
FUCUS SPIRALIS Lin.
Spiraalvormige Zee-Eik*
Hoogduitsch. Spiralförmiger Seetang*
Vormt zijne vruchten *s Zomers. %.
Cryptogamia. Algae. Bedektbloeijenden. Wieren.
Natuurl. Rang volg. Linn. LV1I. ALGAE. Ordo Fucoideae Ag. Spec. Alg. I.
Geslachts-K enmerken. Frons plana, dicliotoma vel ramosa , scuto radicali plano. Recep-
tacula terminalia, turgida , tuberculata, tuberculis apice periu sis, peridiola byalina , sporidiis
nigrescentibus farcta et glomerulos fibrarum includentibus. Loof p la t, gegaffeld o f onregelmatig
getakt, met een plat wortelschild. Vruchtdragers eindelingsch, gezwollen, met knobbeltjes,
die aan den top doorboord zijn, en doorschijnende zaaddoosjes vol van zwarte sporidien
bevatten, vermengd met draderige kluwetjes. (Miguel in Flor. Belg. Sept. Tom. II, pag. 368.)
Soortelijke kenmerken. Fronde plana, tenuiore, costata, integerrima, evesiculosa , aetate
provecliore spiraliter torla, receptaculis subrotundis (minutis). Loof p la t, tamelijk d u n ,
geribd, gaafrandig, zonder blazen y in den ouderdom spiraalvormig gedraaid, vruchtdragers
bijkans rond (klein) Miguel.
De redenen, weshalve wij deze Linneaansche soort t welke Agardh en anderen tot de
verscheidenheden van Fucus vesiculosus gehragt hebben j als eene afzonderlijke soort
hersteld hebben, zijn meer breedvoerig door ons uiteengezet in de Flor. Belg. Sept. t. a. p.
Groeiplaatsen. Langs de Nederlandsche kusten, naar het,schijnt zeldzaam. Het afgebeelde
exemplaar is door ons gevonden in het IJ bij Amsterdam, aan steenen langs den Oosterdoks-
dijk. Van de Vriesche kusten zagen wij exemplaren in het Herbarium van den Heer bruinsma.
Huishoudelijk gebruik. Hetzelfde als van Fucus vesiculosus en Cystoseira nodosa.