i i a OORSPRONKELIJKE STAM VAN
liefde nimmer eenige gelegenheid verwaarloos*
de, welke de gelukkige gemeenfchap van dit
Land met andere Werelddeelen aanbood, zouden
hoogstwaarfchijnlijk nu reeds gedaagd zijn
in het ontwikkelen dezer verwarringen, die
de regte kennis van het apengeflacht nog altijd
bezwaren; indien niet de zoo zeer ramp-
Ipoedige oorlog hen van de gemeenfchap met
onze Indifche betrekkingen verdoken had.
De voortreffelijkfte Ontleedkundige befchrij-
ving, welke wij omtrent ééne Orang foort bezitten,
is die van den grooten camper (S"). De
geleerde Beftuurder van het onvergelijkelijk
kabinet van den Stadhouder floeg de huishouding
van het levende dier ten naauwkeurigften
gade (9 ) . Ook de Leijdfche Hoogleeraar a l -
lam an d leverde, tot deszelfs kennis, zijne bijdra
(8 ) Nat uur k. Verhandelingen over den örang outang
en eenige andere aapfoorten enz.; Am ft. 1782, 4 to.
(9 ) a. vosmaer , Befchrijv. van de zoo zeldzame ah
zonderlinge aapfoort, genoemd Orang outang van Bor-
neo, Amfterd. 1778, 4to. Eenige waarnemingen omtrent
deze dieren, en eene goede afbeelding van den Jocko
en Gibbon vindt men mede verzameld, in d. l . oskamp ,
Naauwkeurige befchrijving van den grooten en kleinen
Orang outang, gelijk ook van den Gibbon enz. Am ft.
1803, 4to.
HET MENSCHELIJK GESLACHT.
dragen (10 ) . Van eenen Orang uit deze o f
daar mede overeenkomstige foort bezit de Hoogleeraar
brugmans , van eenen anderen de Hoogleeraar
Bonn het geraamte £ 1 ) ; terwijl een derde
zich bevindt in de verzameling van den
Hoogleeraar mulder ( 2 ) .
Niet geheel onnaauwkeurig werd dit dier be-
fchreyen en afgebeeld door onzen tu l p C 3 )* en
lateren tijd, fchoon niet zonder gebreken, door
den Engelfchen edwards (4). Eene andere
Orangfoort hebben wij leeren kennen door den
geleerden tv son ( 5 ) ; eene derde, uit de korte
doch belangrijke befchrijving van den Heer
v a n wurmb ( 6). De
(10 ) Tn zijne additions au 14 tome de buffon , p. 73.
Vergeleken met buffon fupplem. it PHist. Naturelle, tont.
7 , edit. de Paris, 1789. 4to.
O ) J. mulder, Oratio de Cainperi meritis in Anat.
Compar. Groningse 1808, \to. pag. 51 not. 21 , en de
aangek. Disfert. van w. H. crull , 5 5 not. f .
(2 ) Disfert. van crull, l. c.
(3 ) Obfervationes medici, lib. 3. cap. 56.
f4 ) Gleanings o f natural historij, o f Glanures de Vkis-
toire naturelle, 1758; torn. i p. 2 13: Zie camper,
Orang outang, bl. 26; en Verfchil der wezenstr. Hoofdft.
3 § 3. Het boek van edwards zelf is mij niet bekend.
(5 ) Anatomy o f a Pygmij.
(6 j Verhandelingen van het Bataviaasch Genootfchap,
2de deel, bl. 245, en 4de deel, bl. 517.
H