N A T U U R KUNDE.
JVie is zo flouty &0 fier, die hem &al op doen ßaanl
Geen mens durjt hem daar in zyn zoefcn ßa.tp verßoren,
Want tfii? is magti^ am iSya kragten af te ßaan^
Als hy door gramfcbap zig al brüllende laat hören.
'Dit ztnnebeeld vertoont het heil van Ißael,
IVanneer het veilig in V beloojde Imd. zal wonen ;
Geen vyanden hoe wreed^ hoe woefi van aard, hoe fei.
Die het, als V GOD bt-ßhermd^ in ^tminße durven hönen.
Hier komcn wederom te voorfchyn twce
wreede wilde Beeilen onder de alderüerkite,
de Eenhoorn cn de Leeuivy als zinnebeeiden
van het Ifraelicifch Volk en van de
Overwinningen op deKanaanitenzullendebehaald
worden. Van beiden is boven gelprookcn.
Rakende den Leeuw is alleenlyk hier
dir te melden , dat hy zuliende gaan Hapen
zieh niet begeeft naar verborgene fehuylplaatzen,
en die afgezondert zyn « maar dat hy
zieh tot ñapen begeeft, overal waar dezelve
hem bevangt, zelfs in dealderopenilevelden.
5 1 5
Hy vat niet aan de vyterße einden
van de rotzen,
Maar hy jlaapt in de open Iticht^ draeijendc
zyn ¡louthertig gemoed
Overal waar hem de laate Nacht van verre
bevat.
Oppianus het III. Boek van de Jagt. AIsi of
hy wiile , dat'er niemant gevonden wierd,
dewelke hem zoude durven opwekken. Aldus
heeft 00k "Jakob voorzegd van zynen Zoon
en Siamme Juda Gen. XLIX. ^.Hylegdzich
7ieder als een Leewjj , ende als een Qude
Leeti-ju^ wie zal hem doen oj>Jiaan?
P R I N T ß L A D CCCXX.
'Dat «yn de getetde der zponen Ifraeh, honderd dukend ymen honderdende dertig.
Ende hare getetde waren drie en twintig dai^end , al wat manneíyk^is, van een maini
oud. ende daar bomn: mant de^e en werden niet getelt onder den hinderen I f .
raéis, om dat hen geen erffenijfegegeven werd onder den hinderen Ifrails. Numer.
XXVI. vers } i , 62.
Celttkkig Jfraül! mt flaat gy ef de flnnden
Van het beloofáe land, trek vwrts door de Jordaan-.
trek over, en gì zule gelukkig daar belanàen.
Zo zìa gy in IM eìnde uw leed cu drnk vergaan,
Een land dat vrugtbnar is van alien overvloei
Is u gegeven om te zamen daar te wonen :
Irek of dan, msgtig heir, gcrnfl en 'jeelgemoed,
De GOD der ¡/aderen zal u met heil bekrönen.
Nü ftaat Hamibal voor de Poorten. ifrail
m de -vlakken l/elden Mtdh, aan debordane
-van 'Jericho. Aanftonts 2yn de Boct-
Jaren ten eirde geloopcn, in dewelke alle die
uyt tígyftc waren uyigetrokken in de woeityne
moeiten ilervcn, uytgenomen alleenlyk
jojua en Calcb. Ende onaer dcze en •was nicmaatnjt
de gctcUe van Mofes ende Aaron den
van de erfgenamen, welke wy oefFeningsIialve
tot cene Somme zullen brengen , afdalende
door eikeStamme, engelyktegenoverelkanker
rr,e¡hr ; al, zy de hinderen Ifraéls telden in
f f f ß y e van Sinai. ¡Vant de HEERE
lMdde -,yn d,egeze,d , dat z, ,n de '.i^oeßyne
gemjjeiyk zonden flerven: ende daar en -MS
memam -jan hen over gékven, dan Caleb de
»«• van Jefhuune , ende Joßa de zone van
Ä « . XXVI . 64. De beloofde
erttemfle „oetì aanflonts vevden verdeeld
onderdekindcrenderwederrpanningen.doch
loor at mosít 'er cene optelling gefchieden
Hellende de eerlte Rekening en laatfte,
op dat het als by eenen opflag blyke hoe veel
elke Stamme is toegenomen of verminderd,
Num. i.
I. RUßEN
». SIMKON
3. LI-VI
+. JUDA
y. iSASCHAR.
6. SKBULON
7. GAD
8. ASER
S. MANASSE
EPHRAIM
Num: XXVI.
46500. 4373°.
59;oo. 22aoo.
22300. 23000.
74Ù00. 76500.
54+00. 64300.
5740°- 60500.
40.5
415-00. 53+00.
31200. 52700.
.J0500. 32500.
10. BEN