A fdeel. Van dergelyke natuur is de Berg - Talk, zo*
m genaamd, een weezentlyke Vitriool-Kley,
H oofd- ° . . , rs
s t o k . welke groen en vettig is , aan den Kam*
Vitriool-melsberg fomtyds voorkomende in een vast
ey' Gefteentei Ook valt by Chremnits in Hongarie,
in de Stollen, een wildGefteente enKley
of Leem, welke, uitgeloogd wordende, door
kooken en kryftallizeeren insgelyks Vitriool
uitleveren.
Koper- Voorts komt hier in aanmerking de zoge*
-?*% naamde Koperrook der Gozlarifche Vitriool*
ziederyën. Dezelve beftaat grootendeels uit
kleine (lukken Zwavelkies of Pyriet, Kieshou-
dènde Leyfteen en Ertfen , welke, volgens
de Spraak der Berglieden, verdort en in den
Ouden Man gefmeeten worden. Dit maakt een
graauwe Stoffe, waarop hetMynwatervanden
Rammelsberg, dat door het Vuur der Erts*
bewerkingen warm, en met veele Kiesachtige
Stoffen bezwangerd is , vallende, daar mede
zodanig famengroeit, dat het een harde Klomp
maakt, die met Breekyzers en Houweelen of
ook wel door middel van Buskruid moet uitgebroken
worden. Als deeze Koperrook dan
tot kleine ^rokken is vergruisd, wordt zy
door opgieten van kookend heet Water uitge»
, loogd ; de Loog in verfebeide Bakken gezuiverd,
voorts door kooken en uitdampen tot
Kryftallizatie gebragt: ten welken einde men
Rieten daar in (leekt, om welken de Vitriool
aan*
■ ■ ■ ■ ■
aanzet als Kandyfuiker. Eindelyk, volkomen Af“ ^ .
gedroogd zynde , wordt zy in Vaten gepakt jjgV]
en verzonden. muk.
Ook by Folgeburgen in Opper -Hongarie #
nuttigt men de kleine Ertsbrokjes, die in de
Mynen afkruimelen, tot Vitriool. Menloogt-
.ze uit in Kasfen,tapt de Loog in twee andere
Kasfen over, om te bezakken; daar uit leidt
menze door Pypen in een Houten Bak,‘waar
uit zy gepompt wordt in een Looden Pan,
die zes Voeten lang, vierdhalf Voet breed en
twee Voet diep is. In deeze Pan, die op een
Roofter (laat, wordt de Loog gekookt, vullende
de Pan geftadig aan. Eindelyk zo fterk
geworden, dat zy een Stuk Vitriool, ’twelk
men ’er in legt, niet aandoec, wordt zy overgetapt
in Bakken en te Kryftallizeeren gezet.
(9) Vitriool, dat Steenig i s , van Spiauter, IX.
Glashelder, Spaathig.
drum*
Zódanige Kryftallen komen, volgens onzen g jg jj*
Ridder, in Duitfchland voor. Zy zyn een
Handbreed lang, Glasaqhtig helder, Spaathig ,
evenwydig , digt aan elkander, een Vinger
dik, vierzydig , van buiten overdwars fcheef
geftreept. Hy vergelykt derzelver figuur by
de
(g) Fimolum Lapidofum Zinci, hyalinnm Spatliofum.
Syst. Nat. XIJU Tom. 111. Gen. 18. Sp. 9.
IU. D*si» IV. Stvk.