
N°. 443. Anno 1740. Duit.
Gelijk de vorige. Köpe r; Kab. de V oogt.
N°. 444. Anno 1740— 1743. Nederlandsche ducaat.
Oude type. Goud; geslagen, volgens de rekeningen.
N°. 445. Anno 1740. Nederlandsche zilveren ducaat.
Gelijk N°. 426. Zilver; hiervan 1 geslagen, volgens als voren in Maart, April eft juni
9871 mark.
Uit eene mij voorgekomene Missive van de Generaalsy d0. 25 September 17 4 1 , blijkt, dat
er in 1741 Geldersche ducaten geslagen zijn van te gering gehalte (23 kar. 5?/* grein). De
waardijn verklaarde dat er nooit op zulk gehalte was gemunt, terwijl de muntmeester 00k ten
stelligste tegen deze beschuldiging protesteerde. Sedert November 1739 was er tot ultimo
1740 geslagen aan ducaten 1177 mark, en in 1741, tot 8 October, nog 10739 mark.
N°. 446. Anno 1743— 1748. Nederlandsche. ducaat.
Oude type. Goud; geslagen als voren,
N°. 447. Anno 1743— 1748. Ducaton.
Gelijk N°. 425. Zilver; geslagen als voren.'
N°. 448. Anno -1743— 1748. Nederlandsche zilveren ducaat.
Gelijk N°. 426. Zilver;.geslagen als voren.
N°. 449. • Anno 1747. Dubbele stuiver.
Voorz.: .d .— «el— rije— 1747— * muntteeken *. Keerz.: gekrooftde leeuw met zwaard
en pijlen, tusschen 2— s. Zilver; mij evenwel niet anders bekend dan als een gouden afslag,
Kab. d e V o o g t . CPI- N°. II I .)
N°. 449*. Anno L749. Nederlandsche halve gouden rijder.
Waarschijnlijk geheel gelijk aan N°. 452, doch mij. nog niet voorgekomen.
Den 3den Februari van dit jaar zijn er, Volgefts eene aanteekening', 14 mark van-geslagen*
Waarschijnlijk is dit eene proef geweest, want de ordonnafttie, tot het slaan van heele en
halve rijders, is van 1 Augustus 1749. De muntmeester Holtzheij was in Januari van dat
jaar aangesteld.
N°. 450. Anno 1749 o f 1750. Nederlandsche ducaat.
Oude type. Goud> geslagen volgens de rekeningen.
Bij placcaat van -de Staten-Generaal, van 1 Augustus 1749' werd het randen bevolen van
alle gouden ducaten, in het vervolg te slaan. Die in dät jaar nog zouden worden vervaar-
digd, moesten tot onderscheiding van de vöör dien datum geslagene, een roosje hebben tusschen
de voeteh van den geharnasten man. Men nam dezen maatregel tegen het snoeijen»
hetgeen vooral te Frankfort pp grove inanier in praktijk werd gebragt. Tegen hermuntiftg