eene Pyramide gelijkendo, hierin vee] overeenkomende met de Rups van
den gevlamden Vlinder (Fersicolora) P. V. Tab. 4 , sjjnde niet zoo als van
de Pijlstaart Rupsen, een regt of krom horentje, maar eene .verhevenh
eid , naar hoven in een puntje eindigende; in navolging hier van, wordt
de Vlinder genoemd BS fïrajhbe RUPS-ytisbER.
§. 2 .
In het jaar 1788 vonden wij in de maand Mei eene Rups van deze sooté
Tab. XVI, Fig. 1. volwassen, zoo als dezelve afgebeeld is op Tab. XVI, Fig. 1. Na dat wij
die Rups nog eenige dagen gevoed hadden , vervaardigde zij een spinsel, door
een paar bladen op of tegen elkander te hechten, en veranderde daar tus-
schen, drie of vier dagen daar na tot Pop, zoo als (Jezelf© óp de Plaat bij
Fig. 2. Fig. 2 voorgesteld is.
§. 3.
Raar ons nu uit het werk van rösel bekend was, dat de Vlinder drie of
vier weken na de verandering der Rups tot Pop geboren wordt, hoopten
wij die dan ook weldra te zien, dezelve kwam ook na eene maand in het
PopvJies besloten te zijn geweest, te voorschijn, dan was geheel kreupel, het
geen de oorzaak is, dat deze afbeelding onuitgegeven is blijven liggen, hopende
wij wel eens weder eene Rups te bekomen. Deze hoop bleef echter zeer lang
onvoldaan, en wij waren daardoor bijna onze Rups vergeten, tot dat wij n u ,
zestig jaren later, zijnde 1 8 46, weder 'twee Rupsen ontvingen, door de
vriendelijkheid van den Wel Edelen zeer Geleerden Heer h. C, v m iwedeiybach
BACH de RöoiJ, Med. Poet. , te Nij kerk op de Ve luw e ; dan de eenre Rup*
kwam ons voor ziek te zijn, Zij wilde óók iii het geheel niet vreten, het geen
de andere met graagte nog Wéinige dagen deed, zij spon zich echter i n , dan
een paar dagen daarna kwam er geeft Yïitfder, maar een Yliegeh-Pop wit te
voorschijn, waaruit ook weldra de Vlieg verscheen, afgebeeld bij Fig. 4 , g
een weinigje vergroot voorgesteld , de natuurlijke grootte is echter daarbij aan
gewezen; dezelve is geteekend door een onzer Vrienden een bijzonder Liefhebber
van deze Insekten-orde , en opgegeven te zijn de Masicera A g i
§• 4.
De andere door ons ontvangene Rups was en bleef gezond, en spoedig
haren vollen wasdom bereikt hebbende, schikte zij zich den 14 Junij ter ge
daanteverwisseling, en veranderde den 18 Junij tot Pop , waaruit den 28 Julij
een fraaije Vlinder te voorschijn kwam, afgebeeld in de loopende stand,
Fig. 3 , en in de vliegende gedaante Fig. 5 ; het was een Wijfje, zijnde het Fig. 3 en 5.
onderscheid der kunne alléén, en dan nog wel moeijelijk, aan het achterlij*
zigtbaar, dat bij de Wijfjes iets breeder is en spitser uitloopt dan bij de
Mannetjes, bij welke het uiteinde zich eenigzins gepluimd vertoont.
§. 5.
Van de verderé huishouding van dit In sek t, kunnen wij volgens eigen ondervinding
niet meer mededeelen, doch volgens rösel en esper, legt de Vlinder
weldra de Eijeren, en komen de jonge Rupsjes hier uit vóór den winter
te voorschijn, en na dan een of twee maal van huid verwisseld te hebben,
bren