poozing. Spoedig wist hij dan ook de kleine
gebreken destijds met onvermoeide vlijt, en
met hernieuwden lust, te, herstellen, en het
werk van eigen vernuft en zamenstel in gere-
gelden gang tèi brengen. Na korte weken, in
Junij, stond: reeds, het huis van E isinga weder
open voor elk, die op de bezigtiging van
het konststukVprijs stelde;, en de grijsaard, die
in zijnen hoogen ouderdom, van ruim tachtig
jaren, een vast en gezond ligchaam omdraagt,
en alzoo de zoete vruchten inoogst van een
matig, arbeidzaam en welgeregeld leven, zoo
wel als van huisselijken vrede, mag zich nog
heden daarin verblijden , dat , hij vriend en
vreemdeling mag verzeilen en voorlichten bij
het opnemen van het hoogst eenvoudig,, dan
tevens verwonderlijk , werktuig.
Weinig -jstof moge dit latere leven van den
Konstenaar ons opleveren, om den lezer daarbij
te doen vertoeven; wij mogen echter niet
onvermeld laten, dat de man, hoezeer hij,
wegens de onlusten in den Staat, met ondankbaarheid
en vervolging zelfs in zijn Vaderland
had moeten worstelen, zich evenwel nimmer
onttrokken heeft, om aan de Stad of Maatschappij
alle diensten te bewijzen, waartoe hij
zich, naar zijnen kring, berekend gevoelde,
o f waarin hij, door gunst en ijver van anderen,
schier tegen; zijnen wensch, betrokken
werd. Maar hierover uit te weiden, loopt
buiten ons besték. Alleen die waarheid mag
niet vergeten worden, dat Eisinga, als Mede-
curator over de Vriesche Hoogeschool, dat
voormaals luisterrijk Gesticht der Vorstèn van
Nassau, Stamvaders van onzen Koning, inzonderheid
heeft medegewerkt, om deszelfs toen
vooral bedreigde vernietiging af te weren,. en
die vermaarde kweekschool van Geleerdheid te
helpen redden uit een volslagen verval.
Wat ging intusschen onzen E isinga meer
bestendig ter harte, dan het Konststuk, door
hem vervaardigd? Wat streelde hem zoo
zeer, jaren achtereen, als de hoop van een
bewegelijk Hemelsgestel, bij zijn leven, - en
onder zijn opzigt, te mogen daarstellen in
eenig aanzienlijk Vaderlandsch gesticht? En
wat bedroefde den waardigen man eigenaardig
derwijze, als dat die vleijende hoop, wanneer
zij iets te beloven scheen, ja ondanks veel
bemoeijing van begunstigers en vrienden, telkens
'verijdeld werd?
Na zijne terugkomst in Vriesland en in
zijne burgerlijke woning, was de kundige
G. Hesselink, Hoogleeraar bij de Kweekschool
der Doopsgezinden te Amsterdam, welligt de
eerste, die zulk een ontwerp met allen ernst
ter harte nam. Niet alleen als Uitlegger der
schrift, maar ook als Wijsgeer, is de naam