118
Het terrein is met heide begroeid en besit eene nog tot over de
perceelgrenzen heen grijpende koepelvormige verhooging.
Eigenaar: de Staat der Nederlanden; aangekocht
van de Markgenoten van Zuid- en Noord-Barge bij acte d.d. 18
September 1872.
BESCHRIJVING:
Het hunebed is min of meer onregelmatig rechthoekig en heeft
eene ongeveer O.W. gerichte lengteas, die ten westen 84° 30' van
het noorden afwijkt. De toegang bevindt zieh in de zuidzijde,
oostelijk van het midden.
Het steengraf bestaat uit:
I a l 6 keldersteenen, waartoe;
II» 12 d r a a g s t e e n e n , t.w.:
11U2 sluitsteenen, Sl^ en Sl'^ waarvan Sl' ¡.s., SP
misschien een weinig gedraaid;
II In 5 paar zi jsteenen, Z^ — Z^ resp. Z'' —Z®', waarvan
Z^ naar binnen in den kelder gevallen en slechts ten deele
zichtbaar; de overige alle fraai i.s.
Z®' en Z"' zijn tevens poortzijsteenen.
IIb 4 d e k s t e e n e n , D' (?), D^ (?), D^ en waarvan
westelijk buiten den kelder gelegen;
?) zuidwestelijk buiten den kelder gelegen en Overzicht:
bijzonder door een N. —Z. gericht rijtje
Stomp wigvormige boor- of spring- resp. D 4
splijtgaten^), waarvan 6 alleen begonnen en
3 tamelijk diep; S1 2
D® oostwaarts afgevallen, gelegen in den
kelder tusschen Z' resp. Z^ en Z"'; Z 10
EHi oostelijk buiten den kelder gelegen, met
zijn' westkant steunend op Sl^.
Het totale aantalsteenenisderhalveminstens nog 16. Totaal 16.
' ) N.B. deze waren reeds in 1819 voorhanden (vergl. 36 : m; 100 . VII,
p. 212, 2°). Zij komen naar den vorm overeen met dergelijke in den met ?
gemerkten steen van hunebed D, XLIV te Westenesch.
119
Alle steenen zijn aan den binnen- en onderkant vlak. Zij bestaan
uit graniet; D2? is bovendien door een pegmanietgang gekenmerkt.
Het hunebed is wel is waar sterk gestoord, doch de oorspronkelijke
Staat is nog gemakkelijk herkenbaar. Van den aanvankelijken ronden
dek- of mantelheuvel zijn nog duidelijke sporen aanwezig. Deze
reikt vooral aan den zuidwestkant nog tot over de perceelgrenzen,
terwijl de talrijke veldsteenen en het vele steengruis er in op bevestigingssteenen
en steenkap wijzen.
LITERATTJUR:
I : 1. - II : C, No. 49. - IVb : p. 12; PI. V I I P - V " ; X; XI. -
V^^c* : Bijl. Emmen, sub sect. D. 2635. — V® : bijl., sub 10. -
yisi? _ v'ä®? — — yi® : rapp. Emmen, sub 5a (10).
36 : m. - 38 : p. 56, al. 3; p. 57, al. 2. - 46 ; p. 13, 8'; p. 14,
B"; p. 14, a « ; p. 48, C p. 50, C " ; p. 52, C " . - 56 : p. 9,
al. 5; lijst Barger 2. - 57 : Barger 2. - 79 ; p. 10, al. 4 - 5 . -
82 : p. 20, al. 6; p. 51, al. 3. - 85 : p. 15, al. 9. - 87 : teek. XXXVIl
- 88 : p. 5, regel 4 v.o. No. 1 (Round BAEROW); p. 5, al. 6. -
98 : p. 32, al. 4. p. 43, al. 1; p. 197, XXXVII. - 100 : VI I , P 212,
2°. - 114 : p. 9, al. 3 . - 1 1 8 : p. 76, al. 4; VHP; p. 77, al. 1, 2
sub VIII, p. 81, al. 4, VIII. - 121 : p. 14, No. 498-500; p. 15.
- 124 : p. 14, No. 3.
D,XLVII HUNEBED (Zdl., 2-tal) VAN ANGELSLOO,
GEM. EMMEN (10).
(VERGL. PL. 9 9 - 1 0 0 , 118-120)
Het hunebed is gelegen circa 1.4 K.M. O.N.O. van Angelsloo
en ongeveer 3 K.M. O. van Emmen (kerk), in het (Barger) Oosterveld,
0.3 K.M. zuidelijk van D,LVI.
Het perceel is handspiegelvormig met rechthoekig hoofddeel en
langgestrekten rechthoekigen steel en hgt in de gemeente Emmen,
kadastraal bekend Sectie F, No. 1301. Het is 0.0650 H.A. groot
en afgezet met 8 houten hoekpaaltjes, voorzien van inschrift R.E.