
vervangen door een waarde-aanduiding 2ä4. Toen de provincie zover
gegaan was, moesten de steden het voorbeeld volgen: de magistraat
van Zwolle stond het slaan van daalders toe; de muntmeester van
Deventer was hiertoe door zijn contract al gerechtigd. Kampen
stond de muntmeester toe het gewicht van de florijnen zoveel
te Verlagen, dat hij evenveel per mark zilver betalen kon als andere
muntmeesters bij bestelling van daalders 235.
O v E R IJSE L , DAALDER
Voorscfirift: Ged. Staten 27 Nov./7 Dec. 1684
muntvoet van Zeeland
Beeldenaar: Verk. 140,5
Als daalder van West-Friesland (biz. 115) — doch omschrif-
ten; vz. n il sine deo; kz. Moneta Nova ARGentea ORDinum
TRANSisulaniae.
Geslagen:
a. 1685—86, 1689—92 (zonder binnenrand op vz.)
b- 1692 (met binnenrand op vz.)
O v E R IJSE L , FLORIJN
Voorschrift: 1. Ged. Staten 27 Nov./7 Dec. 1684
2. Ged. Staten 12/22 Oct. 1688
1. muntvoet van Deventer, Kampen en Zwolle
2. gehalte: 8 p. 2 gr. (0,673)
gewicht: 153 eng. de 12 stuks (19,50 g)
geen remedie
Beeldenaar: Verk. 142,1
Vz. gekroond vierdelig wapenschild omgeven door Ornamenten;
ja a rta l bovenaan; omschrift: MONeta NOva ARGENTea ORDinum
TRANSisulaniae.
Kz. dubbele adelaar met 28 voor de borst en waarboven kroon;
omschrift: da PAcem DOMine in diebus nostris (vgl. florijn van
Zwolle: biz. 107)
Geslagen: 1685—-86, 1689.
D eventer, daalder
Voorschrift: —
Beeldenaar: Type I, Verk. 151,1
Vz. gekroond wapenschid der stad gehouden door twee
leeuwen; omschrift: Moneta Nova ARGentea crvitatis d a v en tr ia e .
Kz. staande geharnaste man; in veld 30 st ; omschrift: avxi-
liante deo en jaartal.
Type 11, Verk. no 825
Als I, doch op kz. voor de man gekroond wapenschild der stad.
Type III, Verk. 151, 2—3
Als II, doch waarde-aanduiding op vz. onder schild.
Geslagen:
a. 1685 (type I)
' b. 1686 (type II)
c, 1685-—86 (type III, recht zwaard)
d. 1686-—88 (type III, gebogen zwaard)
Z wolle, daalder
Voorschrift: Raad 14/24 Aug. 1685
muntvoet van Zeeland
Beeldenaar: Verk. 173, 1—2
Vz. gekroond vierdelig wapenschild der stad, w aam a ast 30 st ;
omschrift: Moneta Nova ARGentea civiTatis zwoLlae en jaartal.
Kz. staande geharnaste man, voor hem wapenschild der stad;
omschrift: da PAcem DOmine in Diebus nostris.
Geslagen: 1685—86, 1688, 1692
De provincie Gelderland reageerde, als gewoonlijk, langzaam:
eerst 15/25 Juli 1686 verleende het Hof toestemming Zeeuwse
daalders te slaan, maar er werd geen gebruik van gemaakt, aan-
gezien de munt te Harderwijk door ziekte en aftreden van de muntmeester
geheel tot stilstand kwam 2}S.
Bleef de provincie weinig actief, de Gelderse steden herinner-
den zieh nu weer het van ouds bezeten muntrecht. De kans leek
groot, nu allerwegen op gemakkelijke voorwaarden gemunt werd,
van een muntmeester meer te bedingen dan de / 2000, die zij sedert
1659 van de Staten-Generaal ontvingen voor het stilstaan van de
munt. Nijmegen verpachtte de munt voor twaalf jaar aan dr. Gerard
van Harn, zwager van de Deventerse muntmeester Sluysken, met
wie hij zeer nauw samenwerkte *; hij zou alle voorkomende kosten
dragen en f 2000 pacht en f 500 huishuur betalen, terwijl de stad
bovendien nog van de Generaliteit f 400 voor onderwerping aan
de landsregiementen zou genieten 2^. Generaalmeesters protesteer-
Beiden hadden als stempelsnijder Johan Sluyter in dienst en als essayeur resp.
Adriaen en Egbert Marinus.