wing niet ontbloot van schoonheid, echter niet bij de fraaisten kan
gerekend worden, wel behoort zij onder de zeldzaamst in ons Vaderland
voorkomende.
§ 6.
Deze Vlinder is zoo door bOrckïiatjsen en treitschke , als door
HüBSEK beschreven en afgebeeld onder den naam van Lutulenta, en
door treitschke in zijn geslacht Agrotis opgenomen. Waarschijnlijk
geeft de kleikleur aanleiding tot dien naam, en nademaal er mij
geen Hollandsche voor bekend is, zoude ik in navolging van den
Latijnschen, denzelven noemen, den slukkleurigen Viindeb.
§ ?■
Eijferen heb ik niet bekomen, welligt overwinteren dezelven, en
komen in het voorjaar de jonge Rupsjes te voorschijn, en daar de
Vlinder zieh eerst in de maand Augustus vertoont, meen ik daaruit
te mogen besluiten, dat dezelve slechts eenmaal in het jaar gevonden
wordt.