ge, eh dap zyn Jot zy mct de genen,
die bet erfdeel Gods hebbcn willen ver-
nietigen op de aarde; en dat des niette-
min de onrecbtvaardige vermeetenbeyd
geene uytvoeringe bekome ; maar' deeze
tegenvioordige overgeeving beßandig en
ongekrenkt blyve.
Gedäan in ’t openbaar en bet kloos-
ter Blandinie ■ den eerften van Slacht-
maand, in ’t paar van des PProords vlees-
wordinge C)6'i,de5 indiElie, in bet ¡qjaar
vanLiOtharis, Koning ( van Vrankryk)
en bet 8 vari den Heer A bt PPromar.
Teken van PP'igman den Graaf
z e lf , die deeze g iß gedaan, en
verzogt heeft, dat door de ge-
tuygenisß veeler doorlucbtige
perfoonen zou belzrachtigd worden.
Teken van den doorlucbtigen
Graaf Arnoud Hader der voor-
genoemde Graavinne Liutgard.
Teken van (*)' Graaf D irk.
. Teken van Balduin.
Teken van Arnouf.
Teken van Erik.
Teken van Everwytl.
Novembris, anno Verbi incarnati D C C C C L X 11,
indidione V , Lothàrii Regis anno X I V . Domini
Womari Abbatis V I I I .
Signum ipfius Wicmanni Comitis, qui hanc tradi-
tionem fe c it , & illustrium virorum testimonio firmari
petiit.
Signum iliustris Arnulphi Comitis Patris.fupradic-
t® Liutgardis Comitisf®.
Signum Theodorici ( * ) Comitis.
Signum Balduini.
Signum Arnulfi.
Signum Erici.
Signum Everwini.
Ego quoque Wichardus, etil indignus Monachus,
interfui & fubfcripfi.
( äjf Te recht wordt. Dirk ftaande bet leeveh zyns'Voders
albier Graaf g :nmind| midsby, gelyk ivy hiervoor gezien
bebben, nati ’t overlyden van zynen Neef en Naamgenoot, bet
Graaffcbap van Holland te voore reeds bekomen badt. Daar
integendeel Boudewyn en Arnold, beyde des Graaven van
Hollands Zoonen, als zoodaanige voaardigbeyd. als nog niet be-
zittende, daarom bunne naamen eenvoudiglyk en zondßr betby-
voegen van den Graaflyken tytel feilen. '
CO Ditmäi^i Cbron. Lib. I I I . /o£H}33. ./Equivocus
Imperatoris, junior inquam O t to , quèm peperit in-
clyta mater A d e l h e i d i s . ' ,
Ik PPrichard, boewel onwaardig
Monik, heb’er tegenwoordig geweest,
en deezen onderfchreeven.
Mids het ontydig overlyden van
Liidolf, ’s Konings oudften Zoon,
hadt die Vorst in ’t voorgaande jaar
op den door hem teWormsbefchree-
ven Landdag, met de toeftemminge
aller Ryksprinfen, zynen nog Zeer
jongen Zoon O tto , die hem zyne
tegenwoordige Gemaalin (1) Ade-
leyd over (2 ) Zeven jaaren ter wer-
reld gebragt hadt, tot zynen ryksop-
volger (3 ) verklaard, en zieh, federt
in peribon naar Italie begeeven. Ver-
volgens het Kersfeest deezes jaars te
(4 ) Padua gevierd hebbende., wierdt
h y , te Rome zynde aangeland, door
Paus Johan (5) den X II. tot Key-
Zer des Roomfchen ryks, onder de
toejuyginge der toegevloeide menig-
te, nevens zyne (6 ) Gemaalin, ge-
Zalfd. En het is federt deezen tyd
bat dees hem opgedraage Keyzerly-
ke tytel aan alle de volgende Köningen
(7 ) van het Duytfche ryk, tot
op den huydigen dag toe, is verknocht
(2 ) Contiti. Regin. _ ad ann. 955. O tto filius regi
nascitur.
(3 ) Ibidem ad ann. 961. R e x (O f io ) in Italiam ire
disponens, maximam fuorum fidelium multitudinem
Wormati® cóadunavit ; ubi confenfu & unanimitate
regni procerum totiusque populi, filius ejus Otto
rex eligitur. Indeque progrediens, convenienza
:quoque & eledione Omnium Lotharienfium Äquls rex
ordinatur.
(4 ) Annal. Saxo ad ann. 962. Rex natale domini
Papi® celebravit indeque progrediens Romas fövö-
rabiliter fusceptus àcclàmatione tötius1 populi & clèri
ab Apostolico Johanne Imperator & Augustus
"vocatur & ordinatür.
■ (5 ) Luitprandi Hift. Lib. V I . cap. 6. Dehinc Romani
fimilia faftürus adiit, ubi miro ornatu, miroque
apparatu fusceptus, ab eodem fummo pontifice & uni-
verfali Papa Joanne unélionem fuscepit imperii.
(6 ) Ditmar. Lib. I I . fol. 333. Infuper benediftio-
nem a Domino Apostolico Johanne, cujus rogatio-
ne hue venit, cum fua conjuge, anno regni ejus
X X I X . promeruit Imperialem ac patronüs Romanas
efièfitus ecclefi®.
