menigte, flechts. bequ'aam en afge-
. recht om te paard, en "ini’t open-
veld te ftryden, nu zonder paardetf
op de vervaardigde ,en hem onge-
woon zynde pleyten,. (chuvten en
booten ingeicheept. Graaf Dirk.( i )
aan. den'.anderen kant, als wiens
Vrieiche onderdaanen heeds te (cheep
leefden-, hadt daarom beflooten. hen
op het water omtrent het ( z ) over-
oude (lot Gizenbu-rg (lag te, leve-.
ren , en was met dat oogmerk längs
dte waal den- vyand derwaart te ge-
moet gezeyld. Doch dit (3 ) mis-
lükte door de duysterheyd des
nachts, - zulksj de. Hertog, met, (4).
den-vloed de hoogte der Merwe be-
reykt hebbende, alle zyne medege-
vöerde volken, uytgezonderd eeni-
ge weynigen, deedt te land happen,
die hy beval met de oritledigde jchee-
pen op den ftroom te gaan Jeggen;
zoo op dat z y , b y ’t vallen van ’t
water, niet mogten aan den grond
vast raaken, als om de aldus op den
ftroom leggende (cheeped te beter
alom, daar het de nood vereyschte,
te können gebruyken.
Je s s ;
,elari5lìmos quoque v i r o s , & adprìme in re militari
jn ltru fto s q u i t a m e n f . q u i t a t u o m h i v i t a
S T U D E B A N T , MAVÌ N IH IL P O T E R A N T . fecum
adfciscunt.
i CO K. Kolyn <ds 730.
(©iterili ie fre t oecjfriett
« n K o c ft m e t te f r i e f e n oppe
<Sn te b e la r te li en (tappeti
C i .'G b e n b ip g a e ,
( 2 ) B y vo é gh te l (foor. W . van G o u th o e v e fo l 78
«GpBfcnbuiBlj ,1,111 ùe -©pafen nljciegfjeti / jg «rii
oust (lot eu ßecrljitliljejit.
(3 ) K . Kolyn. vs 733; ‘
- i - - 4 S e a m a n
S tipa rn e op ' t to a te r ntt
J ß i t fa t t e l i/ BI n a c h t jo n S e c f ft ie ten .
<4) Alpen, de-dwerfit.. temp. Lib. I I . cip. ir. At
?-?st.ri*. Gum tota clasfe pieno æstu. aceesferunt- ad
l'Iaridmgun-, fie enim -haSc regio Frifìofum vocatur
ln cujus littus cum, exponerentur milipes, dnx cæte-
ratn omnem multitudinem egrédi jus.flt, paucis re-
lictis, qui. naves in altum. red u c e r en tn e ! iterum
commutato æstu. in, arido coniìstprent. ut fi auid
opus esfet eis liberi, uti poÿisfent.
c n m ì i ? * “ ' ([ui fylvam occqpabant, ut.
çoinçerçtunt per-qxplpçatpres de adventu exércitus,
De in het bosch woonende fty)
Vriezen, ziende zoo groo’t heir’ te
land (lappen, verlieten hol over bol
hunne huyzen enyweeken (Iraks tot
die genen , onder welken de meer-
gemelde ftruykrqovers voorheen
hunne fterkte gedieht hadden. Graaf
Dirk 00k aan eenen anderen oord
met zyn heir in den morgenftond( 6)
zynde re land geftapt en windende
zieh van zyne eyge fterkte, die nu
in ’t ronde berend (7) was aige-
(iieeden, (chaarde het zelve onver-
Zaagd echter de voorheen gedolve
watergragten, te meer mids de Lotteringers
van geene paarden.. voor-
zien, en in tegendeel zyne Vriezen
door den dagelyklchen arbeyd en de
huysluydlyke hariteering (8) zeer räd
ter been waaren. Invoege, zoo die
zieh al te zeer hier o f daar mogten
bekneld vinden, zy hun heyl dan nog
altyd in de geZwindheyd hunner voe-
ten zouderi können aantrefien. '
De Hertog, ondertusichen bemerkende
dat het onmoogclyk was den
Graaf van Holland aan te tasten zon-
der het overtrekken dier waterzDr aaD--
ten;
g et 15 § e ¿I - A- A ... A
. reliqierunt domos, & ad e o s , inter quos prædones
..munpiunculam conítruxerant, fuga fe receperunt. .
‘ ( O K. Kolyn us 751. 7
®tíg Ijnbcn Se í r f í f e n begoniiM»
« tiS e marpen s ie rotmen
A v e i n t i m o r g e n r a e t
(y ) Alpert. ie diver fit. temp. Lib. 11. cap. 21. Fri-
111, ubi eos campum audadter fuis agminibus córn*-
plere eernerènt, & ñeque ab h is , qiii in muni done
erant, ullüm præfidium tum fperarenc,"eo quod’ illi
circurpjecca^ tanta multitudine nullum effugiurn ■ ha-
berent, edidoribus locis' in ftationibui coadunati,
quid _ oonfilii hostes eaperenf exp^dlabant.
