raakte het oploopend gemoed van
Zuentibold niet weynigaan’t zieden;
zulks hy den door Rollo voorheen
losgelaaten Hertog thans op eene vry
onbezonne w y z e , onaangezien die
hem tot nogtoe altyd een zeer ge-
trouw raadsman geweest en alsnog
een der eerile vazalen zyns ryks was,
van des (x) zelfs Hertoglyke be-
dieninge afzettede; met bevel van
binnen veertien dagen zieh buyten de
paalen zyns ryks te begeeven. Zulks
die , op hoope vari in dit uyterile
by de thans genaamde Hollanders
nog eenige hulpe te erlangen , mids
hy de zelven voorheen op zoo gul-
hartige wyze . tegen de in Zeeland
gelande Noordmannen hadt byge-
ltaan, zieh thans, ilaande dit balling-
ichap, verzeld van zekeren Graaf
(2) Odaker en verlcheydene andere
aanhangereri , hunne bedrukte Ge-
maalinnen en kinderen, midsgaders àl
hun Vorstlyk huysraad naar zekrere
plaats Durfos genaamd, gelegen aan
de Maas en in o f op de grenzen ( 3 )
van het Graafichap Teysterband be-
gaf, v an ’t welke des Zelfs Neef (4 )
Walger, wel Graaf, doch door den
aan zynen Hertog bedreeven moord
thans zekerlyk in de ongunst des
Konings en des tot de hulpe van den
door hem verbannen Ragenier genegen
was, en ahvaar die en de Zynen
zieh dan ook flraks ontoegangelyk
verichansten.
Zuentibold, wegens deeze on verwachte
ongehoorzaamheydten hoog-
ite vergramd, verzuymde dierhalve
niet van hem nog in’t zelfde jaar met
een magtig heir, ’t gene hy inder-
yl hadt te zamen gerukt, aldaar (5 )
te belegeren. Alle zyne poogingen
echter waàren vruchtloos, zoo door
de ongenaakbaarheyd des lands, als
het beurtlings reyzén der Maaze:
door’t welke het als toen nog on-
bedykt leggende land wyd en zyd
Heeds onderwater en dus zyn voor-
neemen eyndelyk te niet Hep.
Niet zoodra hadt Zuentibold het
aangevange beleg van Durfos, ter Zy-
nerfehande, moeten opbreeken, o f
de afgezette Hertog vervoegde zieh
nevenszyne aanhangeren by (6) Karel
den Eenvoudigen, jongften zoon
van Lodewyk den Stameraar ; en te-
genwoordig Koning van Vrankryk;
wien Zy hunne hulp en byitand tot
het veroveren van het Lotteringfehe
ryk met ve el naadruks aanbooden:
te meer, mids z y voorgaven, dat die
kroon, naa de voorgemelde afzetting
van des zelfs Neef Karel den Dikken,
volgens erfrecht aan hemvervallen was: '
ter oorzaake de tegenwoordige Keyzer
A rtus
que ladiêle Eglife ferait restituée à VArcbevesque,
ce que toutes fois nostre Prince refufa de faire, maintenant
par les armes le DroiSt,. qu'il s'imaginoit y avoir.
¡¡b§ Regin. Cbron. ad ann. 828. Zundibolch, Re-
ginarium Ducem fibi fidisfiraum & unicum eonfi-
narium, nescio cujus inftinétu a fe repulit, & hono-
ribus, hæreditatibus, quas in fuo regno habebat,
interdi&is, eum extra regnum infra X I V . dies fece-
deïe jusfit.
Annal. Saxo ad ann 898. Zuendibolh rex Rëgina-
ritim fibi fidisfimum a fe rep p u lithonor ibu s ejus &
hæreditatibus, interje&is in , X I I 1 I. diebus e regno
vulis & omni ibpellettile in guendam tutisfimum. locum
, qui Durfos dicitur, intravit' ibiqüe fe communivit.'
( 3) J ‘ ab Eckbart de-reb. Franc. Orient, tom I I . fol.
781. Locus hie propter paludes 6? multíplices refufiones
quas ibi Mofa fliivius fa c it, aditu difficillimus prope
Dordrechtum, aut in ipfo Dördrechtö quierendus
e s t, quia Mofa hic in varia brachia dividitur.
(4) Zie de volgende Geßacbllyst van Koning 'Koen-
raad.
( j ) Regin. Cbron. ad ann. 898- Qubd cum rex
cognovisiet, coadúnato exercitu, castrurii ' expugr
nare conatus e s t ; fed minime prcevaluit pröpter*
paludes & multíplices refufiones, quas in praedi&o
loco Mofa fluvius facit.
fecedere jubet.
(2 ) Ibidem. Ille adjunfto fibi Odacro Comité &
quibusdam aliis cum omni familia & iùpelle&ili in
lo co tutisfimo Durfos fe communivit.
Regin. Cbron. ad ann. 898- IHe adjunfto fibi Odo-
cro Comité & quibusdam aiiis, cum muliçribua, par*
(d) Ibidem. Rege ab obfidione recedente, praefa-
ti Comités’ Carolam adeunt, & eum cum exercitu in
regnum introducunt.
