is deze verandering fchijnbaar, door de tegen-
Helling der ingedrukte ilaapbeenen. De platheid
en breedte van den neus, de wijdte van.
deszelfs voorfte opening, en die der acbterfte
( i i fig. 8 ) , het volkomen gemis van de»
fcherpen rand aan den benedenkant der uitgeholde
beenige neusvleugels (0 fig, 3 ) , welke
laatfte bij de onbefchaafde volkeri in het gemeen
waargenomen wordt, fchijnen een gevolg
te zijn van, of ten tninfte in verband te
Haan met de uitrekking of verlenging van den
rand der bovenkaak (8}. Alle zintuigen, welke
bij gebrek van de hulpmiddelen door de
befchaving uitgedacht, tot het levensonderhoud
noodzakelijker geworden zijn, zoo wel als de
zenuwen, welke de gewaarwording naar de ziel
overbrengen, verkrijgen, door het beftendig
gebruik, eene grootere uitbreiding en ontwikkeling.
De fchedel zelf wordt, door de
werking der flaapfpieren , in gedaante veranderd
; doch fchijnt het minder uitfteekende
(8 ) De afïtand cl h ) fig. 1 en 3 is bij den Neger
grooter. Het voorwaards uitfteeken der bovenkaak fchijnt
van de verftomping van den rand der neusvleugels geen
oorzaak te zijn , dewijl deze in fig. 2 eene meer dan gewone
dunheid en fcherpte hebben.
het menschelijk geslacht. 149
-de voor- en achterhoofd, aan de weinige
oefening van het verftandswerktuig, toege-
fchreven te moeten worden. De herfenen
van den Neger zijn wel niet veel ligter
in gewigt, doch van eene meer vaste zelf-
ftandigheid ( 9 ) ; zij hebben eene andere gedaante,
overeenkomstig met die van den fchedel,
op welks vorming zij eenen zoo grooten
invloed hebben, en welks holte, alleen in de
perpendiculaire doorfnede, een weinig ruimer
is, terwijl de andere middellijnen daarentegen
kleiner zijn dan bij den Europeaan ( 10 ) .
§ 52-
Alle deze veranderingen nu mogen in het
eerfte gedacht weinig zigtbaar, en flechts geringe
beginfelen zijn; zij zullen echter fpoedig
toenemen, dewijl de oorzaak voortwerkt, en
de gedaante der ouderen op de kinderen over-
gebragt wordt. En dat deze uitwerking der
levenswijze zich reeds vrij fpoedig openbaart,
blijkt uit een voorbeeld, in de uitfteekende
verzameling van den Heer brugmans voorhanden;
zijnde namelijk het hoofd van een
mensch,
(9) SOMMERING, § 54 en 55» 0 °) $ 5°»
K 3