/ïr»*»^l' .' c-i£üyV*i i 'C t t eH M ’M X)
~» «,* ^ - y^-1
2^ a /^..- ^ È S S a '^ êM g ^ m § $ iM
>v^ v t^ ld y / jï-, t r W V * l B p $ 4
c J ^ '
/O^LH> V <' 3tó *s 7 ^ ■>
IA cL <-‘V*r\ a
A ^ ,«w k - A ^ 4
/A*~-s 1024
V*<
A X — ^
aartjes somwijlen in eene korte naald eindigend.
GAUD.
jf»/. Bij Nijmegen. B !
1020. verdeeld Rietgras , met omtrent 6-voudige eironde
aartjes, van boven mannelijk,, afgebroken-za-
mengedrongen, de vruchten eirond 2-tandig zamen-
gedrukt, een bladvormig regtstandig schutblaadje
aan den voet van het onderste aartje, even lang
als de aar. P.
p/. Gemeen bij Bodegrave aan de kanten der slooten*
aAiNVix.EE (!) bij G.
ïoai. Starvormend Rietgras, met omtrent 4-voudige,
eenigzins verwijderde aartjes, van onderen mannelijk,
de vruchten eirond-gespitst, 2-tandig,
aan den rand gewimperd-gezaagd, Van een wijkend
, de kafblaadjes eirond én spits. P.
Het is aanverwant aan het stehelig Rietgras ,
doch veel kleiner,; De bladen gegroefd.
Pf. Bq Nijmegen B! Bij de Bild, Driebergen, Arnhem ,
Velp en Middachten op vochtige plaatsen, vil.
1022. ivijdbloeijend Rietgras, met overhoeksche vei»
wijderde aartjes, van onderen mannelijk, gesteund
door zeer lange bladvormige schutblaadjes,
de vruchten eirond gespitst 2-spletig, een
weinig!zamétigedrukt. P.
Pi. Aan de kanten der vijvers op Roozendaal bij Arnhem
5 om Nijmegen; 'Rotterdam enz. G. Bij Harderwijk.
R 1 Bij Utrecht; Loenen aan de Vecht; bij de Bild,
Zeijst enz. ; ,bij Jdiddachten en llheede. vH.
io i3. 'uitgdréiit ' Rietgras, mét omtrent 12-voudige
overhoeksche bijeengeplaatste bijkans rolronde
aartjes, van onderen mannelijkj'de vruchten eirond
gespitst uitgerand nervig en openstaande. P.
De halmen zijn van boven een groot eind naakt,
aan den top ten laatste knikkende, ruw op de
kanten. De schutblaadjes klein.
Pi. Op moerassige plaatsen bij Utrecht, zeldzaam. vH.
1024. ö/-