
S T A T I C E Armeria.
Gemeen Strandkruid.
Ifoogd. Gemeinite Qrasnelke,
Engchch. Thtift, Sea Gilly-flower.
Ncdcrd. Bijnamen. Zeegras. Bloejend' Zeeg-as; .Anjelierachtig Strandkruid.
Veelbloemig Gras.
Bloeit Julij en Augustus. 2j.
PENTANDRI A PENTAGYNIA. VIJFMANNIGEN VIJFWIJVIGEN«
Natuurl. Rang volgens linn. xlviii. Hggregata, Tropbloemigen.
G eslachts K enmerkend Calyx i phyllus, integer, plicatus, fcariofus; K e lk van
5 Blaadjes,, ga af, geplooid, verdroogd. Petala 5 Bloembladen. . Semen 1 , fuperum,
één Z a a d , , in den Ke lk befloten.en rijpende.
Soortelijke Kenmerken. Scapo fimplici, capitato; èjn eenvoudigen, bloemhoofd«
dragenden Steng, Foliis linearibus, planis, obtuiis; lijnvormige, vlakke, flompe Bladen.
H e t algemeen Bloembekleedfel o f de Kelk, rondachtige flompe fchübben heeft, /oo£$
naar beneden- om den. Steng, <?« verftrekt denzelven tot eenefchede, die van onderen
als gefchsurd is en van den Steng afwijkt, J|| b ij a . .Een Bloempje met z ijn eigen
K e lk afzonderlijk b. D e Ke lk afzonderlijk met de Meeldraden en Stamper c. zijnde
deze eigen K e lk . van ieder Bloempje.eene vernaauwde bu is , welke boven aan yliefig
is en v i j f plooi jen heeft. D e Bloembladen z ijn van onderen fm a l en loopen boven
breed uit. E én afzonderlijk d. Eén der Meeldraden aanmerkelijk vergroot e.
H e t vruchtbeginfel met de v i j f Stampers, welke zeer harige. Stijlen hebben, aanmer*
kelijJt vergroot f D e V r u c h tk e lk h e t rijpe Zaadbefloten houdende, met den uit ge*
fpreiden vlieflgen boord,vergroot b ij g . Het Zaad. afzonderlijk, *t geen op zijde van
een draadje voorzien i s , h. D e Bladen z ijn grasaardig, van waar de Riant den
naam van zeegras ontleent. De Steng hoog één voet.
D e Wortel is, lan g , vezelig en roodachtig. D e Stengen z ijn veel in.getal, naakt9
rolrond, vast, een weinig ruw in het aanraken. D e Bladen z ijn niet vlak maar
gefleufd o f gekield. D e algemene Kelk is veelbladig en vormt drie rijen van Schub•
ben, D e bijzondere Kelk beflaat eigenlijk uit twee Kelken, de een in den anderen
geplaatst, van welke de buitenfle groen is met $ roodachtige ta/iden; de buitenfle is
w it, doorfchijnende, papierachtig, voorzien aan de binnenfle oppervlakte van een
groen halsje en latende zich gemakkelijk van den anderen Ke lk fcheiden. D e Bloembladen
z ijn dikwijls, aan de nagels vereenigd: de Meeldraden z ijn in de nagels
gehecht. D e Helmknopjes z ijn geel en tWAelingen : men vindt dikwijls 2 Helmdraden
vereenigd. tot bijna aan de Helmknopjes. Verfcheide Planten, hébben Bloemen met 4
Bloembladen, 4 Meeldraden en 4 Stijltje s : deze moeten echter niet als verfcheiden-
heden worden aangemerkt, maar als gedrochten, uit hoofde eener verminking, want
aan dezelfde Plant| heb ■ ik \-mannige en. fywapnige Bloemen geyönden.
(Favrod.)
Verfcheidenhcid 1. Met een Steng ongeveer van 6 duimern en met tengerder Bladen. 2,’
M e t witte Bloemen. (Favrod.)
Groeiplaatsen. Aan den Zeekant, en op lage met zout-water o ver droomde gronden.'
In het Koe gras bij de Helder f . — Aan den Zeedijk tusfehen Harlingen en Dijkshoek;
bij Francker. op eene waterachtige plaats. Bij Harderwijk op de Mehen f. Aan den Zeekant
bij H u i f en in het Gooiland, bij Muiderberg, ook omftreeks Nijmegen. In Zeeland aan
de ftranden.
De beide bovengenoemde verfcheidenheden zijn gevonden langs den Zeedijk van 4e
Zuider-zee, te Spakenburg bij Bunfchoten, door Favrod.
Huishoudelijk Gebruik. Wordt gegeten door Paarden, Schapen en Geiten, Linn»
Verder is hier van geen nuttig gebruik bekend,, maar wordt veel ip. t.wpeft' Q$L btetflpStkefl
geplant, om dat gij den geheelen zomer in tuinen bloeit.