Ibidem. Hæc tarnen res in loco 'èòs-continuent
, eo quod illos fine equis. advenisfe cogno-
verant, le autem labore cotidiano & rustica exer-
citatione pedibus pluÿmum posfe confidebant, & fi
ab hostibus premantur, ftabant ad fugam præ.pai'ati
atque expedid. Una res erat illis magnò ìifuv,
*]u8y campum omnem fosfis - præfoderant five ad
aerendendum majorem a?stum man's, qui. in pleni-
foljst fieri ,.'five ad impediéridum iter
nostium. Quas Cum duci viderétur cuni multitudine
tranleundas, jusfit u t, qui figna ferebant, rédirent,
« circuì tis fosfis in locis planis confisterenc-, u f fi
cuicas es fé ? re YelIeilC eo^ e^cípiend| expedidor faten
tot het welke hem de noodige
bruggen ontbraken, en waar achter het
Vrieiche heir geichaard ftöndt, heftoot
dan , de zelven hooger.omtrekkende,
een uytgeftrekter veld fte gaan .be-
flaan y zoo om aan zyne groote menigte
aldus de vereysehte uytbrey-
ding te können- verichaffen, als om
de Vriezen, indien die genegenheyd
tot vechten hadden , aldaar in be-
Cjuaamer orde af te wachten.
Dierhalve- zondt hy aan zyne
yooruytgelpatte benden, welken ne-
vens hunçedegertekens reeds tot op
den boord der gragten genaderd
waaren, bevel van-aanßonds in be-
hooriyke orde- te- rüg te keeren. Als nu
dit, in gevolgen van den:(i)iaSt, doch ‘
met zeèr grooten haast -en des ook
met eenige wanorde, geichiedde, be-
ftondt eeri- naabeftaande dier roovers,
welke zieh by geval onder de a f
trekkende achterhoede bevondt,met
luyder ftemme te roepen , dat det
Hertäg in de voorboede r door de rriei-
Zen iïàngegr'eepen 'reeds 'uy t den ß ry i
geiveeketi, efi dierhnlve 'door ieder, die
ßechtszyndeevefidief bqdt, hoe eerhoe
lieber dit veorbeeld te volgen was. Dit
wierdt geloofd: des raàkte de daàr-
door bevreösd geffiaakte''àchterhoe-
dealöm op de vlugt; welke, onder
een -geweldig ( 2 ) en algemeen ge-
(chreeuw van V l i e d t V l i e d t ,
op de voorften ftortehde die insge-
lyks ontlnoerde en vervölgens dit
laf (3) voorbeeid deedt j volgen ;
waarop ieder pak en zak, (child en
geweer her- en derw.aart längs het
veld imeedt-, en in die fteeds nog al
toeneemende verwarring heele benden
te .gelyk zieh zelven eyndelyk
in den ftroom wierpen alwaar de
voorften door de volgenden over-
ftolptqcen de een door den anderen
belemmerd met honderden te gelyk
verfmagtten; en van welken eenigen,
door de zwaarte hunner: malikolders
tot de knien in den modder gezakt,
naamaals recht over eynde onder ’t
water ftaande geVonden wierden.
Anderen min bezwaard trachtten de
op den ftroom leggende- fcheepen
door het zwemmen te bereyken;
doch wier eerften, door, de te groote
menigte overlaän,; en het groot
getal van opklauteraars eerst op zyde'j
en eyndelyk naar den grond getrok-
ken, te gelyk met de ingehome
vragt door de golven ingezwolgen
wierden. Zulks het wyderalieggen-
de' overichot der vloote , om een
gelyk onheyl te'. ontgaan , (Iraks |
zonder zieh met! de. naar, hen! toe-
zwemmende, medemäkkers, te be-
kreunen, de riemeti- bayten boord
(mytende, het op een vlugten (leide.
En het was ook op deeze wys dat de
- , Uyt-
( ,i) Àlpert. de diverjit. temp. Lib. I L cap. 21. E t
cum exereitus Ducis figna referre cccpislent,. orcus
est incer nòvisfimos eorum clamor a quodam fceles-
tis.fimo propinquo praedonum, dicens, ut quisque
vita fuie 'confuterei) Ducèm in prima acie impetuFrijìo-
rum presfum fuga pmlio cesjisfe. •
., (2). K. Kolyn w 758- * •
<£*ín l í e n u r í e p t i i l i c t f i l i c t ,
jfBìei i « e in e e t fietv Urner ’ t l u í t Í8 i t om e l i
(3 y ’- Alpert.-. de. diverfut, temp'. Lib. I I . cap. 21. I i a c
faj f a fama p e r e x e r c i cum. pe r ia ta omn e s in fu g am
v e r f l f u i i t j & , tan to tim ore^funt p e r t e r r i t i , uè t em i n
e ur guente in f lumen -le pr aecip itarent . Mu l t i con-
f ifi vi r ibus ad na vé s t ransnata re c u p i e b a n t , qu a s - cum
prehendisfent, & in eas fummo iludió ¡ascendere co-
narentur, multitudine circiimftipance naves demerfe
funt. Et eo modo plures; perierunt, quod. quisque
carum fuum &.propinquum in iñortis naratu preicli-
tasfe confpiciénsj dum^fubvenire illi vellet, circum-
funditur innumefabilef vifigusi,- nàvésquè in pro.fuiL-
dum trahunt ,' *&• fic pariter omnes' fuffo.cati funti
Fauci videntes -hae¿ & cimentes periculuin fubmer-
fionjs i ùc ■ fòlét fie r i, quod plerique in tali, perturbatone
non recipiunt miierationem, ne fimili mo-
do perirent^ dncitiatis.remisifugam’ accelerante Gum
plures vero-' metu*& lasfitudine & pondere armoruni
presfi, ficuti ncürfiü intrabanr; :ita:iiil?. : aqua refti &
exanimati ílábant.: :. £v~ot:ftih!;) Oleici
Aa aa 2