•
N A T U U R K U N D E. 591
eene beknopte kortheid voor te flellen verfcheiden
bekwame middclen om Landkaarten
t e maken.
M e n moet, als by voorgefprek, gewaarf
c h u w d worden, dat de Landbef chryving den
Ifraeliten niet heeft kunnen onbekend zyh,
dezen hoogften T o p van waardigheid is opg
e k l o m m e n , niet onder fchraagt door Konink-
!yk bloed, niec geholpen'door byftand van
andere Waardigheden, maar een dapper en
g o e d Soldaac, een vroom Man, die niet alleen
de Affchetszen door anderen gemaakt
weec ter gebruyk te brengen, maar zelf een
V e r f p i e d e r , by de Algemeene Grondteken
i n g i voor den Intrek gemaakt. is by gew
e e i t , en veel li-.ht zelf zynen onderliiigen
arbeid daar toe gedaan, een Verfpieder aan
G O D getrouw ter uytvoer brengende, dat
M o z e s geboden had. Num. XIII. 17, 18.
Trekket dit henen op tegen het Zuyden, ende
klimmet op het Gebergte. Ende beziet het
het Und hoedanig het zy, ettiie het Volk dat
daar in woond ^ ofbet ßerkzy^ oftez-wak, of
het weinig zy, ofte veel. vs. 19. Ende hoedanig
het land zy, daar in het zelve woondt,
of het goed zy, ofle k-jsaad: ende hoedanig de
Steeden zyn, in dewelke het zelve woond, of
in legers \ ofte in fterkten. Nu iiecft Jozua
van noden niet alleeneeneir^aafl'/^i'Lantm
e e t k u n d e , maar ook eene •wettißhe. Het
L a n d moet niet aüeen ingenomen worden,
maar ook onder de Stammen verdeek worden.
Hierom bevceld hy vers Geeftvoor
ulieden drie mannen uyt elke Stamme, datikze
henen zende^ende zy haar opmaken,ende hei land
doorwandelen, ende bejchryven het zelve naa
hareernetti ende weder tot my kamen. Ende
vers 8. Gaat, ende doorwandelr het land, ende
befchryft het, komt dan weder tot my. Welk
e Mannen ter gehoorzaamhei d vaardig dan
henen gingen, tn het valt g emakke l y k te bel
l u y t e n , uyt de Lyf t zelve der Verdeeling,
w e l k e zy gemaakt hadden, dathetnietalleen
g e w e e i t is een Staatkundig, en Aigeraeen antw
o o r d , maar een Landbefchryvend, waarin
van eindpaal tot eindpaa! gcnoemd waren en
R i v i e r e n , Bergen , Fonteinen , V'alleijen ,
Z e e n , Steeden, Neiden, frteenen, alle wel -
k e zaken naauwkeurige L.andkaartcn niaken.
Derhalven brengen vvy met billik bewysdeald
e r o u d ü e Landkaarten tot op dezetyden van
Jofua , welker uytvinding anderszins door
Strabo in het I. Boek toegelchreeven word
aan Anaximander den Mileßer, gelyk mede
van i-aiTiK/in deszelfs Leven. Anaximander
nu heeft gelcefd omirent het jaar 560.
v o o r K R l S T U b geboorte. Ofwarzalanders
zy Scfher, een Boeky dan 'Finax, eene
Landkaarc ?
Maar hier valt eene V r a g e , welk Leerbel
e id hebben deze Landbefchryvers de Verf
p i e d e r s gebruykt , om binnen zo korcentyd
eene Landkaart van hec zo ver uycgeÜrekte
L a n d l c h a p te vervaardigen, op dat ecnigermate
op deze V'rage, en te gelyk aan den
nieuwsgierigen Lezervoklaan werde, hebbe
ik hetnodiggeoordeeld, maartoepairelyk op
d e z e tegcnwooi dige Gefciiiedenis , en met
.iwvii nuiiiivil UllUC/VCllU tyil,
om dat dezclve gebloeid heeft, javolgcnsde
raecning der alderbeÜe Schryvers in Lgypte
geboren geweell. Herodotes toond net aan,
in het!(. Boek. 109 dat de Landmeetkunde
den F.gyptenaren ten alderhoogüen noodzak
e l y k isgcwecil, endat de Nyiaroomjaarlyks
fc'gypceoveritn)oraende,de Ko n i n g d e n Landmectkundigcn
in lall had gcgcven, dat zy de
fcheidspalen der Akkers zoiiden weder hern
i e u w e n , en aan eenen iegelyken het zyne
w e d e r g e v e n ; ja dat deze wetenfchap uyt Eg
y p t e in Griekenland is overgegaan. De
Plaats uyt Siraho verdient alhier uytgefchreven
te worden, in het XVI I . ßoek zegt hy:
Doch eene zu marfiige en netie lerdeehng van
plaaiszenis nndig geweeß, wegens de geduurige
ver v;ar ringen dtr Schetdpalen, welke de opgezwoÜ
le Ayl uyt werkle, aan anderen toevoeger^de, van
anderen oninewende, en de tekeus ver ander enden t
door dewdke het eigen van eens anders wterd on.
dcrßhndm, Deswegens moeß men t\lke«s jnete
». En hier van daa-igeloven zy, äatdel.andmeetkunde
door de Lgyprenaars ts uyrgevondeu ^eweeßy
gelyk de Konß vau Redmetren en de Ht.
kenkonß door dt Fenidtrs. wegens den Koophandel.
l^yna het zelfde heeft Diodorus Stculus
Biblioih. Hift. L. I J a Joßfus verhaald, dat
b) die Ver/pitdersgevofgd zyn zulke, die kennis
hadden van de Landmeetkunde, dewelke hei Landfihap
naar de kunß beßhryven zouden.
Ik ga nu verder tot de verfcheideneLeerw
y z e n , volgens welke de Wereldkaar ten wel
kunnen gemaakt worden.
I. De aldeizekerlle en te gelyk de aldern
a a u w k e u r i g l l e i s , deSterrekundige, waarin
d o o r Starrekundige Aanmerken kan bepaak
w o r d e n het punt van de Zon , Maan .
van de Planeet Jupiter, van elke pkats, gerekend
zoi n de Lengce, als lireette. Deze
L e e r w y z e is hier niettocpailelyk. Men moet
daar by hebben Hefchouwplaatszen, Zonnew
y z e r s van eene aanzieneiykegroote, ophet
aldernaauwkeurigll in graJen en minuten verd
e e l d , Verrekykers, ^terrekundige O'urwyz
e r s met tweedens, andere Konftw erken van
g r o o t e n prys, en daar enbovenwordVrvereifcht
eene valle zitplaats, beku ame tyd. Ja
zelfs is tegenwoordi g deze w y i e o ti oy/.ondere
Kaarten temaken niet tot g e b ruy k , maar
alleenlyk om te bepaien de bta dplaatzen iler
voornaamllc Steeden. Welk gckend z^nde,
o p de Globus, Memelklooi, of algemeene
Kaart gefchreeven, zo wordedeomleggende
landib-eeken of Landfehappen midden tuffchen
eenige leggende a fgeteker d door middel
van eene uj 1 d e volgende Leerwyzen.
VBf