irti'sf'
f i i i C
' j V i
i i
• .^Irvi
• I i i
•Iii»
: 'p
Pi
G E E S T
D i v i d die wilde Beeilen, andersfins te vreel
e n , meeftcr is geworden, verdiend aangemerlit
te worden; de eerlle drukken uyt dez
e woorden, ik ßaeg hm, den Leeuw ofden
B e e r , mdt. rtddtde htt, iiet Selwap Up mm
nmid, datis, 20 b ygeval e en beeil eenSehaap
door cen beet vaitende van de kudde was afgeweken,
zieli door dien roof lul lende verzadigen,
benikhetgevolgd, cngedooddoor
eene knods offpies, en hebbc hetSchaapuyc
d e kaken des Leeuws, of der Dood gerukt:
de andere flellen voor de woorden, dewelke
onmiddelyk volgen: doc h> legen m tfßonä,
Zoe vatle tk hem h zynen baard, enit daodde
hem. Zie daar dan in een twee gevecht den
L e e u w opilaande tegen Oavid , om liem te
verfeheuren, den Beer, om den Herder omvattende
te dringen! Maar ook David, die
met de eene band de Lippen , enKakebeen,
voornamentlyk het onderlle , van bet beeil
aangrypt, met de andere het doorlloot, het
•Vj met een iwaard, of Spielle. Deie huyszelyke
zaken zyn bewyzen van heldhaftige
dapperheid, door welke David ineentedere
j e u g d , en als in een worllelperk , moell
geoeffend worden , op dat hy vroegtydig
G O D S hulpe gewennen zoude en te aanroepen,
en te ondervinden, en tegen het toekomende
zyn leven en noodlotten op dit aldervalle
fondament bouwen. Het is het kenmerk
van eenen dapperen en grootmoedigen
Held
Eentn hmgmgen Lmm den kiiyt «yt de» iek
te halen.
Doch ook dit moet niet ftilzwygens worden
voorby gegaan, waar aan milTchien niet kan
getwyffelt worden, dat David, in liet ampt
van zyn harderfchap, de krachten zyner Armen
van dag tot dag heeft kunnen beproe-
E L Y K E
wen, endoorbeproevcnvermeerdcren: want
de Reden en Ondervinding leeren ons, dac
door de oeflening de krachten byna op eene
ongclooffei-yke wyze kunnen vermeerderd
woVden. De Voorbeelden ieveren de Oeffenplaarzcn
der Ouden op, cn de Worllelpcrken
der liedcndaagfche Schermers. ja der
hedendaagfcheSimfons, ondcrdcwelkediend
geteld tc worden de alderdoorluchcigfte Koning
van Poolen AUGUSTUS. David was
niet allcen Ikrk van gemoed, maar ook van
lichaam, wicns banden van GOD gdeerdteare
» ten ßrydt, zo dat eea ßak böge met zyrie armen
verbroken uicrd, Pf. XVI I . 3 J.
Hot Hebreeuvvfclie woord ^akati word
vers 35. vcrklaard, gcmcenlyk door Baard,
ik vatte hem by zynen baard, en istoepaszelyk
20 op den Leeuw als op den Beer. By Homerus
komi doorgaans voor
Ltsejugeneios, een Leeww wel
MartiaUs X.Boek, der Puntdichten, 9.
'Dm dooden Leeuw den baard «yt^liikken.
Maar ook betekend dit zelve woord de kin,
kakebeen: hierom heeft de Kaldeeuwalhierhec
Kitmebakken, Hieronymus de hin-, onze Latynfche
den baard met het Kakebeen, De LXX.
pharugga. Welk woord by aldi.en het in eenen
gemeenen zin is op te vatten, 20 heeft onze
Held de beeilen door de llrot, of de band
in de keelen geitooken verworgt. Dochmen
moet ook niet overflaan, het welk dcReizigers
verbalen, onder anderen Thevenot vef"
volg van zyne Reize I. Boek, 13. kap. dat de
Leeuwen voor de Arabieren zo verfcbrikkelyk
niet z yn, of zy kunnen lichtelyk gevangen ,
ja op de vlucht gedreeven en gedood worden^
P R I N T B L A D CCCXCVL
Ende Saul hadde de ooge Da'vid , 'van dien dag aan ende ^OQVtaan, i Sam.
XVIII. vei-s
'De dolle S AUL raajd en woed.
Hy dorß naar D A V I D S beldenbloed.
Die Jong'ling heeft te veel bedreven ;
T>it agt hy zyne kroon tot fcband,
T>ies tragt by hem met eigen band,
En feile ¡Verpß>iets te doen fnéven ;
Maar DAVID geeft zig op de vlugt,
lerwyl de Dwtng'land beeft en zugt.
Zyn razerny helpt bem aan 't dwdlen.
By kent nog regelmaat, nog palen,
Maar -woed voi onverßandtgheid:
GODS geeß is van bem afge-j;éken,
I. S am. cap. XVIII. v.l.)
S a t i i fi.(ri(isiis.
I . ^Pi'fi^ Om-, x y i u .V. 9 - 1
pev- ufllt•bt^^' '¿'mir.
! I J. G. Tiielcr scuic