188
van de hunebedden gaven, nog als zeer aartsvaderlijk beschoiiwd
mag worden.
Het komt mij dan ook voor, dat men niet te ver gaat, wanneer
raen uit het bovenstaande de conclusie trekt, dat her aantal hunebedden
in ons land vroeger hoogstens het dubbele van dat van
tegenwoordig is geweest.
DE GEOGRAPHISCHE LIGGING.
Hebben wij zoodoende eenig houvast verkregen voor de schatting
van den omvang der aangerichte schade, bovendien blijkt uit
het bovenstaande ook, dat het beeld, hetwelk wij op grond der
thans nog aanwezige hunebedden van hunne verspreiding verkregen
hadden, daardoor niet aanmerkelijk gewijzigd wordt.
Wat nu in de eerste plaats de naaste omgeving der hunebedden
betreft, zoo schijnt het wel, dat er een zekere, zij het ook losse,
samenhang bestaat tusschen hun voorkomen en dat van naburige
tumuli. Inniger echter is de correlatie tusschen hunne aanwezigheid
en die van een' plas, een veentje of wel eene uitgedroogde kom.
Hoewel ik dit niet telkens afzonderlijk vermeld, noch ook in kaart
gebracht heb, zoo is het laatste toch eigenlijk voor elk der hunebedden
•f voor de kleine twee- tot drietallige groepjes daarvan, wel steeds
aantoonbaar. Men kan zonder overdrijving beweren, dat in de onmiddellijke
nabijheid der steengraven water gestaan heeft. Een
enkele maal worden ook de overblijfselen van de nederzettingen of
werkplaatsen der hunebedbouwers vlak bij de hunebedden aangetroffen.
Dit is o.a. het geval bij het Gasterensche hunebed D 10,
bij de beide Drouwener hunebedden D 20 en D 21, bij het vernielde,
z.g.n. Weerdinger steengraf en o.a. bij dat een weinig ZdW.
van Valthe D 35. In het laatste geval hgt het hunebed op den hoogen
oever Ndl. van een flinke veenplas, terwijl daaromheen overal
mikroneolithische artefacten, enkele scherven van hunebeddenaardewerk
en, vergis ik mij niet, ook directe bewoningssporen
worden aangetroffen.
189
De toegevoegde kaart, PI. 120, geeft een overzicht van de nauwkeurige
geographische ligging der mij bekend geworden Nederlandsche
hunebedden, het naar ALMGREN gecompleteerde nevenkaartje
a van de Noord-Europeesche. De eerste zijn, voorzoover
thans nog aanwezig, op bedoelde kaart met een driehoekje aangeduid.
Dit laatste is open gelaten, wanneer het gesloopte
hunebedden betreft of wel zulke, waarvan alleen nog een heuvel
aanwezig is.
Als ondergrond voor de bewuste hoofdkaart diende de historischstatistische
schetskaart 1 : 100.000 van de topographische inrichting
te 's Gravenhage. Daarin werden enkele oudere rivierloopen
in de provincie Groningen bijgewerkt. Voorts werden daarin de
hooge venen geteekend naar de oude kaart van Drenthe van
PIJNACKEE, de geologische kaart van ACKER STRATINGH en VAN
DER VEGT en de dito kaart van STARINGH, resp. Groningen en Nederland
betreffend. De hoogtelijnen zijn aangebracht naar den atlas,
behoorende bij het verslag der Staatscomniissie, benoemd 5 Mei
1893, tot het insteilen van een onderzoek orntrent bevloeiingen
en naar de gewone stafkaarten 1 : 25.000 en 1: 50.000, voorzoover
ze daarop staan aangegeven^). Ik wensch echter uitdrukkelijk vast
te stellen, dal de door mij aangegeven uitbreiding der venen geen
aanspraak op volledigheid, noch op al te groote nauwkeurigheid
kan maken. Het heeft alleen in mijne bedoeling gelegen
de geaardheid van het landschap, waarin de Nederlandsche
') Voor het overige is de .nidus verkregen en in weerwil van de daL^raan
bestede moeite, toch zeer globale rehefkaart (vergl. VAN VEEN, J . : N . Drentsch.
Volksalm. 1925) nog eenigszins aangevuld met behulp van gegevens, welke
mij door Dr . P. KEUIZINGA verstrekt werden. Ik meende nl., dat verschillende
terreinplooien, met name de Hondsrug, daarop niet juist tot uitdrukking
kwamen, doordat de betreffende 2.andgrondlijnen overliepen in die van het
omringende veenoppervlak en had gehoopt dit euvel te kunnen elimineeren,
door de hoogten van bedoeld oppervlak te vervangen door die van der.
ondergrond. Dr. P. KRUIZINGA bezorgde mij de daartoe benoodigde hoogtecijfers,
voor zoover deze door hem versameld waren.
Edoch het resuitaat beantwoordt wel is waar eenigszins, maar toch allesbehalve
volledig aan de gekoesterde verwachting.