wegvanLoonnaar Taarloo op den zuidwesthoek van het heideveld,
westelijk van den kunstweg Loon-Oudemolen.
Het perceel, waarin het hunebed ligt, is vierhoekig, bijna Vierkant,
gelegen in de gemeente Assen, Sectie L, No. 375. Het is
0.0502 H.A. groot, en afgezet met 4 zandsteenen hoekpaaltjes,
waarop Staat ingebeiteld: P.E.
Het terrein is met beide begroeid en draagt de duidelijke sporen
van een' voormaligen heuvel.
Eigenaresse: de Provinxie Drenthe; ten geschenke
ontvangen van de Markgenoten van Loon, bij acte 1869.
BESCHRIJVING:
Het hunebed heeft door de aanwezigheid van talrijke rand- of
kranssteenen den vorm van een' aan de zuidoostzijde open ovaal.
Deze heeft eene O.Z.O.^W.N.W. gerichte lengteas, die ten Westen
69° 30' van het noorden afwijkt. De overblijfselen van den toegang,
1.e. poort, bevinden zieh aan de zuidzijde, oostelijk van het midden.
Het steengraf bestaat uit:
I > 1 7 keldersteenen, waartoe:
Ha 12 d r a a g s t e e n e n, t.w.:
I l l a 2 s 1 u 11 s t e e n e n, Sl' en SP, beiden vrijwel i.s.,
Sl' een weinig kelderwaarts neigend;
HIbS paar z ij s t e e n e n, Z'-^ resp. Z^' - ^ waarvan
Z> een weinig buitenwaarts uitgeweken; Z'' dito en bovendien
eenigszins gedraaid; overigens alle min of meer i.s.
De zijsteenen zijn niet zuiver gericht, terwijl Z^ een'
afwijkenden vorm bezit en hoogstwaarschijnlijk een
secundairen zijsteen voorstelt.
Z"' en Z"' zijn tevens poortzijsteenen.
Hb 5 d e k s t e e n e n D^ —D®, waarvan
Dl oostwaarts vergleden en overgekipt, nog steunend op Z^
en Z^' en tegen Z^ resp. Z^';
D^ zuidoostwaarts verschoven, gesteund door Z^, Z®' en Z"'-,
Dä fragmentarisch aanwezig, vergl. D^a en D^^b, waarvan D=a
in den kelder is gelegen tegen Z^ en Z^ terwijl D^b gedeeltelijk
in den kelder tegen Z®' en Z"' ligt, doch grootendeels
in de poort >);
D" oostwaarts overgekanteld, steunend tegen en op Z^, Z®,
Z'' alsmede
D= oostwaarts verschoven (door D""?) over Sl^, rüstend op
SP, Z® en D«,
Ib 2(?) poortsteenen, waartoe:
Hb 2 (?) p o o r t z ij s t e e n e n, Pi (?) en pi', waarvan P''
klaarblijkelijk i.s.; P', indien als zoodanig juist geinterpreteerd,
in den toegang gelegen, westelijk van P^' en
slechts weinig zichtbaar, gemerkt P'?
Ic 15 rand- of kranssteenen, Ra - o , met onderbrekingen,
vcoral in het zuidoosten, gerangschikt in een' ovalen krans,
alle, met uitzondering van Ri, min of meer i.s. en over het geheel,
evenals de draagsteenen, met hunne lengteas verticaal geplaatst.
Over zieht:
2
10
2
15
5
11
la 11 steenen van onbestemd kar akter,
waartoe:
IIa 3 s t e e n e n, gemerkt X*-®, gelegen voor
Hb
S1
Z
G
R
D
Rest
Hc
de poort;
7 s t e e n e n , gemerkt ?, gelegen in het
zuidelijke en zuidwestelijke gedeelte van
den krans (Vergl. Ib, IIb);
1 s t e e n, gemerkt ?, gelegen onder D'.
Het totale aantal hoofdsteenen is derhalve 45.
Alle steenen zijn, met uitzondering van Z^, onbehouwen, doch
bezitten kelder- en poortwaarts min of meer platte, natuurlijke
glij- of breukvlakken. Zij bestaan uit graniet, uitgezonderd Z''
en Ri, die resp. uit Dala- d.i. prae- of onder-cambrische zandsteen
en gneiss bestaan. Overigens bevinden er zieh in en rondom den
kelder tal van veldsteenen en brokstukken daarvan, vermoedelijk
stop-, vul- en bevestigingssteenen, welke alleen volledigheidshalve
gememoreerd worden.
Totaal 45.
N.B. de stukken D^a en D^h bestaan uit ongelijksoortige graniet. D^a
heeft meer den vorm van een' draagsteen, Z^ daarentegen juist niet. Hij gelijkt
meer op een brokstuk. Blijkbaar hebben liier veranderingen plaals gegrepen,
doch welke deze zijn, is mij niet klaar.
• T S E :