Arnold, als zynde maar een Bastaard-
zoon ( 1 ) van zynen overleeden Neef
Karoloman, desgelyks ook des zelfs Zoon
Zuentibold, mids die mede in (2 )
overjpel geteeld was, by mangel van
wettige geboorte tot het zelve geenszins
■gerechtigd waaren.
En dewyl zy hem daarenboven
deeden begrypen, dat de uytvoerìng
van den voorgefiaagen aanßag ligtlyk te
doen was, door de groote verßandhou-
ding, die zy alom met de voornaamße
vazalen van dat ryk hadden, Welken
misnoegd wegens het onbezonne gedrag
van Zuentibold niet dan naar verande-
ring haakten, bewilligde Karel eyndelyk
in hun aan hem gedaan ver-
zoek , en , zieh gevolglyk aan ’ t
hoofd zyner benden geiteld hebben-
de, trok met een magtig leger Lotteringe
in; alwaarhem, gelykerwys
'z y voorfpeld hadden , itraks geen
kleyn getal der voornaamfle Lotte-
ringiçhe Grooten toevielen, Zulks
hy niet alleen de Keyzerlyke ( 3 )
Stad Aken innam, maar met eenige
keurbenden zelfin perfoon naar Nieu-
meege afzakte, om ook het Hertog-
dom van het thans genaamde Holland,.
en des. zelfs önderhoorige
Graaven,; waar het moogelyk , in
Zyne belangen te.brengen.
In dit uyterile, gelyk Zuentibold
deeze voorheen : in Vrankryk ge-
maakte krygsrusting in ’t eerst ver-
CO Hida Hifi. fol. 6 f : ArnulphuS filiusKarolo-
manm, quem ille , cum fibi ex legitimo matrimonio
loboles nata-non esfet , proptèr conjugis infecun-
ditateni, ex iquadam nobili feeffiina fuscepit , Ar-
nulphumque tiominari voluit.
C2) Ibidem. Genuit f Arnulpbus) ex pellice filium ,
quem a Zuendiboldo rege Marahenfium Sclavorum
y is .epim dpfum .ex facro fonte, levavit ) id nomen
lortiri voluit.1 , . ,
f l f Annoi. Metenf. ad ann. 898. Carolus refto iti-*
v ! s. deinde. Niumagam perrexit.
C4J Ibidem. Zuentibolch, quamvis fero, intelli*
^ens^fe circumventum, cum paucis fuga diiabitur.
C 5j Arimi. Saxo ad ann. 898. Karolus re ¿io itinewaandlyk
verimaad hadt, Zoo vlugtte
die nu ook met geene mindere (4) *
blooheyd naar Franko, Bisfohop van
(5 ) Luyk ; welke hem ten. beste
, dat doenlyk was, weder een
hart onder den riem ftak. Zulks hy
hierdoor op nieuws moedgrypen-
d e , nevens den gemelden Bisfohop
en de weynigen hem nog bygeble-
veene aanhangeren , over de ( 6 )
Maas trok , en zieh dus längs eenen
grooten omweg , om door de
tot Nieumeege doörgedronge vyan-
den niet onderfehept te worden, te
rüg naar het thans genaatnde Holland
begaf
Vervolgens te (7.) Vlaardinge,
hoofdzetel van het Graaffehap van
dien naam, zynde gëkomen , ver-
voegden zieh A L L E de'Ryks-
graaven Van dien oord aan ’t hoofd
hunneronderhoorige benden by hem,
en onder welke Graaven dierhalve
ook die van Strye zal geweest zyn*;
mids men weet, - hoe dees Koning
Zuentibold den Graaf van Strye met
den vollen eygendom van verfehey-
dene Koninglyke (8) goederen in
dien oord befohonk, welken foderi
door des zelfs Kleyndoehtef Hilzun-
dis äan ’t door haar geilichte Kloös-
ter Thorn gegeeven zyn. Invoe-
ge door den toevloed van dëëZê
en andere Graaven de' hiervoöt ge-
vlugte Koning Zuentibold althatts
weet
re Niumagum perrexit. Zuendibolh cum Franco-
ne Leodicénfi Episcopo & paucis fuorum &c.
CöYAnnal. Metenf. ad ann. 898. Interea Zuendi^
bolcn ad Franconem Episcopuni venit & eum cum
omnibus fuis fecum asfumens Mofam tranfiit.
(7 ) Ibidem. E t ad F l a r t t h i n g a s v en it, ubi
o m n e s proceres regn i, qui in illis.partibuserant,
ad eum confluxerunt.
(8) Diplom. Hihundis Comitisfce de Stryen in Codice.
Mirai diplom. Belg. fol. 146. Itaque amicos mihi fa*
ciens de mammona iniquitatis, attuli ad didtam ec-
clefiam omne alodium meum, quod in terra mea de
Stryen gloriofus rex Zuendiboldus olim perdona-
verat.