(7 ) Cbr'on. Martini Minorità fol. 1613. Otto Imperator
efficitur, & ex tune ioli Teutonici Imperium
Romanum usqiie nunc tenuerunt. ’
knöcht gebleeven, en waarom wy
dien 00k aan de zelven in ’t vervolg
fiaan te geeven.
Dit afzyn des Keyzers in Italie,
mids die zieh aldaar langer, dan men
.verwacht hadt , ophieldt , gaf aan
Wigman, als onverduldig zynde dat
zyne beloofde verzoening Zoo lang
( 1 ) vertraagd en dus nog onafgedaan
bleef, dierhalve de lust en gelegen-
heyd tot het doen eener reyze naar
Deenemarke , om te' zien, o f hy
Heriold, die thans aldaar hetKoning-
lyk gebied voerde, konde overhaalen,
ten eynde die zyne wapenen tegen
Keyzer Otto wendde: dan dewyl de
Noordiehe .Vorst betuygde^zzcA met
pHigman in: geenwerbond te i können
mimten, het en waar die zynen Her-
tog gedood o f door d t bedryven van
een ander diergelyk febelmßuk zieh on-
verzoenbaar by den Keyzer gemaakt
badt, zoo keerde Wigman aldus afge-
weezen en buyten hoope van. in dien
oord eenen nieuwen krygite können
berokkenen, naar zyn Vaderland te
rüg.A
lwaar nu Keyzer Otto ook im-
middels .(2) aangeland en men., van
deeze hoe zeer .in ’t geheym gedaane
voorflagen van Wigman, door eenen
van daar gekomen Koopman, onder-
recht was,', ftraks eenigen, Van die
zieh met den zelven tot dat eynde
hadden ingelaaten ,o p ’t onvoorzienst
door den HertogHeriman zagby den
kop vatten, en anderen ten affchrik
verworgen. Zulks Wigman , om
een diergelyk onthaal te ontgaan,
nevens zynen Broeder Egbert naar
den hierVoorgemelden ( 3 ) Graaf
Gero vlugtte; welke eensdeels ge-
dachtig aan zynen voorheen gedaane
beloften van hem de verzogte ver-
giffenis te zullen verwerven, anders-
deels hem ziende niet alleen aange-
klaagd, maar zelf fchuldig bevonden,
dierhalve den by hem gekome W ig man
-in; handen der Sclaven overleverde.
mids Gero hem de voor-
waarden, op welken Wigman eertyds
door hem was ontfangen, niet hadt
können te weeg"brengen.
- Deezen ontfongen hem met de uy- 966.
terfte/(4) vreugde, niet om tegen den -
Keyzer den kryg te hervatten, maar
op dat hy hen, mids z y onderling in
oorlog waaren , tegen hunne vyan-
den zoude te hulp körnen. En zeker-
lyk hy behaalde tweemaal eene zeer
merklyke zeege op Mizaka, Koning
-van die Sclaven, welken Licikaviki
genaamd worden; ja benam zelf onder
’ t maaken van eenen grooten buyt ,
deezes Konings broeder het leeven.
Sedert vervoegde zieh Wigman
by eenen (2) Selibur, Koning der
Wären , welke tegen den Koning
der
( 1) Wïticb. Annal. Lib. I I I . fol. 659. Enimvero do-
natug. patri® Wigmaonus æquanimicer fe-c^ntinuit,
donec Imperatòris .advençum fperayk¿' Cum .ejus,
reverfio differretur , ad Aquilonares partes fe contu-
lic, quafi; cum Danorum .rege Hara^do bellum- ab
integrp machinaturus. At ille mandayát- ;ei -, f i D%
cem necasjet vel alium- quemlibet principem nosfet, • fine
doló .eum Jibi /ociare veuet , aliter rem frafiduknter agi-
tasje pion dubitar et.
0 0 Ibidem. Interea ab emptore prætereunte la-
trocinfà ejus produntur, fociorumque aliqut comprè-
henfi, ’& tanquam contra publicam rem agentes, a
Duce damnati ftrangulo vitam perdiderunt. Ipfe au-
tem cum fratre v ix evafit.
.. (3 ) Ibidem fol. 660. Gerp igitur Comes non im-
memor juramenti, cura Wigmannum 'accufari vidisf
e t , reumque cognovisfet, Barbaris, a quibus eum
asfumfi-tr, restituit: ‘
- C4) ibidem. Ab eis libent.er fusceptus longius de-
gentpS: Barbaros; prebris prasliis contrivit. Miscam
regem , cujus potestacis erant S la v i, qui dicuntur
Licjcavjki, duabus ,vicibus fuperavit., fratremque
ipfius jnterfecit-, priedam magnam ab eo extorfit.
; (5 ) Ibidem. Erant duo fubreguli Herimanno Duci
inimiciti» a patribus vicari® r e lid i, alter vocabatur
. ¡Sèlibur, alter Mistaw. Selibur prserat Waaris,
Mistau Abodritis. Dum invicem, quum fep.e accu-
fantur, vidus tandem ratione Selibur, condemnatus
est quindecim t-alentis argenti a Duce. Eam dam-
nationem graviter ferens, arma fumere contra Duce
m cogitavit. Sed cum ei belli copi® non fuffice-
rent, misfa legacione, postulai pr,®fidium a Wigman«
no contra Ducem.