
waren groote bezwaren van geldelijken aard, en die werd dus afgeraden. Men vindt aan-
aangeteekend dat de hermunting in 1695 van het te ligte goud- en zilvergeld in Engeland,
hetgeen tot de volle waarde was aangenomen, dien Staat op twaalfhonderd duizend pond
sterling kwam te staan.
^ N°. 451. Anno 1750. Nederlandsche rijder. x)
Vergelijk den type, in 1607 gebruikt (N°. 121)'. Voorz.: geharnaste. ruiter, rechts gekeerd,
onder het paard een gekroond provinciaal wapenschild, links waarvan het muntteeken van
Holtzheij (een valkenier); (roset) mo : au r : pro : confced.— b e lg : d : g. & : c : z . Keerz.:
het gekroonde wapen der Generaliteit, waarboven het jaartal, en waarneven 14— g^; con-
gordia. res p a r v ä c resgün t. Goud; Leidsche Hoogeschool, Kab, Rijnbende , Koninklijk
Kabinet. j|p§| XV N°. IV*}.
w" N°. 452. Anno 1750. Nederlandsche halve rijder.
Gelijk de voorgaande, nu terzijde van het wapen 7— gK het muntteeken boven de hand.
Goud; Kab. R ijnbende, Koninklijk Kabinet;
Bij placcaat van de Staten-Generaal, van 1 Mei 1750, werd bepaald, dat niemand tegen
zijn vrijen wil eenige Nederlandsche o f vreemde gouden munt behoefde aan te nemen, dan
de heele en halve gouden rijders, „zijnde een vasten en onveranderlijken standpenning, die
altoos een bepaalden zekeren koers en prijs zoude houden.” (Pi. XV N°. V.)
N°. 453. Anno 1750. Nederlandsche zilveren ducaat.
Gelijk N°. 426, doch ander muntteeken. Zilver; Koninklijk Kabine^.
«b, N°. 454. Anno 1751. Nederlandsche rijder.
Gelijk N°. 451; 14—gV, op sommige exemplaren geene roset vöör Mo en 00k 14— Gir.
Goud; Kab. Fokker, R oest; de V oogt. Afgeb. V erkade, pl. 3 N°. 4.
N°. 455. Anno 1751. Nederlandsche halve rijder.
Gelijk N°. 452. Goud; Kab. R jjnbende. |
^ N°. 4S<5. Anno 1751. Nederlandsche halve gülden. 2) v ^ “ V ^ /
Voorz.: de Nederlandsche Maagd, gelijk op de munt van 1694 (N°. 349), het muntteeken
naast het altaar; hac n itimvr— hanc t v em v r . Keerz.: het gekroonde wapen der
Generaliteit, waarboven het jaartal, en waarneven 10. s t ; m o : arg-: o r d : .F(e : be lg d : gel .
&. c : z. Zilver; Kab. de V o o g t , Kab. K a a n , verschillende Stempels. Afgeb. V er k a d e ,
pl. , 4 m 3. . . (P1.:XV N°. VI.)
x) Waarschijnlijk 00k in Gelder land geslagen van het goud van de opgebfagte onwigtige ducaten, hoewel
niet juist alleen van wat in Gelderland was opgebragt, daar hiervan niets aan de munt direct was gekomen.
(Missive van Holtzheij, 29 Nov. 1749).
a) Of deze halve gulden 00k geslagen is van het zilver van de ,,kwade payementen” , in 1748 opgebragt
voör den sosten penning, gelijk voor Holland werd bevolen, Ijleek mjj niet. De Generaais van de munt
wilden dit stuk teveri's'als een gedenkpenning van die opbrengst beschouwd hebben.