, accepta
referimus Nobiliffimo ac Strenuiffi-
mo Viro, D°. D°. Simoni à Beaumond ,
Nobiliffimorum, & Potentiffimorum Dom.
Grd. Holiandix & Weftvriiiæ Secretano
Digniffimo : Quibus terræ commiffis, no-
bis natx funt diveriæ arbufculae, quarum
radices comperi Iigneas ,albicantes, mul-
tis fibris capillatas.
Caudex tripedalis altitudinis, pollicem
craffus, cortice cinereo obduihis, fuper-
ficie inæquali, angulolils.
Rami juniores quadranguli, pilofi.
Folia bina ac bina ex adverfo polita,
forma & odore Lamii æmula , rugofa,
ad exortiim lata, in progreffu latiora fa-
fta, tandem in mucronem abeunt, lanugine
hirfuta , ferrata.
E foliorum alis, ut & è caulium fafti-
giis, flores emergunt, pediculis longio-
ribùs fui t i, umbellatim dilpofiti, monopetali,
in quatuor lacinias divifi, odoris
haud ingrati, coloris primo lutei, poftea
aurantii, tandem rubicundi.
Hiíce defluxis, fuccedunt fruítus teretes
, pulli, núcleo albo prxditi.
^ Floret Menfibus aeftivis, autumnali vero
tcmpore fructum perficit.
DItgewas heeft tot ftp Vaderlandhet
vermaarde America: Wy hebben des
felfs zaden gekregen van den Wel-Ed. Hr.
M r. Simon van Beaumont, Secretaris van
de Ed. Gr. Mögende Heeren Staten ■ van
Holland en Weft-Vriefland, aan wie defelve
uyt Curacao toegejonden waren : uyt deß
hebben wy verfcheyde boomt]ens voortge-
teeld, en bevonden dat hare wortelen wit,
houtachtig en met veele fibren o f fazelingen
befet waren.
Des filfs flamme is drie voeten hoog op
gefchoten, eenduym dikzijnde, defiharjfe
is ongelijk van oppervlakte , hoekig, en
grauw vancouleur.
Dejongetakjensfijn vierkantig en bay-
rig. .
De bladeren flaan twee aan twee over
den anderen , van gedaante en reuk
die van de doove Netelen gelijkende,
rouw, breet aan haar begin , en puntig
aan haar eynde, met een Jagte wolligheid
befet, 00 k ftp defelve aan de zijden ge-
Jchaart.
De bloemen komen uyt de oxelen der
bladeren, als mede uyt de toppen der takx-
kens yoort, flennende op lange voetjens,
en fijnkroontjens o f wayerswijs (umbella-
tisn) gerangeert; defelve fijn eenbladerig,
in iffnippelmgen gefneden, niet onaange-
naam van reuk, eerft geel, daar na oran-
ge-verwig, en ten laafle root van couleur.
Hier na foo volgen langwerpig- runde,, en
fwarte vrugtjens, waarin een wit pitje gelegen
is.
Het bloeit in defomermaanden, en des
felfs vrugten werden in den Herfft rijp.
Dddd OB