N A
T Ü U R K U N D É.
DF.ze is de twcede afzeiiding van ''Jacobs
door den honger geperll vanzyne Zoonen,
en wel van alle uyt Kannän tot Jofeph
dewelke, op datzyhiet zouden komenzonder
iets mede te brengen, den Onderkoning
moellen vereeren met Mifmeretb baärerfcb ^
van bet h felykße äes lands. De Grieken
hebben aj>o toon karpoon teys geys ^ van de
vrucbten des lands. Onkelos, van de be[ie dingen
des lands. De Syrier, van de goeiheid
äes lands, "^y^van her loffehkße dezes lands.
Het was namentlyk en oudstyds in het Ooften
de gewoonte, en is nog, om niet dan
met gefchenken tot groote Heeren en tot Köningen
te naderen, welke gefchenken vaderlandfche
wezen moeilen, gene Egypnfcbey
deaIjerbefteuytArÄ«<«i«,genebuytenIandfche.
De gefciienken worden op order, getelc.
Van Zari, Necoth en Lot hebben wy boven
Gen.XXXFlI. 15. gehandelt;volgtDebafch,
Boning: maar waarom dac? Tegenwoordig
eene zeer geringe koopmanfchap ? Zonu tegenwoordig
de zuiker gedaan word, zo wierd
oudstyds de honing,namentlykonderdeban-
. ketten der Koningen en Grootenaangedifcht.
Dus boden de nabuurige Edelen den Koning
David, wanneer hy in de Itad Mabanaim
was, honing z^iam.Xl^ll. 29. Salomon
Boogl. V.l. Ik hebb^myne homngraten metmynen
honing gegeten. Hecamedes zette op het
gailmaal aan Neßor,en Patroklus MehChlooron^
geele honing, verjjche boning voor. Homerus
Iliad, h. v. 630. Suetonius in het leven
van Neroy kap. 27. Hy gai ook aan zyne
J, gemeenzame vriettden maaltyden, van wel-
„ keaan honing gebak een ilond op locoo
kroonen volgens de uytrekening van Bu-
„ dans. Dog wie weec niet, AAI Kanaan
wegens den honing hooglyk beroemt was.
By Jofefhus in het V. Boek der yooJfcbe Oorlogen
is het eene der pryswaardigheden van
het land rondom Jericbo. dat het is fnelittotrophos
bey chora: eene zeer bek-wam lanäßreek
om byen te kweeken. De honing wierd
uyt Judeamzr andere gevvcllcngcvoert.Tot'
de. Z'yr/TiÄf Jaarmarkten wicrd honing uyt
Jttdea gebragt Ez-ech. XXVII. 17. van daar
in Egyptey alhoewel gelezen word, dat Egypte
zelve overvloed van honing heeft gehad.
Nim.Xl^I. i i . welke of wilde geweell
is, of vaneenenkwaden fmaak. Duswordin
Europa boven andeten geroemt de honing
uyt Provence en Lauguedok in Vrankryk^ voornamentlyk
die van Narbonne^ de honing van
Corbiere , in Z'iviizerlaud v.iil de Abdy van
Ztk De honing nu is het alderlsoftelyliile
vogt,als de zuyverHc kragt van alle bloemen,
door de liyen met de aldergrooiile naarftigheid
uyt de bloeizels der planten vergaderd,
en m deLiykoiycn gebracht. De in htiropa
te lioop zynde honing is byna van driederley
zoorc. 1. Witte, londer vuur uytgehaalt,
1 5 9
van zelfs u¡t deByliorvendruypende. anders
Maagdehoninggenoemd. i. üoliwitre, maat
door behulp van de perffe uytgedrukt. 3. Cecie
, door middel van het vuur uytgekooktj
daar na nytgeperll, van dewelke zié Pdmet
Htß. de -Drog. l. i. r.
Voigt nu de .ÖaiÄMj over dewelke de Uyrleggers
zeer in tu-yffel zyn : de Grieken zetten
het over rAm-4wíAo», Terfentyn: Onkc.
los, de Syrier eil de strahier, om dac zy de
betekenis niet kendeii, behonden het zelve
woDrd i andei-eh verllaah daar door Terziten,
anderen hoten: viy Okkermten', in de
Kanttekeningen V-pufpeh ün Apfels vmi
•Talrnhmen. De meelte Rabbynen hebben
•Pynàpfels, anderen Hazemteu. By aldieii
\ì.aTerfentyn\i, gelyk de Grieken willen,
degemeene Lalyifcbei SalmafmimHyWfatrica,
Heidegger in de Hißorie -van Jofefh
Seit. ir.Th.ii. ZozaluytderzelverzOortea
zyn de hidiaanfche Tirfeutyn met eene ronde
vncht. J. Bmhm Hiß. Tlant. l. I l t .
c. 19. welker nootjes in het Ooilen Bovende
Tißaches geacht worden, en hedendaagsvan
de Arabieren üod'tn genaamt worden, vän de
Perzianeñ Teriaik, Botmquoiiir. Eene boom
TOlgens Iheophraßus W. H,ß. de andei e
Terpentynboom gelyk, doch eetie byzonderevrticht,
beter dan dicrgelyke Amandelen.
Eene vreemde Tiflachiáoom fíiet e^ne grùte're
•urucht¡andereeetbareV,ßachesgel,¿.Ook hier
toe zoude können worden gebracht de geménc
Terfenhn aan dewelke onsÄ.'A»/«; ender
Arabieren liotin Joanu. BanUnui toefchryft:
i, een zcer groóte boöm ten deele vruchtdragende,
met lange takken, dun, gcdekt
„ met eenen afchgrauvven bail, en houdende
i, zyn blad den ganfehen Winter niet over.
• 1 H y brengt voort veelvuidige bloemen uyt
„ de uytK-afchiesder takken, aan eenen lan-
„ gen tros, uyt cnkele dradige hairtjes pur^
„ perverwig te zamen geweven. De blade-
.. ren fpreideil zieh uyt als eenen vleugel, d-
„ hoewelniet altyd op eene gelyke geilaltej
„ de Laurierbladen gelyk , doeh flomper,
„ by malkandel- als in eenen fpreeuwbezien-
„ boom waiTchende, roodachtig, dewelke
„ door gedurige dwcrslopende zenuv\'ijes
„ wordendoorlopen. Dcvruehtehzynklein ,
„ langwerpig, rond, rood, by na s-elyk den
Ì, vruchtdragenden balzem der W inkels, I ,'m-
„ aehiig door cene harfchachiige voch'tig-
„ heid, een pit in zieh hebbende. Lonieerui
houd de kers van dezen boom voor den
'Ticari vän dien Text . Voor den Terpentyn
llryd verder, behalveft de ectbaarheid
van de vrucht, de afleiding vaii het woord
Butan de bulk, opher Arabiich beten i want
de korrels van den Terpentyn zyn in de rondheid
eeniger maten hol. Bothart doet er by
Ceogr. Saer. 1.1. c. 10. voor Tißaehet, dewelke
dezelve zyn met deTerpentyn, datzy
zya